Deel 1

1.9K 21 0
                                    

'Waarom ben je soms toch zo ongrijpbaar?' zuchtte Wolfs. 'Ongrijpbaar? Moet jij je niet met andere zaken bezig houden?' Antwoordde ik lichtelijk geïrriteerd. 'Ik vraag gewoon hoe het bij je therapeut was, that's it'. Wolfs startte de auto en reed weg. Terwijl ik door het raam naar buiten staarde leek ik me even af te sluiten van de wereld. Van Wolfs. Het liefst zou ik hem alles willen vertellen, alles wat me op dat moment dwars zat, alles wat Boesmeer me net had gezegd. Maar iets hield me tegen. 'Eef, ik weet dat je altijd alles het liefst voor jezelf houdt, maar mocht je me nodig hebben...' 'Dan weet ik je te vinden'. Maakte ik zijn zin af. Wolfs keek me een paar seconden lang aan en knipoogte. Een knipoog van Wolfs. Zijn knipoog die mij altijd meer vertelt dan duizend woorden. Even aarzelde ik om het Wolfs te vertellen. 'Maar Eef, ik begrijp het niet'. 'Wat niet?' Wolfs keek me aan met een hoofd vol vragen, die er duidelijk zichtbaar met moeite uit konden komen. 'David Boesmeer, die man is therapeut. Uh... Misschien heel gek dat ik het vraag hoor, maar is hij er niet voor je om je beter te laten voelen? Je bent namelijk zo... Hoe zal ik het noemen? Zo afwezig. Zo lijkt het tenminste'. Ik keek Wolfs aan alsof ik water zag branden en wist niet goed wat te zeggen. Hij verwoordde het precies goed, op de 'Wolfs-manier', maar op de één of andere manier sloeg ik dicht. Misschien omdat ik het zo schattig vond dat hij me probeerde te begrijpen of misschien om het feit dat ik niet tegen hem kon zeggen, dat Boesmeer me eerder in de problemen brengt, dan dat hij me daadwerkelijk helpt. 'Hij hoort je problemen op te lossen, toch?' Vroeg Wolfs voorzichtig door. Ging dat maar zo makkelijk, even een uurtje daar zitten en een wonder is verricht... Daarbuiten, David is juist degene die mij in de war maakte, maar dat kon ik natuurlijk niet met Wolfs bespreken, want hij zou door gaan vragen. In dit geval leek me dat niet verstandig. 

Wolfs zwaaide met zijn hand voor mijn ogen. 'Hallo? Wat is er toch met je? Zo kan ik niet met je werken hoor, ik moet op je kunnen bouwen, Eef. Heeft die man iets vervelends gezegd of zo?' Iets vervelends. Nou, Wolfs moest eens weten. David zette mij zo aan het denken dat ik zelf begon te twijfelen aan mijn gevoel. 'Laat mij gewoon een keer eens met rust, alsjeblieft zeg'! Ik schrok zelf van mijn felle reactie. Wolfs was het er duidelijk niet mee eens, maar deed maar wat ik zei om ruzie te voorkomen. De laatste paar minuten in de auto leken uren te duren. Alsof er een muur tussen de twee autostoelen zat. Doodzwijgend.

Eenmaal op het bureau aangekomen, wisselden we geen woord met elkaar. 'Eva! Kom je eventjes hier?' Hoorde ik Mechels roepen vanuit haar kantoortje. Ik keek stiekem even naar Wolfs, die alweer druk achter zijn computer zat. Ik liep richting Mechels die me verontwaardigd aankeek. 'Ik voel dat er spanningen zijn tussen jou en Wolfs'. Ik bleef zenuwachtig in de deuropening staan. 'Doe die deur dicht en kom eens rustig zitten'. Aarzelend nam ik plaats op de stoel tegenover Mechels. Zitten en het moeten hebben over dingen waar ik liever niet aan wilde denken. Dat was een beetje hoe mijn dag er uitzag. 'Wat is er tussen jou en Wolfs aan de hand, van Dongen?' Vroeg Mechels nu iets strenger. 'Wat zou er moeten zijn?' 'Ik ken jullie langer als vandaag, zwijgen heeft geen zin. Ontkennen al helemaal niet. Eva, ben jij er wel helemaal bij met je hoofd?' 'Ik... Ik ben een beetje in de war, meer niet'. Antwoordde ik zacht. In de war. Floepte dat er nou opeens uit? Ik herkende mezelf even niet toen ik dat zei. Had ik misschien even iemand nodig bij wie ik echt even mijn hart kon luchten of wilde ik mijn baan niet op het spel zetten door dingen te verzwijgen en misschien geschorst te worden, doordat ik er dan niet volledig met mijn hoofd bij was? Ik wist het allemaal even niet. 'Van Dongen die in de war is en dat toegeeft'. Mompelde Mechels verbaasd. 'Als jouw werk onder privéproblemen leidt, of wat dan ook, vertel het mij. Het is beter dat ik het nu weet, dan dat ik het over een week weet als je gefaald hebt om je in zaken hier te verdiepen, doordat je er niet met je hoofd bij bent'. Werd het nu dan echt tijd om over een grens te gaan? Om zaken die ik met Boesmeer besproken had, hier aan Mechels te vertellen. Misschien had ik geen keus en moest ik wel. 'Ik ben gewoon een beetje moe, niet zo goed geslapen vannacht'. Verdorie, hoe kon ik dit nou zeggen? Tegen mijn baas nota bene. 'Hoe was het bij je therapeut? Goed gesprek gehad?' Shit, moest ik nu eerlijk zijn of zou ik niet uit mijn woorden komen en gaan stotteren of iets dergelijks. Dit ging tenslotte om iets wat ik met niemand anders kon bespreken. Dit is iets wat ik niet kon bespreken met Mechels. Met niemand en met Wolfs al helemáál niet. Niet op dat moment in ieder geval. Na een paar seconden twijfelen antwoordde ik: 'Jawel, het was uh... Het ging goed'. Mechels keek erg bedenkelijk, maar wist dat het op dat moment geen zin had om door te vragen. Als ik de waarheid zou vertellen hoe het bij de therapeut was, zou ze door gaan vragen en hoogstwaarschijnlijk kwaad worden. Waarschijnlijk zal ze zich dan afgevraagd hebben hoe lang ik al met dit geheim rondliep, die anderen mensen in gevaar kon brengen en die mijn baan en ook mijn privéleven op het spel zou zetten. Sinds vanochtend liep ik rond met dat geheim. David Boesmeer, de man die altijd alles ''goed'' wilt doen voor zijn cliënten, my ass. Integendeel. Ik voelde ineens een enorme verantwoordelijkheid tegenover Wolfs...

Ongrijpbaar (Flikken Maastricht.)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu