Ik hoorde lawaai buiten. Het was al 2 uur ’s nachts. Het zouden mensen kunnen zijn die hier een kampvuur wilden maken, dat gebeurd hier zo vaak, of het waren een stel dronkenlappen. Met het laatste moet je natuurlijk niks te maken hebben. Ik liep naar buiten om te kijken wie dat vervelende lawaai maakte. Het eerste wat ik zag waren 2 brede grote mannen die ik op mijn af zag lopen. Ik slaakte een gil en rende zo snel mogelijk terug het strandhuis in. ‘Wie, wie?’ stamelde ik. Ik hoorde de bel gaan. Die ga ik dus ff echt niet open doen. Ik bel serieus de politie als ze nog één keer op de deur kloppen of als ze aanbellen. Ik hoorde ze weglopen. Ik keek uit het raam en zag dat ze naar een groepje jongens liepen bij een kampvuur. Helaas kon ik hun gezichten niet zien. Jongens zijn interessant, toch? Raar genoeg besloot ik, door de opwinding, om nog eens naar buiten te gaan om met die jongens te praten. Ik liep weer naar buiten. Ik zag dat de grote, brede mannen met hun rug naar mij stonden dus ze zouden me (hopelijk!) niet opmerken. Ik liep wat dichter naar de mysterieuze jongens. Het kampvuur gaf enorm veel licht en de vlammen kwamen heel erg hoog. Jammer genoeg maakte ik veel te veel geluid. Een paar van de jongens keken schichtig om. 1 van hen met blond haar stond op.
JE LEEST
surfer
Teen FictionNoa is een meisje van 16 jaar die alleen in een standhuis in Gold coast Australië woont. Haar vader is 2 jaar geleden door een haai aangevallen en is daarna in het ziekenhuis aan zijn verwondingen overleden. Haar moeder zag ze niet meer, haar ouders...