Hoofdstuk 11

730 40 16
                                    

De scherpe deurbel galmde door de gang en niet veel later hoorde Lucy de voetstappen naderen. Ze klonken licht en teder, niet zoals ze van William verwacht had. Wanneer de deur open ging, begreep ze meteen haar vergissing. De blauwe ogen die ze verwacht had te zien, waren vervangen door groene en de zwarte haren die haar zo bekend waren, door kastanjebruine. Thomas

'Hey! Lucy, was het niet?,' zei hij, terwijl hij haar glimlachend aankeek.

'Hoi Thomas!,' zei ze en gaf hem aarzelend een knuffel.

Op de tippen van haar tenen keek ze over zijn schouder heen, om te kijken of William ergens in de buurt was. Wanneer ze hem niet zag ging haar blik terug naar Thomas die haar nog altijd op dezelfde manier stond aan te staren.

'Waar is William?,' vroeg ze een beetje ongeduldig. Ze hadden afgesproken om nog eens te gaan kijken naar het steegje, om er zeker van te zijn dat ze echt niets over het hoofd had gezien. Ze had echt alles uit de kast moeten halen om hem te overtuigen en ze wist niet zeker of hij hun afspraak wel zou nakomen.

'William is nog niet thuis, hij is...weg,' zei Thomas en hij keek er een beetje ongemakkelijk bij.

Een golf van teleurstelling overspoelde haar. Ze had de hele dag uitgekeken naar dit moment. Niet alleen om het onderzoek verder te zetten, maar ook om nog wat tijd door te brengen met William. De vorige dagen was hij te druk geweest om iets met haar te doen en ze miste hem vreselijk.Ze wilde hem knuffelen en zoenen. Onbewust wreef ze over de armband die om haar rechterpols zat. Haar vingertoppen gleden over de zilveren letters van haar naam.

'Heeft hij je de armband al gegeven?,' vroeg Thomas plots en zijn blik stond nieuwsgierig. Ze knikte. Heel even zag ze  teleurstelling en verbazing over zijn gezicht flitsen, ook al wist ze niet waarom. Dit was echter zo snel weer verdwenen dat Lucy dacht het misschien ingebeeld te hebben. 

'Je kunt anders binnen wachten, hij zal er zo wel aankomen,' zei hij vervolgens.

Lucy twijfelde even, maar stemde vervolgens toe. Ze volgde hem door de lange koude gang die naar de woonkamer leidde. Vaag herinnerde ze zich de rode sofa waarop ze wakker geworden was en Thomas voor het eerst had ontmoet. De foto's en kunstwerken hingen nog allemaal op dezelfde plaats en het bureautje lag er net hetzelfde bij. Het leek wel ofdat deze kamer nooit gebruikt werd. Terwijl ze rustig de woonkamer rondliep, viel haar blik plots op een blauw enkelbandje. Het leek exact hetzelfde als het bandje dat ze aan Mary gegeven had voor haar zestiende verjaardag. Lucy glimlachte bij de herinnering. Zonder dat ze het gemerkt had was Thomas naast haar komen staan. Zijn schouder was maar een centimeter verwijderd van de hare en zijn lippen gingen vlak bij haar oor. Ze probeerde er niet aan te denken, maar dat bleek niet zo gemakkelijk te zijn. Een tintelend gevoel verspreidde zich over haar lichaam.

'Mijn beste vriendin had precies hetzelfde bandje,' zei ze om de ongemakkelijke stilte te doorbreken. Thomas trok zijn wenkbrauwen op. 'Mijn vriendin...Mary...leeft niet meer,' vervolgde Lucy. Ze wendde verdrietig haar blik af en slikte haar tranen weg. In plaats van dat Thomas haar probeerde te troosten, staarde hij woedend voor zich uit. Hij stormde de kamer uit, smeet met een klap de deur achter zich toe en kwam niet meer terug.

Nog steeds verbaasd over zijn reactie, plaatste Lucy zichzelf op de sofa en wachtte vol spanning tot William zou thuiskomen.

Even later ging de deurbel opnieuw en  Lucy hoorde de voetstappen van Thomas die de deur ging openen. Plots hoorde ze iemand schreeuwen. Iemand anders begon terug te schreeuwen en er ontstond een hevige ruzie. Lucy probeerde te verstaan wat er gezegd werd, maar ze was net te ver weg om er woorden uit te halen. Stiekem sloop ze de woonkamer uit. Ze stopte bij een deur die op een kier stond, waar de stemmen nu het luidst klonken.

'Houd je wel echt van haar? Of is het gewoon omwille van haar vriendin?,' Lucy herkende Thomas' stem.

'Natuurlijk houd ik van haar!! Ze is het beste wat me ooit is overkomen!,' schreeuwde William en Lucy voelde zich helemaal warm worden vanbinnen. Ze waren duidelijk over haar bezig.

'Weet ze het?,' vroeg Thomas. Zijn toon klonk verslagen. Aan de stilte die daarop volgde kon Lucy horen dat het antwoord 'nee' was.

'Je moet het haar vertellen, ze zal het op de een of andere manier te weten komen. Het zal haar hart breken als ze het van iemand anders te weten komt,' vervolgde hij. 

Lucy's maag maakte een salto. Wat moest hij haar in hemelsnaam vertellen dat haar hart zou breken? Voor ze het wist duwde Lucy de deur open en viel op de grond. Beide jongens staarden haar geschokt aan en Lucy's wangen kleurden rood. 

's-s-sorry.. ik-k...wilde niet,' stotterde ze. Beschaamd keek ze naar de vloer. De rode franjes aan het tapijt werden plots heel interessant. De jongens keken haar nog steeds aan zonder een woord te zeggen. Het leek of ze beiden hun tong verloren waren. Nerveus speelde ze met haar handen en begon langzaam terug naar de deur te lopen. 

'Lucy, wat heb je gehoord?,' vroeg William plots in een paniekerig toontje. Opgelucht dat iemand iets tegen haar zei, antwoorde ze meteen.

 'Helemaal niets! Ik was net te laat om iets te horen dus...' Haar stem sloeg over. Wanneer William knikte, durfde Lucy weer ademhalen. 

'Misschien zou ik beter gaan,' zei ze stamelend. Ze maakte aanstalten om weg te gaan, maar William hield haar tegen.

'We kunnen nog steeds naar het steegje gaan,' zei hij zo opgewekt mogelijk. De pretlichtjes, die normaal in zijn ogen verschenen, bleven echter uit. Zonder op een antwoord te wachten leidde hij haar naar buiten, maar niet voor hij nog een boze blik wierp op zijn broer.

 Wanneer ze het steegje bereikten sleurde William haar ruw uit de auto. Met een grote kracht duwde hij haar tegen de muur. Een angstig gevoel bekroop Lucy. Dit keer zouden ze niet zoenen.

'Wat heb je gehoord?,' schreeuwde hij, kwader dan Lucy hem ooit had gezien. Wanneer ze niet antwoordde verstevigde William zijn grip. Lucy probeerde zich los te worstelen, maar William was te sterk. 

'Ik vraag het je nog een keer, wat heb je gehoord?,' Lucy slikte. Ze kon hem beter de waarheid vertellen.

'Ik heb alleen gehoord dat je me iets moest vertellen,' zei ze vlug. Zijn ogen keken haar verwijfelend aan, maar ze voelde zijn armen verslappen.

Wanneer hij haar uiteindelijk losliet vluchtte ze zonder omkijken het steegje uit. William sprintte haar achterna en was verbazend veel sneller dan Lucy. Hij trok Lucy tegen zich aan en plaatste zijn armen rond haar middel.

'Sorry! Ik hou van je,' fluisterde hij in haar oor. Lucy wilde zo boos zijn, maar ze kon niet zuiver denken door die mooie blauwe ogen waar ze zo kon in verdrinken. Ze had hem ook zo hard gemist.  William kuste haar vol op de lippen en ze duwde hem niet weg.

'Je bent nog steeds van mij'

 De foto rechts is Thomas. Goeie keuze?

Liefde gaat verder dan bloed (on  hold)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu