Hoofdstuk 2.3
Fel rode ogen keken mij aan en mijn hart ging uit angst sneller kloppen. De man die ik een tijdje geleden achter het raam had zien staan, staat nu gebukt over een meisje die op de grond ligt. De man staat op en begint langzaam naar mij toe te lopen. Ik probeer weg te rennen, maar het lijkt alsof mijn voeten in de vloer gezonken zijn.
Ik keek naar het meisje en begon te gillen. Voor mij ligt het meisje en er begint een plas bloed om haar heen te vormen. Haar nek is op een abnormale manier gebogen en haar ogen staan wijd open, maar lijken in de verte te staren.
‘’Hoe doe je dat’’ vroeg de man. Ik had helemaal vergeten dat hij er ook nog was. Hoe kon ik dat nou vergeten…
Hij neemt nog een stap in mijn richting waardoor hij recht voor mij staat en het voor mij niet meer mogelijk is om naar het misvormde meisje te kijken.
Ik kijk in zijn fel rode ogen en neem een stap achteruit, richting de open deur, maar de man is veel sneller dan mij en grijpt mijn schouders en schuift mij tegen de nu gesloten deur.
‘’Hoe deed je dat?’’ vroeg ik in verbaasdheid.
‘’Nou nou, laten we elkaar maar niet gaan herhalen, hè?’’ zei de man spottend, alsof ik een klein kind was.
‘’Je bent krankzinnig!’’ schreeuwde ik paniekerig in zijn gezicht. Ik begon uit zijn grip te worstelen, maar hij was te sterk. Ik kon net zo goed tegen een muur aan duwen. Mijn handen en voeten gingen pijn doen dus probeerde ik hem een kopstoot te geven. Vlak voordat ik zijn hoofd raakte gooide hij me in de hoek. Mijn rug raakte de muur het eerst en door de klap werd mijn nek naar achter gegooid, waardoor de achterkant van mijn hoofd tegen de harde muur knalde en mijn zicht wazig werd.
‘’Hou maar op. Jouw pogingen om mij te bezeren gaan toch niet lukken. We hebben veel belangrijke zaken te bespreken.’’ Zei hij als hij met onmenselijke snelheid voor me komt staan.
‘’Ik ben benieuwd naar één ding, meisje.’’ Vertelde hij me. ‘’Hoe Kan Jij Mij ZIEN!’’ Met elk woord begon hij harder te praten totdat hij aan het schreeuwen was.
‘’Waar heb je het over, ik snap je niet..’’ antwoordde ik in een nauwelijks te horen stem. Ik probeerde verder in de hoek te kruipen en dat maakte de man nog bozer.
‘’Waarom werken mijn krachten niet op jouw!? Je zou me niet moeten kunnen zien!’’ Hij was zo hard aan het schreeuwen, ik zou verbaasd zijn dat niemand nog gekomen was als ik niet zo bang was.
Toen hij doorhad dat ik niet ging antwoorden, zuchtte hij gefrustreerd.
‘’Laat dan maar, het maakt nu toch niets uit. Je weet straks toch niets meer.’’ Zei hij.
Nu was het mijn beurt om verward te zijn.
‘’Hoe kan ik het straks niet meer weten?’’ vroeg ik.
Hij begon eng te lachen en boog zijn gezicht richting de mijne.
‘’Vaarwel meisje.’’ Zei hij en keek mij diep in de ogen.
Een paar seconden later werd het zwart voor mijn ogen en verloor ik mijn bewustzijn.
--------------------
Hoe vond je het? Was het leuker dan de vorige delen?
Ik ben dit weekend op vakantie geweest omdat mijn vader 50 werd. En heb daarom dit deel iets later gepost dan ik wou doen.
Ik had eerst gepland om het daar te posten omdat we internet hadden gekocht in het huisje. Maar op een of andere manier werkte het niet. Dus kon ik niets posten! :O
Wat gebruik ik het woord posten veel.... x)
Verder wou ik nog even zeggen dat dit het laatste deel van hoofdstuk 2 is. Ik post het begin van hoofdstuk 3 dit weekend!
Maar genoeg gepraat. VOTE/COMMENT !!
xNicole