Hoofdstuk 5

1.1K 58 9
                                    

De lucht was lichtoranje gekleurd. Er hing een zacht zomers briesje, wat er aan bij droeg dat het aangenaam was om buiten te zitten. De zon was haast volledig uit zicht verdwenen, waardoor een groot gedeelte van de achtertuin in de schaduw was komen liggen. De parasol werd dicht gedraaid en wat speelgoed uit de tuin gevist. Evert zette zijn zonnebril af en haakte hem achter zijn spijkerblouse. Hij keek naar zijn twee dochters die zich duidelijk vermaakten. Het bezorgde hem een glimlach op zijn gezicht. Thijmen rende achter de twee meisjes aan, om zijn bal terug te krijgen. De kinderen hadden er een soort spelletje van gemaakt. Af en toe werd er een kreet geslaakt, dat was dan een uiting van overwinning. Bijvoorbeeld wanneer er een doelpunt was gemaakt.

Fenna kwam naar buiten met een dienblad, waarop vijf glazen stonden. Voor haar en haar collega een glas cola, voor de kinderen een beker ranja. 'Jongens komen jullie even wat drinken?' riep Evert, toen hij Fenna met het dienblad zag lopen.
'Heel even dit potje afmaken,' antwoordde zijn oudste dochter. 'Volgens mij kunnen ze wel goed met elkaar.' Evert koos het linker glas en nam een slok.
'Zij wel.' Fenna vermeed oogcontact. 'Hè, wat bedoel je? Wij toch ook?' Hij keek haar niet-begrijpend aan.
'Vind je?' Ze trok haar wenkbrauwen op.
Er volgde een korte stilte.
'Eerst niet zo, maar nu toch wel?' probeerde Evert zijn collega te overtuigen.
'Ik dacht dat je me niet mocht.'
'Hé Fenna, het is nooit iets persoonlijks geweest.'

Thijmen kwam als eerste aangerend, gevolgd door Nienke en Brecht. De zweetdruppels dropen van zijn voorhoofd. 'Mama, mogen wij drinken?'
'Tuurlijk vent, hier.' Fenna schoof het dienblad iets meer in hun richting, zodat ze het zelf konden pakken.
'Wel een beetje rustig doen hoor.'
Hij knikte, hoewel de boodschap nauwelijks tot hem doordrong. 'Wij gaan weer,' deelde Thijmen mee, nadat hij zijn drinken op had gedronken. 'Wat dacht je ervan om morgen iets leuks te gaan doen?' stelde Evert ineens voor.
Fenna keek verrast op. 'Waar moet ik Thijmen dan laten?' zag ze meteen al een probleem.
'Die neem je mee. Neem ik Nienke en Brecht mee en gaan we een dagje naar Dierenpark Emmen. Lijkt het je wat?' Evert zag zijn collega twijfelen. 'Ik weet zeker dat Thijmen het leuk zal vinden.' Ze glimlachte, hij had haar zwakke plek ontdekt. Thijmen. 'Oké, we gaan mee.' 'Gaaf, dan kom ik jullie morgen om negen uur ophalen.'

De volgende ochtend stond Thijmen al vroeg naast zijn moeders bed. Ze had hem de avond ervoor verteld dat ze morgen iets leuks gingen doen, maar wat, dat was een verrassing. 'Mama, gaan we?' Hij gaf haar een kus op haar voorhoofd.
'Hoe laat is het dan?' Ze bedacht zich dat hij natuurlijk nog geen klok kon kijken en draaide zich om.
De rode getallen op het display van de wekker gaven aan dat het een paar minuten over zeven was. 'Het is nog een beetje vroeg. Als je heel zachtjes doet mag je wel even naar beneden gaan en de televisie aanzetten.'
'Maar wanneer gaan we dan?' wilde Thijmen weten.
'Straks.'
Het antwoord was niet erg bevredigend, maar Thijmen besloot niet door te vragen, voordat zijn moeder haar aanbod in trok. Hij verliet de kamer en deed de deur achter zich dicht.
Een paar minuten later besloot Fenna toch maar om op te staan, zodat ze zich nog even kon douchen.

Om vijf voor negen werd er aangebeld. 'Mag ik open maken?'
'Alleen als er iemand voor de deur staat die je kent,' waarschuwde Fenna haar zoontje. Ze wist in dit geval dat het Evert was, maar was de andere keren erg oplettend. Je wist maar nooit met haar beroep.
'Ready?' Evert stapte de woonkamer binnen.
'Moet ik nog een flesje drinken voor Thijmen meenemen? Hij heeft zo snel dorst.'
De vraag was meer aan haar zelf gericht. Toch was ze blij toen haar collega antwoordde dat het niet hoefde en dat ze daar wel wat zouden halen.

Nadat Fenna Thijmens kinderstoel van haar auto naar die van Evert had verhuisd en iedereen eindelijk zat, kon de reis beginnen.
'Wat gaan we naartoe?' stelde Thijmen twee vragen in één.
'Waar gaan we naartoe,' verbeterde zijn moeder hem.
'Wij weten het al!' riepen Nienke en Brecht in koor.
'Ikke ook weten,' reageerde Thijmen gefrustreerd.
'Vertellen jullie het maar.' Evert keek zijn dochtertjes aan via de achteruitkijkspiegel.
'We gaan naar de dierentuin.'
'Echt mama?' vroeg Thijmen argwanend.
'Ja, leuk hè?'
'Ja!' lachte hij vrolijk.
Fenna viste op aanwijzing van Evert een cd uit het dashboardkastje en zette hem op. De auto werd gevuld met het geluid van vrolijke kinderliedjes, waardoor de sfeer optimaal was.

Ruim een uur later nam Evert de afslag richting Emmen. Fenna had de kinderen op de borden gewezen, waar een dierenlogo op stond. Steeds wanneer er weer een voorbij kwam was dat te merken door het gejuich op de achterbank. De kinderen hielden het niet meer toen ze de wapperende vlaggen in de verte zagen.
'Een beetje rustig jongens,' sprak Evert het drietal toe.
'We moeten eerst een parkeerplaats vinden.' Fenna wist dat dat de lastigste klus zou worden.
Het automaat spuugde een kaartje uit en nadat Evert deze had aangenomen opende de slagboom zich, waarna ze door konden rijden. De drukte op het parkeerterrein viel gelukkig mee. En doordat de kinderen zo alert waren, was een parkeerplek sneller gevonden dan vooraf gedacht.
'Evert, ik ben de buggy vergeten,' bedacht Fenna zich ineens.
'Die hebben ze daar wel en anders zet ik Thijmen gewoon op m'n nek,' stelde hij haar gerust.

Evert had bij het loket vijf kaartjes gehaald. Fenna had hem meerdere malen aangeboden haar eigen toegangsbewijs te betalen, maar Evert stond erop dat hij het voor haar deed, aangezien hij haar had meegevraagd. Een paar minuten later stonden ze binnen. Fenna haalde een zilveren kettinkje uit haar tas. Er hing een metalen plaatje aan, met daarop Thijmens persoonlijke gegevens.
'Je bent goed voorbereid,' grinnikte Evert.
'Het is zo'n druktemaker af en toe, die verlies je nog wel eens uit het oog,' gaf Fenna toe. Ze probeerde haar zoontje constant in de gaten te houden. Maar juist op de momenten dat ze éven weg keek had hij zich uit de voeten gemaakt.
'Jullie weten wat je moet doen als je Fenna of mij kwijt bent toch?' Evert was op deze momenten wel blij dat zijn dochtertjes al iets ouder en wijzer waren dan Thijmen. Ze knikten instemmend.
'Goed, dan moeten we maar eens op de plattegrond kijken waar we naartoe willen.'

Hoe moet het verder? [Moordvrouw]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu