Nadat haar honger gestild was liep ze naar boven de trap op. Ze liep haar kamer in, sloot de deur en ging op het matras liggen met haar gezicht naar boven. Voor uren staarde ze naar het plafond tot ze zo moe werd dat haar ogen langzaam sloten. Ze vocht ertegen maar ze kon er niks aan doen.
BOEM! Lola schrikt op en stootte haar hoofd keihard tegen het plafond. Of tegen wat er ook boven haar zat. Schichtig keek ze om zich heen en realiseerde zich dat ze de ruimte waarin ze lag niet herkende omdat alles zwart was. Het was een soort doos-achtig-ding waar ze in lag. Het maakte haar heel benauwd. In de doos was het zo donker dat Lola geen hand voor ogen zag en voelde om zich heen. Het bleek een kist te zijn waarin z lag. Een doodskist om precies te zijn! Lola gilde en begon te huilen. Ze krijsde zo hard dat ze bijna stikte. Het zuurstofpeil begon te dalen. De druk op haar hoofd nam toe en haar ogen sloten opnieuw. Nog steeds huilend raakte ze buiten bewustzijn.
JE LEEST
Knock, knock, who's there?
RandomLola komt in een nieuw huis wonen. Ze vind in haar inloopkast ruimtes onder de vloer. Voor ze tijd heeft om erachter te komen wat daarmee aan de hand is wordt ze geteisterd door vreemde nachtmerries en dagdromen...