17 - te weinig tijd

1.1K 40 20
                                    

"Waar denk je heen te gaan!"

Hij fluistert hard zodat het bijna schreeuwen wordt. Hij staat het zijn armen gekruist tegenover Matthyas. Rob maakt zijn weg richting Matt die met zijn jas aan in de woonkamer stond. 

Ze sliepen er met zijn vieren. Hannah was naar huis gegaan. Al twee dagen hadden ze niks van Raoul of van de politie gehoord. Matt vond het lang genoeg en besloot om het heft in eigen handen te nemen. Hij ging zelf zoeken. 

"Ik ga hem vinden Rob," zucht Matt, "ik kan hier niet blijven en niks doen terwijl ik niet eens weet of Raoul nog leeft." Ze horen gekraak van een luchtbed en worden verblind door de zaklamp die in hun gezicht schijnt. 

"Waarom heb jij een jas aan?" 

Koen was wakker geworden door het gepraat in de ruimte die ze deelde. Als de woorden zijn lippen hebben verlaten viel het op zijn plek. Matthyas ging Raoul zoeken. 

"Wat dacht je te gaan doen idioot?!" Koen komt zijn bed uit gestapt en loopt furieus op de twee af. "Hij ging Roel zoeken," vult Rob in, "zonder ons." Koen schudt zijn hoofd als hij Matthyas aan kijkt. Hoe stom kon hij zijn. Er was een rede waarom ze de afgelopen twee dagen niet zonder begeleiding het huis mochten verlaten. Ze waren in gevaar, dat moest de blonde jongen toch ook weten.

"Ik ga ook." Besluiteloos trekt Rob zijn schoenen aan en verdwijnt de gang in. Niet veel later komt hij terug met een trui en een jas. 

Koen, die enkel in zijn voetbalshirt en trainingsbroek tegenover de jongens stond, zucht ook en knikt. Hij kon ook niet meer toe zien hoe iedereen eraan onderdoor ging. "Oke. Oke ik ga mee, maar Milo moet ook mee. Hij weet hoe ze te werk gaan."

"Jullie gaan helemaal nergens heen."

De jongens worden opgeschrikt door een stem die vlak achter hen staat. Ze waren zo in gesprek verwikkeld dat ze niet door hadden dat Milo ondertussen was ontwaakt uit zijn slaap en had het plan van de jongens overhoord. "Jorg is in staat om jullie alle vier te vermoorden. Enkel om mij te laten betalen. Alsjeblieft doe geen domme dingen en blijf hier!"

De tranen hadden zijn ogen al verlaten. De reflectie van het kunstlicht weerkaatste op zijn wangen die al nat waren geworden. Zonder na te denken trekken de jongens hem in een knuffel. "We moeten Miel," fluistert Koen, "wij kunnen dit niet meer aan."

Milo veegt zijn tranen ruw weg. "Dan ga ik mee. Mochten ze komen dan mogen ze mij hebben zolang ze jullie maar met rust laten." De jongens vonden dit een nog slechter plan, maar om op dit moment ertegenin te gaan zagen ze ook niet zitten. De kans dat Milo ze er dan bij zou naaien was aanwezig dus besloten ze over hun hart te strijken. 

"Opschieten dan!" Milo knikt en pakt zijn schoenen terwijl Rob en Matt opzoek gaan naar de zaklampen. Koen was zich mentaal aan het voorbereiden. Mochten ze het levenloze lichaam van Raoul aantreffen dan zou de volgende hete douche meteen zijn laatste zijn. 

Hij strijkt over de tattoo op zijn hart. Hij bidt naar Julia om over Raoul en over hen te waken deze nacht. 

"RAOUL!" 

Zijn stembanden zijn bijna gescheurd door het schreeuwen. Rob stapt over wat takken heen om nog dichter bij de rand te komen. Dan herhaald hij zijn geschreeuw. 

Milo had ze verteld over de bossen. Vroeger spraken ze vaak af in bossen. Net zoals zijn allereerste keer toen hij in een gevecht verwikkeld kwam met Jorg. Een bos waar niemand was. 

"Jo hebben jullie iets?" Milo roept terug dat hij niemand heeft gevonden. Koen had ook nog niks. Matthyas wel, die had wat bandensporen maar het was een bos. 

Terwijl hij de tranen van zijn wangen veegt stapt hij flink door. De andere zijn aan de andere kant gaan zoeken maar zitten allemaal nog wel in gehoorafstand. 'Waar kan je zijn maatje?' Die gedachten speelt hem al twee dagen parten. 

(t)huisWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu