verdriet en hoop

19 2 2
                                    

de JURY koost weer voor het laatste VANJA vinden ze weer NIET goed (verhaalvandemaand)

de top 10 bereikt... maar verder niet. dus hierbij het verhaal 

Er was eens een kleine vrouw die langs een stoffige veldweg kwam.Ze was al wel tamelijk oud, maar haar loop was licht en ze had de frisse lach van een jongmeisje.Bij een inééngekrompen gedaante bleef ze staan en keek naar beneden. Ze kon niet veelherkennen. Het wezen dat daar in het stof op de weg zat leek bijna figuurloos.Het deed haar denken aan een grauwe flanellen deken met menselijke vormen.Ze bukte en vroeg: "Wie ben jij?".Bijna twee levenloze ogen keken moe omhoog. "Ik? Ik ben het Verdriet, fluisterde een stemstamelend en zo zacht dat ze het bijna niet kon horen."Och het Verdriet!, riep de kleine vrouw blij, alsof ze een oude bekende begroette."Je kent mij?, vroeg het Verdriet wantrouwend.

"Natuurlijk ken ik jou. Onze wegen hebben elkaar vaak gekruist"."Ja maar, stotterde het Verdriet, waarom vlucht je dan niet voor mij?""Waarom zou ik voor jou vluchten, mijn liefje?Je weet toch zelf dat je ons altijd inhaalt, wanneer ik jou ontloop.Maar wat ik je wilde vragen: waarom zie je er zo moedeloos uit?""Ik, ik ben verdrietig", antwoorde de grauwe gedaante met gebroken stem.De kleine vrouw ging naast haar zitten."Je bent dus verdrietig", zei ze en knikte vol begrip met haar hoofd."Vertel me eens wat jou zo bedrukt".Het Verdriet zuchtte diep. Zou dit keer echt iemand luisteren?"Ach weet je, begon ze voorzichtig, niemand zit op mij te wachten. Wanneer ik kom,schrikken ze terug, ze zijn bang voor mij of ze mijden mij". En dat terwijl ik alleen maar wilhelpen.Helpen om een nest te bouwen waarin ze hun wonden kunnen verzorgen".

Het Verdriet slikte hard."Ze krijgen hoofdpijn, ademnood of maagkrampen, maar het ergste is de hartenpijn.De opgekropte tranen laat hun hoofd bijna uit elkaar barsten en soms verdooft men dat metalcohol of drugs, zodat ze mij maar niet hoeven te voelen.In plaats daarvan schminken ze een lach op hun gezicht of bouwen een muur om zich heen.Weet je, wie verdrietig is heeft een erg dunne huid. Het leed breekt op als een slechtgenezen wond en dat doet pijn". 

Het Verdriet zweeg en begon zachtjes te huilen.De kleine vrouw nam de in elkaar gedoken gedaante in haar armen.Wat voelt ze warm en zacht aan, dacht ze en streelde zachtjes het bevende hoopje."Huil maar, Verdriet", fluisterde ze liefdevol. "Rust maar uit, zodat je straks weer nieuwekrachten krijgt. Vanaf nu zal je niet mee alleen zijn".Het Verdriet stopte met huilen. Ze ging rechtop zitten en keek de kleine vrouw verbaasd aan."Maar....maar, wie ben jij eigenlijk?"Ik?", vroeg de kleine vrouw met de lieve lach.Ik? Ik ben de Hoop

😉verhalen voor op je nachtkastje 🍑Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu