1

33 7 12
                                    

Repelsteeltje sloeg de deur achter zich dicht

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Repelsteeltje sloeg de deur achter zich dicht. Hij ademde diep in en was blij om even buiten te zijn.

Begrijp hem niet verkeerd. Hij hield evenveel van zijn huis als hij het soms haatte. Er zweefden te veel herinneringen rond het huis om er aangenaam te kunnen wonen, maar net om die reden was het ook onmogelijk om deze plek los te laten.

Het huis was al vele generaties oud en dat was ook te zien aan de grote verzameling meubels en prularia die uit alle tijden leken te komen. Het was eveneens te zien aan de manier waarop het huis gebouwd was, namelijk elke keer dat het een beetje te klein werd bouwden ze er gewoon een nieuw deel aan.

Het waren allemaal tekenen dat er in dit huis steeds volop geleefd was.

Gelukkig geleefd.

De gedachte dat hij de laatste was en dat hij nooit echt gelukkig in dit huis zou wonen, deed hem meer pijn dan hij ooit zou toegeven.

Hij staarde een tijdje naar het huis en probeerde zich wanhopig neer te leggen bij het feit dat hij nooit iemand zou hebben om het huis mee te delen.

Een gevoel van eenzaamheid bekroop hem. Het was op dagen zoals deze, wanneer het alleen zijn hem te veel werd, dat hij de drukte van het dichtstbijzijnde dorp opzocht. Op sommige dagen kon de aanwezigheid van anderen dat klemmende gevoel van eenzaamheid doen verdwijnen.

Op sommige dagen, niet alle dagen.

De dorpelingen zouden hem begroeten en hem steeds opnieuw verwelkomen, maar van zodra hij vertrok werd hij genadeloos uit elke herinnering gewist.

Het is zoals zijn vader hem steeds voor het slapen gaan in zijn oor had gefluisterd: 'Niemand weet, niemand weet dat jij Repelsteeltje heet.' Hij kuste zijn zoon dan op zijn voorhoofd en verliet de kamer met hangende schouders en een blik die zowel waanzinnig als gebroken was.

Repelsteeltje nam het zijn vader op zo'n dagen wel eens kwalijk dat hij zijn zoon had achtergelaten zonder remedie tegen zijn vloek, maar dan was er die stem in zijn hoofd. Zou jij niet exact hetzelfde gedaan hebben? Zou jij niet dezelfde beslissingen nemen, wanneer iemand jou kind zou proberen te ontvoeren omwille van jullie talent, wanneer de vrouw van wie je zielsveel houdt het slachtoffer wordt van al dat geweld terwijl ze alleen maar haar kind wou beschermen en zeker wanneer je zelf niet meer door kunt gaan en je van plan bent je kind moederziel alleen achter te laten?

 Zou jij niet exact hetzelfde gedaan hebben? Zou jij niet dezelfde beslissingen nemen, wanneer iemand jou kind zou proberen te ontvoeren omwille van jullie talent, wanneer de vrouw van wie je zielsveel houdt het slachtoffer wordt van al dat geweld...

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Het was op zo'n dag dat hij haar voor het eerst echt zag. Het is niet dat hij niet wist dat ze bestond, maar ze had gewoon nog nooit eerder zijn aandacht getrokken.

De molenaarsdochter holde door de graanvelden rond de molen waarbij ze haar rok stevig in haar hand gekneld hield. Ze lachte uitbundig hoewel ze geen enkele reden tot lachen bezat. In feite bezat ze niet meer dan haar glimlach en de kleren die ze aanhad en als het aan haar vader lag zou dat altijd zo blijven. De molenaar was niet rijk en wat hij bezat weigerde hij koppig om ooit aan zijn dochter na te laten.

Haar lach deed zijn hart een slagje overslaan. Als zij in haar situatie de kracht kon vinden om te lachen, waarom zou hij dat dan niet kunnen?

Sindsdien wandelde hij op al zijn slechte dagen voorbij de molen. In de hoop een glimp van haar op te vangen. Kort daarna bezocht hij haar ook op de goede dagen. Elke keer dat ze hem opmerkte en naar hem zwaaide, voelde zijn hart een beetje lichter en was hij een beetje minder eenzaam.

Op een dag zonder dat de molenaarsdochter het zelf besefte bezocht zij hem in het woud.

Hij hoorde haar voor hij haar zag. Ze zat huilend op een boomstam en verborg haar gezicht in haar handen. Toch was de rode vlek in de vorm van een hand duidelijk zichtbaar. Net op dat moment brak er een tak onder zijn voet en haar ogen vonden geschrokken de zijne. Een blik van herkenning gleed over haar gezicht.

'Jij.'

Repelsteeltje stak zijn handen verontschuldigend in de lucht. 'Het spijt me. Ik wilde je niet laten schrikken.'

'Ik ken jou,' zei ze.

Hij forceerde een glimlach en negeerde het stekende gevoel in zijn hart. 'Dat zou me verbazen.'

Ze schudde haar hoofd. 'Nee, nee ik ben er zeker van. U bent de man die elke ochtend uit het woud komt en richting het dorp wandelt. Ik zwaai soms naar u.' Ze zwaaide onhandig naar hem.

'Nu je het zegt.' Hij voelde tranen in zijn ogen branden. Als dit een droom was dan moest het een hele wrede zijn. Het voelde onwerkelijk dat iemand hem voor het eerst in een lange tijd herinnerde.

'Wat is er?' Ze keek verbaasd. 'Heb ik iets verkeerd gedaan?'

Hij veegde zijn tranen weg. 'Nee dat is het niet. De laatste jaren waren gewoon bijzonder zwaar.'

Haar hand trilde wanneer ze de plek op haar gezicht aanraakte. 'Dat gevoel ken ik.'

Hoewel de herinneringen haar zichtbaar dwarszaten, toverde ze een glimlach op haar gezicht.

'Ik heet Marjolein.' Ze stak haar hand naar hem uit en hij nam die gretig aan.

'Repelsteeltje,' antwoorde hij.

'Dat is een bijzondere naam, die vergeten de mensen vast niet snel.'

Hij grimaste. 'Dat zou je verbazen.'

Ze verstevigde haar grip op zijn hand en trok hem mee, dieper het woud in. Een tijdje later haakte ze haar arm vrolijk door de zijne en wandelde ze samen door het bos.

'Wel Repel voor mij ben jij nu al onvergetelijk.'

De GoudspinnerWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu