Eva keek haar met ogen zo brood als schoteltjes aan. "Maar.. Maar jij was toch dood?" Vroeg Eva aan Lissette. "Nou ik ben niet dood dus nee" Lissette keek Eva met een glimlach aan en liep naar de koelkast. "Sorry ik heb eigenlijk nooit gasten ben soms zo eenzaam, wil je wat drinken?". Eva was nog steeds sprakeloos maar knikte wel. Lisette keek Eva aan en haar oren zakte naar benenden. "Het spijt me ik weet dat ik eng ben maar gemeen ben ik niet". Eva dacht even na en klopte op haar wangen. "Nee je bent niet eng maar wat er op die deur stond en die verhalen en...". Lissette onderbreek haar. "Dat is allemaal een leugen" riep Lissette door de kamer. "Ik kan zelfs geen rat doden laat staan een mens". Lissette Zach het geschrokken gezicht van Eva en zuchtte. "Sorry wat ik net al zei ik krijg eigenlijk nooit bezoek en voel me soms eenzaam". "Was jij diegene in het bos die onze auto aan het begluren was?. Vroeg Eva. Lissette keek haar zijgend aan. ze zuchtte. "Ja dat was ik, soms ga ik naar mens kijken die het beter hebben dan mij". Ze keek uit het raam. "die zich niet moeten verstoppen om zen uiterlijk, en gewoon een normaal leven kunnen lijden". Eva keek haar triest aan. Lissette ging verder, "niemand hield van me zelfs mijn ouders niet, ik had geen vrienden omdat ze niet met me om mochten gaan van hun ouders, ik was altijd alleen niemand die me ooit gesteund had, op een dag zag ik een roedel wolven en ...". Lissette begon te huilen. Na een korte huilbui droogde ze haar tranen af en vertelde verder. " Stuurde ze naar het dorp, ik was kwaad en door pure woede heb ik dat gedaan, eenmaal na de aanval zag ik overal bloed en besefte toen pas wat ik gedaan had, ik had ze vermoord niet die wolven maar ik". Lissette's tranen sprongen weer in haar ogen. "Het was nooit mijn bedoeling geweest om ze te vermoorden, sins dien ben ik in alle verhalen slecht genoemd niemand vertrouwde me meer en werd nog meer gehaat". Lissette slikte een keer "ik heb me sinds dien hier verstopt met alle benodigdheden en ging alleen nog naar buiten om achter bomen mensen te zien die het wel goed hebben". Nu sprongen ook in Eva's ogen de tranen. "Wat een zielig verhaal maar waarom probeerde je niks te zeggen dat het uit pure woede was?". Lissette liep naar Eva toe "mensen zeggen dat ik een duister hard heb en niet te vertrouwen ben ik zou alles kunnen zeggen maar niemand zou luisteren". Lissette liep langs de stoel waar Eva op zat en ging voor haar op de grond zitten. "Vertel mij" zei ze. "Vertel mij hoe ik vrienden kan maken". Eva keek haar recht in haar ogen aan en begon te denken. "Wat dacht je ervan om onder de mensen te komen" probeerde Eva. Lissette keek haar zwijgend aan "Maar wat nou als ze bang zijn". Eva pakte haar bij haar schouders "Lissette je zit hier al jaren en mensen komen van heide en ver om jou verleden te zien, denk je nou echt dat als ze dat voor je over hebben dat ze dan bang van je zijn?". Lissette wurmde zich los en stond op "je hebt gelijk kom mee het is het proberen waart". Eva deed de kristallen deur open en liep samen met Lissette de trap af. Een maal beneden pakte Lissette de hand van Eva. "Weet je zeker dat dit een goed idee is" vroeg Lissette. "Vertrouw je me" vroeg Eva. Lissette twijfelde en knikte toen. Lissette en Eva liepen door de beneden deur richting de groep. Adam zat op zijn slaapzak en keek de richting van Eva in. Toen hij haar zag sprong hij op en rende op haar af. Eva lachte naar hem en hij knuffelde haar. "Het spijt me, het spijt me zo erg" zei hij. Eva probeerde zich los te wurme en gaf hem een hoofdklopje. "Het spijt mij ook" zei Eva "van alles". Lissette stond om het hoekje van de muur en keek naar haar. Eva draaide zich om en stelde Adam aan Lissette voor. "Woooooow dus je bent nog niet dood". Was de eerste reactie van Adam. Iedereen lachte en ze hadden een heel veel plezier.
JE LEEST
zo duister als een horrorfilm
Mistério / SuspenseEen meisje genaamd Eva gaat voor een week logeren in een huis dat van een meisje genaamd Lissette was, Volgens de legende is zij een heldin maar is dat wel zo en wie is HIJ die mij dit aan wou doen?