13

27 3 0
                                    

Ik stapte op en ging op een plekje aan het raam zitten.
Ik staar uit het raam en er rolt opnieuw een traan over mijn wang.
Ik had hem nooit mogen achterlaten.

Ik trek het zwaar legeruniform aan dat de commandant me heeft gegeven.
Ik kijk naast me en zie een jongen die ongeveer even oud is als ik.
Ik herken hem ergens van en besef dat ik hem vaak op café zie.
Ik zie een lichte glinstering bij zijn hals en merk dat hij en medaillon met een foto van een meisje in draagt.
Ik hoop zo dat mijn schat veilig in Nederland aan komt.
Ik wou dat ik haar nooit had achtergelaten maar ik moest wel.

Ga !Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu