Geld

28 1 0
                                    

We waren nu al vier uur aan het lopen maar nog steeds was er nergens leven te bekennen. Al ons water was op en niemand had genoeg energie om te jagen. Als we niet snel een dorp konden vinden zouden we uitdrogen.We hadden geluk. 'Daar!' riep ik uit. Op een heuvel verscheen een klein dorpje. Waarschijnlijk zou het niet eens een herberg hebben maar voor ons voelde dit aan als de hemel. Enthousiast rende ik de heuvel op , gevolgd door Eric en Diana. De huizen waren allemaal maar een enkele verdieping hoog op één gebouw na , die bestond uit twee en was waarschijnlijk de herberg.
Je kon het niet levendige noemen. De mensen keken somber en het leek meer alsof ze gedwongen waren om hun taken te verrichten. Het interesseerde me niet. Ik kon alleen denken aan water en een echt bed. Plotseling besefte ik dat ik geen geld had. Net voor we bij het dorp waren stopte ik met rennen. 'Uhm jongens ... We hebben geen geld ,' zei ik. De lach van de twee veranderde langzaam in een grimas toen ze het besefte. 'Ik regel wel wat, wacht hier,' zei Eric en voordat ik hem kon tegenhouden was hij al weggerend. 'Nou we hebben niet echt een keuze ,' zei ik. Diana knikte. Alle vreugde die ze net nog had was verdwenen en ze was weer zo passief geworden als gisteren. Mijn blote voeten speelden met het gras. Na een aantal uur wandelen waren mijn schoenen te kapot om nog te gebruiken . Ze waren meer lastig dan nuttig dus had ik ze uiteindelijk maar uitgetrokken. Ik hoopte dat ze hier ergens leer of stoffen verkochten.
Eric kwam terug. 'Kijk eens wat ik heb ,' zei hij met een grote grijns op zijn gezicht. In zijn handpalm lagen 4 zilverstukken en een bronzen duit. Dat was genoeg voor een goed bed en voedsel voor een week. 'Hoe kom je daaraan ?' Vroeg ik hem , maar ik had het duistere vermoeden dat hij het had gestolen, al hoopte ik vurig dat ik daarin ongelijk had. Zijn blik zei alles. Eric was zes jaar toen hij werd beroofd. Hij was met zijn ouders en zijn zusje op een festiviteit en hij ging iets te eten halen voor hun. De zon was allang onder. Samen met zijn zusje ging hij naar de kraam toe. Het was druk , niet het drukke wat hij was gewend in het kleine dorpje waar hij leefde, dit was een enorme stad en algauw werd hij erdoor overweldigd. Het zelfde gold voor zijn zusje. Ze staken de verkeerde straat in , en nog een , en nog een...Ze konden de weg niet meer terug vinden. Eric en zijn zusje hadden bijna geen mensen meer gezien , alleen dronkelappen. Na een tijdje vonden ze twee nuchtere mannen. Eric , die geen ervaring had met de gevaren van een stad, vroeg hun of ze konden helpen zijn ouders te vinden. Het antwoord dat hij kreeg was een vuiststoot tegen zijn hoofd. Langzaam kwam Eric weer bij beseffen. Zijn mantel was verdwenen evenals de paar duit die hij had meegekregen van zijn ouders. Hij dacht meteen aan zijn zusje. Eric kroop overeind en zag daar naast hem het fragiele lichaampje van zijn zusje liggen. De punten van haar lichtblonde haren waren doordrenkt met bloed. Hij kroop naar haar toe en sloeg zijn armen om haar heen. Haar ogen keken leeg naar hem. 'Sina...' fluisterde hij zwakjes. Ze reageerde niet. Eric had verhalen gehoord over mensen die verdwenen. Die mensen sloten hun ogen en reageerden nergens meer op alsof ze in een eeuwige slaap waren. Meestal werden ze dan gevoerd aan de vlammen of begraven.Het was de dood. Hij besefte dat dit was gebeurd met Sina. Ze had zich waarschijnlijk verzet tegen de twee waarna ze door hun was vermoord. Hoe konden mensen zo wreed zijn ? Een meisje van zeven jaar doden voor een klein beetje geld? Hij begon te huilen. Sina was altijd de belangrijkste persoon voor hem geweest. Zijn dikke tranen vielen op haar popachtige gezichtje. Uren bleef hij zo doorgaan tot dat er geen tranen meer wilden komen. Hij tilde haar op. Hij kon haar niet begraven of verbranden , daar was niks voor te vinden in deze smerige stad. Maar hij kon haar hier niet laten liggen dus liep hij met Sina in zijn armen het steegje uit. Hij kwam niemand tegen tijdens zijn tocht naar de haven. Hij kon de rivier sterk genoeg ruiken om te weten waar het was. Ook daar was het verlaten. Hij pakte een halve ton die daar lag en legde voorzichtig zijn zusje daarin. Hij sloot haar ogen en duwde haar de stroming op. Eric bleef kijken tot dat zijn zusje uit het zicht was. Zelfs daarna zat hij nog een lange tijd te kijken naar de zon die langzaam op kwam. Zijn ouders waren een week wanhopig aan het zoeken naar de kinderen. Toen ze geen succes hadden konden ze geen andere conclusie trekken dan dat ze waren gestorven in de gevaarlijke straten en ze vertrokken. Eric leerde te overleven in de stad , hij werd een expert in zakkenrollen en kende alle gevaren . Soms brak hij zelfs in. Als dat slaagde kon hij een paar dagen fijn leven.Na een jaar was de festivteit er weer. Of dat dacht hij. Maar toen hij daar aankwam in de hoop zijn ouders te zien was er niemand te bekennen. Zijn laatste kans om terug te keren naar zijn ouders was verkeken. De duisternis had de stad overgenomen. De gebieden waar hij kwam waren meestal al arm dus had hij niks beseft. Tot dit moment. Feesten die niet ter ere van hem waren waren verboden. Ook waren alle wetten veranderd. De beelden waren verplaatst voor galgen , de mensen voor lege omhulsels. Hij begon weer te huilen. Alles wat hij had was verdwenen , snel droogde hij zijn tranen weer. Hij ging verder met overleven. Nog een jaar later kwam hij een vrouw tegen. Ze zag Eric graatmager in een steegje liggen. Het was de beheerster van mijn weeshuis. Ze nam hem mee en Eric verzette zich niet. Ik ontmoette de getraumatiseerde jongen. Langzaam knapte hij op en werd een levensgenieter. Hij werd een van mijn beste vrienden. Zelfs op de dag van vandaag had hij nog dat dieveninstinct in zich , denkend aan zijn ruige verleden vergaf ik het. 'Het is goed Eric ,' vertelde ik hem. Hij ontspande zijn gezicht. We liepen naar de herberg en aten een geweldige maaltijd. De herbergier liet duidelijk merken dat hij ons walgelijk vond. Het maakt ons niets uit. Hoe je kon veranderen in een paar dagen. We hadden voor een nacht twee kamers gehuurd. Eric sliep in een eigen kamer en ik deelde die van mij met Diana. Ze zat op het bed. Ik plofte me voldaan naast haar neer. Ik keek haar aan . ' We moeten wat bespreken ,' zei ik tegen haar.

DuisternisWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu