Ashes Chapter 2

40 0 0
                                    

Hoofdstuk 2.

Mijn broer Edwin gooide mijn schooluniformen op mijn bed en liep naar de gordijnen om ze open te doen.

Ik keek op en kneep mijn ogen dicht tegen de felle zon. 'Waar is dat voor nodig?' Vraag ik terwijl ik in een krimp op mijn bureau stoel. 

'Er is geen reden voor jou om je te gedragen als een vampier, zusjelief.' Hij liep naar me toe en trok me van mijn stoel. 'Eenzame opsluiting is niets voor jou.'

Sinds de brand, nu inmiddels al weer twee maanden geleden was ik amper mijn nieuwe kamer uit geweest. Ik voelde gewoon niet de drang om bij mijn rouwende familieleden te gaan zitten. Ze rouwden om het verlies van kleine Peter en Evangeline. Zij hadden de brand niet overleefd. Het ergste van alles was nog wel dat het overleiden van Peter mijn eigen schuld was. Ik had bij hem moeten blijven, ongeacht het vuur dat ons al die tijd uit elkaar probeerde te halen. Maar nee, ik had het laten gebeuren, het vuur dreef me weg van de stad en alleen maar omdat Híj degene was die het vuur beheerste als een soort kracht.

Ik dook ineen bij het denken aan hem. Mijn hele lichaam kreeg kippenvel en het teken dat hij op mijn schouder had achtergelaten brandde hevig.

Ik zette al die gevoelens en onzekerheden van me af om Edwin te woord te kunnen staan. 'En het schooluniform mag je houden.' Zei ik. 'Ik ga niet naar school.'

'Echt wel!' Lachte hij en hij haalde een hand door mijn haren. 'Je hebt toegestemming van mam en pap gekregen om later naar school te mogen dan wij. Niet om nóóit naar school te hoeven gaan.'

Daar had hij een punt. 

Ik Haalde onverschillig mijn schouders op en zonder echt naar de uniformen te kijken - die nog in de hoes zaten - hing ik ze in mijn lege kast. 

'En nu houden we op met verdrietig zijn.' Zei Edwin streng. 'Evangeline en Peter nemen het je echt niet in dank af als je nu alles om je heen vergeet en je op sluit in je kamer.'

Wederom: daar had hij een punt. Maar het was niet alleen de dood van mijn jongere broertje en zusje. Het was ook het idee van de jongen met de ravenzwarte haren. Ik weet dat het absurd was om te verwachten dat als ik naar buiten liep hij me daar op zou staan te wachten, maar ja, hij heeft me niet voor niets geredt en zijn teken op mijn schouder gedrukt. Demonen doen nooit iets zonder er zelf beter van te worden. Hoe vaak had de psychologe dat niet tegen me gezegd om me wijs te maken dat de gebeurtenissen die ik vertelde een treiterbeeld van mijn onderbewustzijn ware? Kort gezegd: om me duidelijk te maken dat ik gewoon gek was geworden?

Nee, er was geen twijfel over mogelijk: ik was nog lang niet van hem af.

'Oké, je hebt gelijk.' Zei ik twijfelend. 'Ik ga morgen wel weer naar buiten.' Ik wilde teruglopen naar mijn bureaustoel maar Edwin hield me tegen.

'Niets daarvan.' Zei hij streng. 'Wij gaan nú naar buiten. Het is heerlijk weer en Lousiana ligt aan het strand. Dat zou je weten als je je gordijnen eens wat vaker open zou doen. In de verte kun je de zee al zien.'

Nadat we moesten vluchten omdat onze geboortestad was afgebrand, hadden mijn ouders besloten te verhuizen naar de buurman van de vroegere staat waar we in woonden: Lousiana.

Louisiana leek in vele opzichten op onze geboortestad, dus zo gek was het niet dat onze ouders juist deze plek hadden uitgekozen. We woonden In Baton Rouge, de hoofdstad van Louisiana. Los Angeles was te duur en Baton Rouge leek schijnbaar te bieden wat we allemaal leuk vonden: Surfgelegenheid voor Edwin, de sportieve van onze familie. Het had uitgaansgelegeneheid voor mijn twee jongere zussen Elisabeth en Maria die in hun rebelse periode zaten. Een kerk voor mijn vader, vele binnenhuisarchitect mogelijkheden voor mijn moeder en een bibliotheek voor mij.

 'Wat had je in gedachten?' Vroeg ik met een diepe zucht.

Hij grijnsde. 'Mooi zo. We gaan surfen. Trek een bikini aan.'

Ik stond loom op. 'Ik kan niet surfen.'

Hij grijnsde. 'Ik leer het je wel.' Hij haalde een hand door mijn haren. 'Ik zie je beneden.' En hij liep naar onderen.

Ik zuchtte en liep naar mijn kast. Mijn kast was leeg, De kleren die ik ooit had hadden we weg moeten doen door brandschade en omdat ik toch íéts moest dragen had mijn moeder inkopen gedaan, ik was namelijk niet in staat om het zelf te doen. Ik was tenslotte opgesloten in die stomme inrichting.

Ik deed nu al twee maanden met dezelfde spijkerbroek rond. Misschien moest ik toch maar eens gaan shoppen, al was het alleen maar om iedereen te laten zien dat ik echt niet zó gek was en wel een beetje meisjesachtig kón zijn... Als het echt moest.

Mijn moeder had een bikini voor me gekocht met wilde, tropische bloemen er op. Echt iets voor mijn moeder. Ik fronsde, niet blij met de bloot graad, het zou betekenen dat ik telkens zijn teken zou zien... en Hij waarschijnlijk ook. 

Ik had inmiddels al gemerkt dat niemand anders het teken kon zien, wat het dus allemaal nog een stuk enger maakte. Maar ook veiliger - ik zou mijn vader niet mee willen maken als hij erachter komt. Niet dat ik denk dat hij meteen weet dat het een demonen teken is... Maar ik zou op mijn donder krijgen omdat ik een tattoo had laten zetten. Het lichaam was volgens hem tenslotte geen uitgangsbord voor zoiets als tattoo's of piercings. Ik weet nog de straf die ik gekregen had toen ik een paar jaar geleden mijn oren had laten piercen door een vriendin van me. Ik mocht zeker een half jaar het huis niet uit en mijn kleding geld werd ingehouden. Niet dat je me daar nou echt mee had, ik was namelijk niet dat soort type.

Ik trok snel mijn bikini aan en weigerde naar het teken te kijken. 

'Christina!' Schreeuwde Edwin van onder aan de trap. 'Kom je nog?'

Ik schoot overeind, trok snel een van die afschuwelijke jurken van mam over mijn hoofd en sprong in mijn slippers. 'Ik kom er aan!' Schreeuwde ik en ik denderde de trap af naar beneden.

AshesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu