Hoofdstuk 16

62 11 6
                                    

Heb jij dat wel eens gehad? Dat bijvoorbeeld op de basisschool de juffrouw naar je toe kwam en vroeg of je in de pauze even wilde blijven voor 'een gesprekje'? Bij mij is dat een of twee keer gebeurd. Ik had een hekel aan de 'gesprekjes'. Vroeger was ik altijd een heel vrolijk meisje, maar nadat mijn vader weg was gegaan veranderde dat. Ik werd stiller, sloot me op in mijn kamer en ontdekte de wereld van boeken. School werd een hel. In het begin vond iedereen mij zielig en keken ze me aan met een medelijdende blik in hun ogen. Na een halfjaar werd het al weer oud nieuws. Ik bleef mezelf terugtrekken en werd daardoor ook genegeerd. Nu is dat 3 jaar geleden. En nog steeds heb ik er problemen mee. Dankje pap. Maar niet heus. Zodra ik in een 'gesprekje' over mezelf moest gaan praten, klapte ik dicht. Toen ik daar zo voor Daan stond besefte ik dat het heel erg leek alsof ik een 'gesprekje' moest gaan voeren, en daardoor werd ik nog zenuwachtiger...

Zijn bruine ogen kijken mij vragend aan. Ik zuchtte een keer diep. 'Wat ik je ga vertellen, zal eerst echt super raar klinken, maar ik wil dat je belooft dat je mij zal geloven.' Hij knikte. 'Dat beloof ik.' Ik sluit mijn ogen en begin. Nadat ik alles had verteld, keek ik pas op. Ik zie dat Daan slikt. 'Ik ben dus in gevaar, maar wat hebben die vrouw en de man van het ongeluk met mij te maken?' 'Ze zijn vermoordt omdat ze dezelfde armband droegen, ze beschermden die met hun leven. Ik weet niet waar ze die armbanden voor nodig hebben, maar ze doen er alles aan om hem te krijgen.' Ik zie dat Daan naar zijn eigen armband kijkt. 'Wie zijn 'ze'?' Vraagt hij. Machteloos gooi ik mijn armen de lucht in. 'Ik heb geen idee.' 'Maar die vrouw die je ziet, waarom vertelt zij je dat niet?' 'Ze draait er elke keer omheen.' Ik zie dat Daan een beetje twijfelachtig kijkt. 'Oh god. Je gelooft me niet, of wel soms? Je denkt vast dat ik raar ben, of erger nog: gek!' Ik begin een beetje in paniek te raken. 'Hé. Kijk me aan.' Daan legt zijn hand op mijn wang en ik kijk hem aan. 'Ik geloof je, het is alleen een beetje een bizar verhaal.' Ik haal een  keer diep adem. 'Heb je dat briefje nog die je bij de hand hebt gevonden?' Vraagt Daan. Ik haal het verfrommelde briefje uit mijn zak en geef het aan hem.'Ik ben echt in gevaar, of niet soms?' Ik knik. Hij krijgt een denkrimpel op zijn voorhoofd. 'Daan?' 'Ja?' Ik haal nog een keer diep adem en zeg: 'Ik denk dat we moeten vluchten.'


RunWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu