{Deel 2: Hoofdstuk 3}

1.4K 70 18
                                    

P.o.v. Kaytlinn:

Met open mond staar ik Melanie aan.
"Dat kan niet" mompel ik.
Melanie knikt beteuterd.
"We gaan nu naar hem toe!" sis ik en sta op, maar Melanie denkt er anders over.
Een luide zucht verlaat mijn mond en ik rol mijn ogen.
"Mel, hij heeft geen goede reden om het zomaar met je uit te maken!" sis ik en loop richting het groepje, waar Scott bij staat.

Ik loop richting Scott, waar ik naast ga staan en claim zijn hand.
"Lang niet gesproken" glimlach ik en knipper een paar keer, extra, met mijn ogen.
Hij grijnst breed naar mij en trekt me tegen zich aan.
Player.
"Nee, zullen we anders nu even bij kletsen?" vraagt hij en knikt naar de bezemkast.

"Ja hoor" antwoord ik giechelend en ga met mijn hand door zijn haar.
"Kom" zegt hij hees en trekt me de bezemkast in.
Hij duwt me tegen de muur, waarna hij me kusjes begint te geven in mijn hals.
"Scott" zucht ik, genietend van zijn aanraking, al hoop ik, dat mijn toneelstuk echt lijkt.
"Zeg maar niks. Je wil me" hijgt hij.
Ik knik en kijk hem diep aan in zijn ogen.

Met mijn hand rijk ik uit naar zijn 'perfecte' kaaklijn en ga er liefkozend overheen.
Zijn grijns verbreed en hij duwt me strakker tegen de muur.
"Kus me!" beveelt hij me, waarna hij zijn lippen op de mijne drukt.
Ik ga er even in mee, maar hef al snel genoeg mijn knie op.

Hij krimpt ineen en kreunt van de pijn, waarna ik hem grijzend aankijk.
"Players zoals jou verdienen niet zo'n aardige vriendin als de mijne. Blijf voortaan bij haar en mij uit de buurt, of je zal er voor boeten!" sis ik.
Hij grijnst terug en staat wankelend op.
"Pittig, hou ik van" zegt hij.
Nooit van ophouden gehoord?

Zuchtend kijk ik hem aan.
"Player"
"Wat?"
"Player" herhaal ik.
"Een wat?"
"Moet ik het voor je spellen?" vraag ik.
Jeez, deze jongen is nog dommer dan een grassprietje, waar je constant overheen loopt.

"Ja" antwoord hij.
Ik rol mijn ogen en zet mijn handen in mijn zij.
"P"
"Van prachtig, wat jij bent"
"L"
"Van lekker ding, spreekt voor zich" knipoogt hij.
Ik maak kots geluiden en ga verder.
"A"
"Arrogant, maar hou ik van" zegt hij en haalt een hand door zijn verwilderde haren.
Ik zucht.
"Y" zeg ik en kijk hem grijnzend aan.
"En meneer de player, kan je er nog één ve-" hij kapt me af, door me waarschuwend aan te kijken.
"Y van you, Engels voor jou, want je blijft altijd jezelf" hij knipoogt.
"Eigendunk" zucht ik en ga verder.
"E"
"Elegant, wat je bent" zegt hij.
Ik zucht.
"R" mompel ik.
"Rondingen" antwoord hij.
Ik kijk hem met grote ogen aan, waardoor hij een nog grotere grijns op zijn gezicht krijgt.

Een harde klap weerklinkt in de bezemkast en een rode afdruk is te zien op zijn gezicht, van mijn hand.
"Player. P van proesten; wat iedereen doet, als jij je moves in de strijd gooit, L van lachen; want je bent een lachertje, A van arrogant; because you are, Y van you; because you sucks, E van error; want er is zo veel mis me jou en R van ren; wat je nu moet doen, anders maak ik je af" sis ik.
Hij grijnst en duwt me tegen de muur.
"I like the game, lovely"
"Ik ben je 'lovely' niet!" sis ik.
"Nog niet, maar let maar op" grijnst hij.

Ik duw hem van me af en stap boos de bezemkast uit.
Ik ren naar Melanie, waar ik mezelf naast neer laat ploffen.
"En?" vraagt ze.
"Wat een player" mompel ik, pak mijn spullen bij elkaar en loop naar de meisjes wc.
"Wat is er gebeurt?" vraagt ze me en trekt haar wenkbrauw op.
"Laat het" zeg ik dreigend.

Ze zet haar handen in haar zij en kijkt me bedenkelijk aan.
"Vertellen, nu!" beveelt ze me met, als je het mij vraagt, te veel handgebaren.
"Fijn" antwoord ik en rol mijn ogen.
"Ik noemde hem player" begin ik en leg het hele verhaal uit.

"Hij heeft je gezoend?" vraagt ze.
"En jij ging er in me-" ik kap haar af.
"Zeg het moest echt lij-"
"Stiekem genoot je ervan" zegt ze en krijgt tranen in haar ogen.
"Mel" zucht ik en loop naar haar toe.
"Het moe-"
"Het moest echt lijken!? JIJ PAKT DE JONGEN, WAAR IK VERDOMME EEN CRUSH OP HEB, AF!" schreeuwt ze, waarna er een traan langs haar wang naar beneden glijd.

Met kleffe handen pak ik haar hand vast, die ze meteen los trekt.
"Beste vriendinnen doen zo iets niet!" zegt ze.
"Maar Mel!" probeer ik, maar het is te laat.
Ze stormt de wc uit, waarna ik achter haar aan ren, maar tegengehouden word door Jayden.

Tranen ontstaan in mijn ooghoeken, als ik Melanie de hoek om zie rennen.
Ik duw Jayden boos aan de kant, wat hij niet pikt.
Hij pakt me vast bij mijn schouders, waarna de eerste traan over mijn wang begint te lopen.
"Wat is er aan de hand?" vraagt hij in paniek.
"Eerst Melanie nu jij?"
"Wat doet het er toe!? LAAT ME ER GODVERDOMME LANGS!" schreeuw ik woest en duw hem van me af.
"Kaytlinn!" schreeuwt hij en duwt me tegen de muur.
"Doe rustig!" beveelt hij me, maar het doet me niks.
Ik moet naar Melanie.
"GODVERDOMME!" schreeuw ik hard en begin hem te slaan, maar als gewoonlijk, geeft hij geen kik.

Snikken verlaten mijn mond.
Tranen verlaten mijn ooghoeken en ik voel me ellendig.
Ik zou Melanie helpen, maar heb het alleen maar erger gemaakt.
Voor haar, maar al zeker voor mezelf.
Wat ben ik voor een beste vriendin?

Jayden heeft inmiddels zijn grip wat losser gemaakt en heeft me in een knuffel getrokken.
Ik laat het toe, omdat mijn energie vrijwel helemaal weg is.

"Wat is hier aan de hand?" vraagt een bekende stem achter Jayden.
Ik open mijn ogen, die ik gesloten had, en kijk met waterige ogen op naar Jake, die achter Jayden staat.
Hij kijkt mij niet begrijpend aan en komt naar me toe.
Hij duwt Jayden aan de kant en neemt mij in zijn armen.
"Wat heeft hij gedaan?" vraagt hij sissend en kijkt dreigend naar Jayden.

"Hoe graag ik ook zou willen zeggen dat hij alles heeft gedaan, kan ik het niet" zucht ik.
"Het is mijn eigen schuld" snik ik en duw mijn gezicht in Jake zijn shirt.
Hij wrijft liefkozend over mijn rug en maakt even later cirkeltjes, wat rustgevend aanvoelt.
Ik adem diep in en uit en kijk Jake aan, die klein naar me lacht.

Ik lach klein terug en duw me een stukje bij hem vandaan.
"Ik moet naar Melanie" zeg ik snel en begin te rennen.
Ik ren naar de andere kant van de school, en blijf rennen.
Rennen tot ik niet meer kan, want ik moet Melanie vinden.
Mijn beste vriendin, daar doe ik alles voor, alles.

"MELANIE!" klinkt mijn stem door de lege schoolgangen.
"MELANIE!" schreeuw ik nog eens, de brok in mijn keel wegslikkend.
"MEL!" schreeuw ik en hoor mijn stem krakerig worden.
Nee, niet nu!
"MELANIE!" schreeuw ik opnieuw, maar geen gehoor.

Als ik haar na een tijdje nog niet vind, laat ik me uitgeput tegen de muur aan naar beneden glijden.
Waar kan ze zijn?
Grote tranen beginnen zich een weg naar beneden te wurmen, vanuit mijn ooghoeken.
Ik doe er niks aan.
Ik heb het verpest.
Waarom moet ik dan zo'n slechte vriendin zijn?
Iedere andere vriendin had het anders opgelost.
Ik had hem gewoon meteen een bitch klap moeten geven, wat ik als de beste kan, maar het kwam verdomme niet in me op.

Ik wilde hem laten lijden, laten voelen wat hij bij Melanie had gedaan, maar waarom op deze manier?
Ik had gewoon mijn knie omhoog moeten trekken en hem in zijn 'kroonjuwelen' moeten raken, en hard ook, of mijn hand uitsteken en hem een bitch klap geven, of ga zo maar door, maar nee hoor.
Ik moest de ongelofelijke bitch weer zijn.
De bitch die ik altijd ben.

Zuchtend trek ik mezelf overeind en veeg de tranen woest weg.
Ik kijk om me heen en zie dat een paar mensen me aanstaren.
"Wat?" snauw ik, waarna ze zich snel omdraaien en weglopen, of nee correctie, wegrennen.
Ik grijns ligt en kijk nog één keer hopeloos om me heen, om Melanie te kunnen vinden, maar heb geen succes.
Snikkend loop ik de gangen door, naar de kamer van mij en Melanie, waar ik me op bed laat vallen.

Ze moet ooit terug komen, naar hier.

Soccer Bitch Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu