Tanger, Marokko. Een van de mooiste plekken ter wereld. Ik kijk met mijn koffers in mijn hand naar de lucht. Ik ben echt blij dat ik voorlopig ontsnapt ben. Ik weet niet hoe lang ik blijf, maar ik weet waarom ik altijd naar Marokko wou. Ik wil de wereld ontdekken, de wereld zien. Ik heb België al gezien, nu mijn thuisland nog. Ik ga even zitten bij een café, bijkomen van de reis en kijken in welk hotel ik ga slapen.
Intussen in Nederland...
'WAAR IS ZE?' Yusuf ijsbeert door de kamer terwijl zijn vader belt met zijn moeder. Ilias is aan het huilen en Hakeema kookt. En Fouad? Die zoekt Dalila samen met Marouane. Yusuf onderzoekt haar kamer op sporen.Hij kijkt tussen de dekens en hij vind het briefje van Amani. Alleen Dalila heeft het slim aangepakt door Amani's naam weg te scheuren, als een hind. 'Oh nee, dit is niet waar.' Yusuf stormt de trap af naar zijn vader. Hij geeft hem het briefje.
'Nora we weten waar ze is, beslama ik hou je op de hoogte.' En hij hangt op. Hij keert zich om tot Yusuf. 'Yusuf, bel Fouad. Ga jullie 2 naar Marokko en zoek Dalila. Hier hebben jullie 3 tickets, neem maar iemand mee.' Hij twijfelt geen seconde en belt zijn stiefbroer op.
Gesprek
Yusuf: 'Fouad we weten waar Dalila is.'
Fouad: 'Waar is ze?!'
Yusuf: 'Ze is in Marokko en we moeten haar zoeken.'
Fouad: 'Alleen wij tweeën?'
Yusuf: 'Nee we mogen iemand meenemen.'
Fouad: 'Safi ik weet wel iemand, ik kom eraan.'
Yusuf: 'Safi, tot zo.'
Einde gesprek
Fouad's perspectief
Nadat Yusuf me had gebeld begon ik met Marouane erover te praten. 'Ey broer we weten waar ze is.' Marouane kijkt op. 'Waar dan?'. 'Awel, in Marokko. Yusuf en ik gaan er heen. Wil je joinen?'. Marouane knikt. Anyways, er is chaos en dat moet rechtgezet worden.
'Marouane a sahbi loop sneller me broer en me vader rekenen er op dat we snel doen.' Voordat me zusje domme dingen gaat doen in Marokko.
Eenmaal thuis aangekomen komt me moeder naar me toe.
'Zoon, ga niet naar Marokko het is te gevaarlijk daar. Wat ga je daar je leven riskeren om die hoer te zoeken, laat dat over aan haar broer. Dan zijn we van ze af, dan kunnen we een leven lijden zonder die kinderen van Ahmet. Alsjeblieft Fouad, doe het voor mij, ik ben je moeder doe het voor mijn geluk...'
Verbaasd kijk ik naar mijn moeder.
'Je bent iets belangrijks vergeten.'
'Nou?'
'Ik ben ook haar broer, Yusuf voelt als een broer voor me en ik zie Amani nu ook als me zusje. Ik zou door het vuur gaan voor hun. Ik wil ze niet uit mijn leven, wallahi al moet ik heel Marokko afzoeken, we komen niet terug zonder mijn zusje.'
'Als je naar Marokko gaat, zoek daar dan maar ook een nieuwe moeder. Het is of ik of haar.'
En zo stond Fouad op het punt de belangrijkste beslissing te nemen van zijn leven.