2. inpakken en wegwezen

84 10 0
                                    

Ik tilde zoekend een kussen op van de bank. 

"Mam, weet jij waar mijn telefoon is? Ik ben hem kwijt."

"Ja dat weet ik zeker. Die heb ik." reageerde mijn moeder.
"Mag ik hem terug?" vroeg ik geïrriteerd. Ik was al zeker een half uur aan het zoeken

"Nee. Ik zei dat als je er nog iets over zou zeggen, je je telefoon kwijt was." Zei mijn moeder op een ijzige toon.
"Ik zei dat ik je haatte. Dat heeft niets met dat onderwerp te maken." Zei ik koud.

"Nee dat klopt. Maar todat je je weet te gedragen, krijg je hem niet terug."

"Maar mam! je- "

"Niks gemaar. Ik wil dat je normaal tegen me doet. En ga nu je koffers pakken. Morgen ga je, want ik moet smiddags op het vliegveld zijn."

'Dit kan je niet maken!'

'Jawel, ik ben je moeder'

'Ik zal weglopen!

Als je dat doet laat ik je telefoon in Japan.'
"Je bent echt een shitmoeder"
'Valt wel mee.'

Ik storm weer naar boven en gooi mijn rol koffer op mijn bed. Wat was ze toch ongelofelijk. ze bemoeit zich nooit met me. Waarom nu ineens wel?!  Ze zal vast wel weer bang zijn dat ik iets stuk maak, en dat het weer geld kost. Kan ze zich nou niet een keer inleven in hoe ik me voel?! Ik heb echt niks aan haar. Ze heeft nooit voor me gezorgd en nu gaat ze ineens de perfecte moeder spelen?!

Ik had zin om de cactus op mijn bureau door het raam te smijten, Maar ik deed het niet.
In plaats daarvan liet ik me op mijn bed vallen. Miesje kwam nieuwsgierig om het hoekje van de deur heen gelopen. ik pakte haar op, en ging terug zitten op mijn bed. ik begroef mijn gezicht in haar zachte vachtje.
Ik kan niet zonder dat beest. ze is de enige die me niet haat, de enige die ik kan vertrouwen. De enige bij wie ik terecht kan als ik weer een woedeaanval krijg. Ik snoof de geur van het beest op, en kalmeerde. Mijn ademhaling werd weer regelmatig, maar mijn woede zakte niet. Ik ging rechtop zitten en staarde voor me uit.
Ik wist het eigenlijk al. Het moment dat de stem van mijn moeder weer monotoon begon te worden, kookte ze van binnen. Ik kon hier echt niet onderuit.

Ik deed mijn kast open en pakte spijkerbroeken en een paar blouses en shirts. Ook gooide ik mijn jurk, nog wat andere dingen erin. ik had eigenlijk een bloedhekel aan die jurk. ik kan me er gewoon niet naar gedragen en het staat me ook niet. misschien kon ik hem bij mijn tante weggooien en dan zeggen dat ik hem vergeten was. no way dat mijn moeder zo lang ging rijden voor een jurk.

Ik pakte en vouwde hem op mijn favorite vest, Dat helemaal knuffelig was.

mijn geliefde muts met kattenoortjes had ik al op. Veel mensen vinden het kinderachtig, ik geef er geen zak om. Hij zit lekker en is warm.

Ook pakte ik mijn oude sneakertjes, zodat mijn nieuwe paar niet vies zouden worden als ik weer moest werken. Ik gooi mijn borstel, kam en nog wat andere spulletjes in een etui en deed doe ook in haar koffer. Na ongeveer een uur had ik alles ingepakt.
Wat had ik nog meer nodig?
Ik keek om me heen. Oja, een zaklamp zou ook wel handig zijn.
Mijn camera, ook heel belangrijk.
Ook die deed ik in mijn koffer.

Ik klapte hem dicht;
Ik was klaar om te gaan.

*

Het was al laat en mijn moeder was zuchtend en steunend al naar bed gegaan. Ze had weer veel te lang door gewerkt. Man, dat mens leeft voor haar werk.
Voorzichtig sluip ik naar beneden. Naar die heks? Zonder telefoon?
No way.
Ik trippelde op mijn tenen naar de keuken en grabbelde achter in een van de keukenkastjes. Al snel voel ik het koude scherm van mijn telefoon. Het was de standaard plaats waar mijn moeder spullen neerpleurde die ik niet vinden mocht. Ik had hem eigenlijk al gevonden op mijn tiende.
Snel sluip ik weer terug naar boven. Ik doe mijn bureau lampje aan, en pak mijn koffer. Zacht rits ik hem open. Aan de binnenkant was de voering kapot en daar deed ik mijn telefoon in. Ik deed mijn koffer weer dicht en de lamp weer uit.
Met een gerust hart ging ik naar bed.

*

CATHY KOM WE GAAN ZO!
langzaam opende ik mijn ogen. Ik gromde wat en draaide me nog een keer om. Ik hoorde mijn kamerdeur opengaan. "Cathy schiet op! Je moet ook nog ontbijten!" riep mijn moeder geïrriteerd uit.

 Ik kroop dieper onder de dekens. Met een ruk gooide mijn moeder de dekens van me af. "

"Ik kom eraan" kreunde ik chagerijnig.

"Ik verwacht je over 5 minuten beneden. omgekleed of niet."

De kamerdeur ging weer dicht en ik was weer alleen.
Langzaam stapte ik uit bed en wreef de slaap uit mijn ogen. Ik stapte naar mijn kast en koos voor een strakke zwarte broek en een comfortabele rode sweater met " idc" er in de hoek opgedrukt.
Ik keek in de spiegel. Mijn haar zag eruit alsof er een atoombom in ontploft was. Trekkend haalde ik een kam door mijn haar waarna ik een schuine schijding maakte.
Mijn rode haar viel over mijn schouders.
ik had er een bloedhekel aan, mijn rode haar.

het was niet alleen de kleur, maar ook de persoon van wie ik het geërfd had. het was een geweldige herinnering aan mijn verschrikkelijke verleden.

Snel maakte ik een vlecht en plantte mijn beanie op mijn hoofd.

Mijn loeizware koffer optillend, sleepte ik hem naar de gang.
Ik sjokte als een halve zombie de keuken binnen en ging zitten. nog half slapend maakte ik voor mezelf een boterham met hagelslag.

"Ik moet even iets doen, ben zo terug"Zei mijn moeder. Ze liep de keuken uit.
Afwezig knikte ik.

Had ik genoeg ingepakt? Ik wist het niet. Kleding in ieder geval genoeg. Make up ook. niet dat ik het veel gebruikte, alleen eyeliner en soms concealer.
Moest ik mijn trainingsbroek meenemen? Dat is mischien wel fijn voor savonds. Die zou ik dadelijk wel inpakken.

Even later kwam ze weer terug. Ik had mijn boterham al op.
'Wat was je doen?' Vroeg ik afwezig.

Oh ik moest nog even wat pakken.
Heb je al afscheid genomen van Miesje ?
Nee. Ik ben zo terug!
'Over 5 minuten gaan we.' riep mijn moeder me na.
Mijn stemming veranderde. Ik was me er weer bewust van waar ik heen ging. Teneergeslagen liep ik naar Miesje, die op de vensterbank zat. Ik pakte haar op en ging met haar op mijn schoot voor de vensterbank zitten. Langzaam kietelde ik langs haar oor.
"Jij past wel op het huis toch meis?"
Ze begon te spinnen.

"probeer mevrouw janssen niet te erg te krabben he" fluisterde ik in haar oor.

Dat was de buurvrouw, waar ze een gruwelijke hekel aan scheen te hebben.

KATY KOM JE? IK WIL GAAN.
"Dag schat" fluisterde ik.
Ik zette haar terug.

*

Ik zat in de auto. De zon straalde en de hemel was helderblauw.
Toch voelde ik me vreselijk. Ik hikte er vreselijk tegenop en hoopte dat de reis erheen zo lang mogenlijk zou duren.
Ik zette de radio aan en luisterde naar shawn mendes. Ik was geen grote fan, maar zijn muziek was wel leuk.
Door muziek voel ik me meestal beter. Altijd als ik me shit voel, dan zet ik gewoon mijn boxen zo hard mogenlijk en schreeuw ik zo hard met de lyrics mee, dat je me boven de muziek uit hoort. Dat is geen mooi geluid, want ik zing zo vals als een kat. maar dan is in ieder geval het shitgevoel gedeeltelijk weg.

Mevrouw janssen kon mijn serenades echter niet echt waarderen.

Ik neem aan dat dat voor zes weken lamg niet meer zal kunnen.

Through The PortalWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu