6 meiden, 1 opdracht

H6 opzoek naar de parel

De meiden zijn uit de karretjes geklommen en in het eftelingdecor gesprongen, nu ze zo dichtbij zijn zien ze van dichtbij de neppe elfjes, de trollen en de dieren. Het ziet er heel gezellig uit en alles lijkt weer normaal. Maar nu moeten ze opzoek naar het elfje met het roze haar en de paarse bladerenjurk. Het is best moeilijk zoeken tussen alle bewegende elfjes en trollen. De elfjes zijn allemaal kleurrijk en hebben weinig verschil met het elfje die zie zoeken, het ene elfje heeft roze haar en een roze met rode bladerenjurkje, de andere heeft weer een paars jurkje met oranje haren. Het is dus moeilijk zoeken. "kijk, daar, daar is het meisjeselfje die we zoeken!" zegt Annelin. De meiden kijken naar het elfje die Annelin aanwijst. "Ja inderdaad!" de meisjes rennen tussen alle nepplanten en de trollen naar een boselfje in het water. In haar haar zit een bloem, en in het midden van die bloem een grote, glanzende parel. Hij ziet er erg nep uit, maar blijkbaar is het iets  bijzonders. Rosanne pakt voorzichtig de parel uit het midden van de bloem. "Wat doe je nou?!" Rosanne laat prongelijk de parel uit haar hand in het kleine vijvertje vallen. "wie gaat hem nu pakken?!" Zegt puck. Het vijvertje was niet diep maar wel donker van kleur, het was moeilijk om de parel te kunnen zien. "oke, ik ga wel met mijn hand in het water om de parel te pakken", zei Raïsa. Ze stroopte haar mouwen op en ging met haar arm het water in. Ze voelt, en voelt, maar krijgt niks in haar handen wat de parel is. Raïsa zucht. "laat mij eens...". Zegt rosanne. Rosanne stroopt ook haar mouwen op en voelt in het donkere koude water, voelt en voelt, en dan trekt ze haar hand binnen een seconde heel snel uit het water, ze kijkt met grote ogen naar het water. "wat doe je? Wat is er?"

"Ik, ik voelde iets..iets vreemds...het deed pijn aan mijn hand, het was scherp". Rosanne kijkt naar haar vinger en ziet bloed, een druppel rood bloed komt uit haar wijsvinger naar beneden. Raïsa kan niet tegen bloed en doet snel haar handen met een gil voor haar gezicht. Wat was dat, denkt rosanne bij zichzelf. Dan zien ze een vin van een vis op hun af komen, niet heel groot, maar wel appart. "Vast een neppe plasticen vis van de droomvlucht zelf", zegt Puck. Maar de meiden kijken met grote ogen naar de vis die op hun af komt. Ze staren allemaal naar het water. Dan ineens komt vlak voor hun gezicht de vis omhoog, het is een apparte soort en sowieso geen gewone of neppe vis. Hij springt uit het water, maar met zijn bek open, "kijk! Hij heeft de parel in z'n bek!" valt Lise op, hij heeft scherpe tanden waarmee hij Rosanne in haar vinger heeft gebeten. Maar dan spuugt de vis de parel naar Rosanne die hem behendig opvangt. De meiden zijn onder de indruk van haar vang. "jaaa, ik zit op korfbal he!" roept ze lachend naar de meiden terwijl ze naar het karretje loopt. "hoe moeten we nu verder? Het karretje staat nogsteeds stil." Ze denken na, maar dan besluiten ze om gewoon over de baan voorzichtig naar de uitgang lopen. Allemaal hebben ze nog steeds trillende handen van de schrik, van hun hele ritje. "hoe laat is het nu al?" vraagt Annelin. Raïsa kijkt op haar mobiel en schrikt, Het is al heel laat, en ze laat de mobiel aan haar vriendinnen zien:

17.50