017

81 16 5
                                    

"Ik ga mama", zei ik terwijl ik mijn schoenen aantrok om naar de redactie te gaan. "Wacht Layla!" riep mama en liep de keuken uit. Ze keek me even aan en drukte glimlachend een kus op mijn voorhoofd. "Let goed op jezelf, je bent sterk Layla. Volg je hart, dat weet beter de weg", zei ze. Ik glimlachte zwakjes en knuffelde haar. Ik zag een blik in haar ogen die ik niet begreep, en tegelijkertijd nooit zal vergeten. "Ga nou maar, anders kom je te laat", zei ze. Ik knikte en drukte een kus op haar hand. Ik ging weg met het gevoel dat me veel te wachten stond. Ik dacht aan Samuel, wat zal er hierna gebeuren. Zullen we trouwen? Maar dat is verboden in de islam. Het is alleen toegestaan als hij zich bekeert, maar ik kan hem toch niet dwingen zich te bekeren?

Ik voelde mijn mobiel trillen in mijn broekzak. Ik keek erop en ik zag een bericht van Samuel. "Goedemorgen mijn prinses. Ik hoop je vandaag te zien, zelfde tijd, zelfde plek. Samuel", stond er. Er verscheen een glimlach op mijn gezicht. Hoe gelukkig ik voor even was kon ik niet beschrijven, maar dat gevoel zakte weg toen ik dacht aan de realiteit. Dit mag niet, dit kan niet. Mijn moeder zal diep teleurgesteld in mij zijn, Hicham zal mij haten. Zijn haat voor de Israëlieten heeft ervoor gezorgd dat hij is waar hij nu is. Zijn haat voor ze heeft ervoor gezorgd dat hij niet kan trouwen met de liefde van zijn leven en dat hij een bezorgde moeder heeft die al weken niets van haar zoon heeft gehoord. Zijn haat heeft ervoor gezorgd dat wij niemand hebben waarop we kunnen rekenen, geen man die zorgt voor de twee belangrijke vrouwen in zijn leven, zijn moeder en zus. Hij denkt dat hij ons zo helpt, dat hij zichzelf helpt, dat hij de Palestijnen helpt. Het enige wat hij doet is dat hij ons pijn doet, en natuurlijk zichzelf.

---

"Mama, ik ben thuis!" riep ik blij en deed mijn schoenen uit. Ik liep met het gebak dat ik had gekocht naar de woonkamer. Mijn moeder lag bewusteloos op de grond. Ik liet vallen wat er in mijn hand was. "Mama!" riep ik en knielde bij haar neer. Ze ademde niet. "Mama, alsjeblieft antwoord!" riep ik en graaide in mijn broekzak naar mijn mobiel. Ik belde Samuel op. "Hey Layla", hoorde ik. "Samuel help me. Ik kwam thuis en mama is bewusteloos, ze ademt niet!" riep ik wanhopig. De tranen rolden over mijn wangen. "Rustig aan Layla, ik stuur een ambulance naar jullie huis en kom eraan. Tot die tijd moet je reanimeren, je weet hoe je dat moet doen toch?" vroeg hij. "Ja dat weet ik, kom snel alsjeblieft", zei ik huilend. "Maak je geen zorgen, we komen eraan", zei hij en hing op.

Ik begon te reanimeren. Tot mijn schrik zag ik beelden op de televisie die ik nooit wilde zien. Foto's, tekst, allemaal hadden te maken met mijn broertje. Ik las wat er stond. "Nee, nee, dit kan niet waar zijn", fluisterde ik bang en keek naar mijn moeder. "Hicham is dood! Hicham is dood mama!" riep ik en schudde haar heen en weer. "Mama, word wakker, ik heb je nodig", zei ik wanhopig en ging verder met reanimeren terwijl ik naar het scherm keek. "Wat heb je gedaan Hicham?!" riep ik. "Onze held Hicham Abu Ayash was een van de helden die het lang vol hielden in de loopgraven in Gaza. Hij heeft Palestina veel gegeven, en Allah zal hem daarom veel geven in de paradijs. Moge Allah hem een hoge rang in het paradijs schenken ", hoorde ik. Ik schudde mijn hoofd. Dit kan niet waar zijn. "Nee Hicham, nee! Je beloofde terug te komen, waar ben je nu?" riep ik terwijl ik verder ging met reanimeren. Er verschenen foto's van Hicham. Zijn ogen waren gesloten en er zat een glimlach op zijn gezicht. Ik kon niet kijken, het deed mij te veel pijn om mijn overleden broertje te zien.

Al snel hoorde ik de sirene van de ambulance en werd er op onze voordeur geklopt. Ik stond op en opende de deur. Er kwamen allemaal mannen het huis binnen. Ze droegen mijn moeder, legden haar neer op de bed en liepen het huis uit. Ik liep achter ze aan en zag Samuel die zijn auto uitstapte. Hij kwam naar me toe rennen en nam mij in zijn armen. "Alsjeblieft Samuel, ga naar haar toe, ik wil haar niet kwijt", zei ik bang en wees naar mijn moeder. De ambulance zou al wegrijden. "Kom", zei hij en trok mij mee naar zijn auto. We stapten in en reden achter de ambulance aan.

Ik kon niet helder nadenken, wat gebeurde er? Hicham, mama, gaan jullie me nu echt alleen achterlaten? Ik heb jullie nodig, hoe willen jullie dat ik alleen verder ga, dat kan niet.

"Wat is er gebeurd?" vroeg Samuel. Ik kon niet reageren, er kwam niets uit mijn mond. Ik keek versteend voor mij uit. Nee, mama moet het halen, voor mij, voor haar dochter. Haar dochter die alleen is, ze wilde me niet alleen laten, dat zei ze.

We kwamen aan bij het ziekenhuis. Het eerste wat ik deed was haastig achter mijn moeder aan rennen. Ik pakte haar hand vast, hij was koud en zwaar. Ze was bleek en haar ogen waren gesloten. Ze werd al snel een kamer ingeduwd. Ik keek door het glas heen naar hoe mijn moeder werd gedefibrilleerd. Een, twee, drie keer. Het deed mij pijn, veel pijn dat te zien. Samuel pakte mij stevig bij mijn schouder vast. Er kwam een dokter de kamer uitlopen. Samuel en ik keken hem afwachtend aan. "Mevrouw kreeg een hartinfarct na een schokkend bericht, en dat hartinfarct leidde tot een acute hartdood. Dat gebeurde al voordat de ambulance kwam. Wij probeerden nog te defibrilleren, maar niets hielp. Het spijt me", zei hij en liep weg. Ik keek naar binnen en zag hoe zij een deken over mijn moeders hoofd heen legden. Ik schudde mijn hoofd. "Nee, nee. Mama!", riep ik. Ik sloeg tegen het glas aan en duwde de deur open. Samuel hield mij stevig vast. Ik trok mezelf uit zijn greep en rende naar binnen. Ik haalde de deken van haar gezicht af en hield haar koude hoofd vast. "Waarom? Waarom zijn jullie allemaal weggegaan? Waarom?" vroeg ik huilend. Ik werd door een zuster en Samuel bij haar weggeduwd. "Ze hebben me alleen achtergelaten, allemaal. Je zei dat ze weer beter was, hoe kon dit gebeuren?", vroeg ik Samuel huilend. "Ze heeft een hartstilstand gekregen, zoals iedereen kan krijgen. Het had niets te maken met de ablatie maar met het bericht dat ze te horen kreeg", zei hij en pakte mij stevig bij mijn schouders vast. Ik schudde mijn hoofd. "Ik ben mama en Hicham op dezelfde dag verloren", zei ik zachtjes en duwde mijn gezicht tegen zijn borstkas aan. Hij drukte mij tegen zich aan. Ik sloot mijn ogen. Nu is het definitief, ik ben alleen.  

De prijs van liefde - PalestinaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu