Hoofdstuk 4

16 6 0
                                    

"Sem, kijk mijn zandkasteel is gelukt!" roep ik naar Sem. Ik kijk naar hem en hij komt naar me toe gerend.
"Waarom lukt het jou wel en mij niet?" vraagt hij boos. Hij slaat zijn armen over elkaar en stampt op de grond.
"Kom, ik help je." zeg ik en pak zijn arm vast. Samen lopen we naar de plek waar Sem een zandkasteel probeerde te maken. Ik pak zijn emmer en schep er zand in. Ik zet de emmer op zijn kop op het zand en ga ernaast zitten. Met mijn hand klop ik op de plek naast me en Sem komt erbij zitten.
"Nu is het een kwestie van wachten." zeg ik en kijk naar de emmer. Na een tijdje besluit ik om de emmer weg te halen en het zand blijft perfect staan.
"Nu doe jij het Sem." zeg ik en geef de emmer aan Sem. Hij schept er weer zand in en zet hem naast de zandtoren neer. Na een paar seconden haalt hij hem er weer van af en het zand wat in de emmer zat valt langzaam naar beneden.
"Weer niet gelukt." zegt Sem en krijgt tranen in zijn ogen. "Ik snap het niet, wat doe ik fout."
"Sem, Rosa komen jullie eten!" roept Sem's moeder.
"Kom Sem, we proberen het zo nog een keer oké?" zeg ik en sta op. Ik pak Sem zijn hand vast en til hem omhoog.
"Je bent mijn beste vriendin Rosa." zegt Sem en hij geeft een kus op mijn wang. Daarna lopen we naar het vakantiehuisje van Sem zijn familie.
We waren 7 en ik mocht van mijn ouders mee met Sem op vakantie. Ik was zo blij omdat hun vakantiehuis aan het strand lag en we toen elke dag zandkastelen konden bouwen en in de zee zwemmen.

"Rosa, waar ben je. Ik vind je toch wel." hoor ik Sem zeggen. Snel kruip ik nog wat verder het donker in, maar stootte hierdoor iets van het bureau af.
"Rosa, ik weet dat je hier ergens bent." hoor ik nu dichterbij. Hij opent een deur en loopt naar binnen. "Rosa, iets laten vallen is niet slim." zegt hij nu en raapt hetgeen op wat ik van het bureau af heb gestoten. Hij zet het ergens neer en draait zich daarna om. Hij begint te lopen en sluit de deur. Waarom doet hij dit? Hij weet dat ik hier zit. Langzaam kruip ik weer wat naar het licht toe maar al snel opent Sem de deur weer. "Gevonden!" Roept hij. Ik kijk hem recht in zijn ogen aan. Hij lacht breed en reikt zijn hand uit. Ik pak hem vast en kom onder het bureau vandaan. Alleen stoot ik mijn hoofd en struikel ik bijna over mijn voeten. Gelukkig grijpt Sem me vast en val ik niet op de grond.
"Ik weet niet wat ik heb vandaag, maar ik ben erg onhandig." zeg ik en ga weer rechtop staan.
"Kom dan gaan we wat drinken." zegt Sem en loopt weg in de richting van de woonkamer. Snel maar voorzichtig loop ik achter hem aan de trap af.
"Hier." zegt Sem en drukt een glas limonade in mijn handen.
"Dankje." zeg ik en begin gulzig te drinken. Na vijf minuten onder een stoffig bureau te hebben gezeten krijg je wel dorst.
"Wanneer komen je ouders thuis?" vraag ik aan Sem als ik mijn drinken op heb.
"Weet ik niet," zegt hij, "Ze hebben gezegd dat als het erg laat zou worden oma langskomt om eten voor ons te maken." Ik knik en kijk op de klok. Het is al bijna zeven uur, wat eigenlijk al best wel laat is. Sem's ouders zijn namelijk naar een afspraak gegaan en hebben gezegd dat ze niet wisten hoe laat ze thuis zouden zijn.
En aangezien ik en Sem toen nog maar 11 waren dachten we er nog niet aan dat zijn ouders maar zo zouden kunnen verongelukken. Wat wisten zijn ouders wat ze ons niet verteld hadden. Wisten ze dat ze dood zouden gaan als ze erheen gingen? Werden ze bedreigd?
Na een uur gaat de voordeur open. Sem en ik zijn ondertussen op de bank gaan zitten om tv te kijken. Ik ga rechtop zitten om goed te kunnen zien wie er binnenkomt en herken de oudere vrouw. Sem zijn oma komt, nadat ze de deur heeft dicht gedaan, naar binnen gelopen. In haar rechterhand heeft ze een boodschappentas vast.
"Dag jongens. Ik geloof dat jullie wel honger hebben, daarom ben ik net snel naar de winkel gegaan en heb ik wat gekocht voor jullie." zegt ze. Ze staat even stil en zet de tas op de grond. Doet dan haar jas uit en legt deze over een van de stoelen die aan de eettafel staat en loopt dan met de tas naar de keuken.
En binnen een kwartier zet ze het eten wat ze klaar heeft gemaakt op tafel neer.
"Oma? Wanneer komen papa en mama terug?" vraagt Sem terwijl hij aan tafel gaat zitten.
"Dat weet ik nog niet lieverd, maar ga maar eten want jullie zijn volgens mij al bijna aan het verhongeren." Langzaam ga ik ook zitten maar kijk naar de blik van Sem's oma terwijl ze dit zegt. Iets in haar ogen vertelt dat ze er wel iets van weet.

"Nog maar een klein stukje." hoor ik Sem zeggen. Terwijl ik een blinddoek op heb begeleidt hij me naar een plek. Ik heb geen idee wat Sem van plan is en waar hij me naartoe wil brengen maar ik laat hem gewoon zijn ding doen. We zijn al een paar minuten aan het lopen en het is hem één keer gelukt om me te laten struikelen over iets.
"Oké stoppen en blinddoek ophouden." zegt Sem en ik sta stil. Ik hoor wat geruis en vlak daarna voel ik een warme adem in mijn nek. Ik voel dat de blinddoek wordt afgedaan en ik kijk uit over een picknickplek die er super mooi uitziet. Achter me merk ik dat Sem zijn hand over mijn arm laat glijden tot hij bij mijn hand is. Hij pakt mijn hand vast en begeleidt me naar een van de kussens die op het picknickkleed is neergelegd.
Ik ga zitten en Sem gaat op het kussen tegenover mij zitten. Ik kijk naar wat er nog meer op het kleed ligt en zie mijn lievelingsbloemen, rozen. Ze liggen overal op het kleed in verschillende kleuren; roze, rood, wit en geel. Ik pak een lichtroze roos op en stop hem in mijn haren.
"Hij staat prachtig." zegt Sem en ik kijk op. Ik zie dat Sem de grote picknickmand opent en snel kijk ik naar wat hij heeft meegenomen. Hij pakt er een aantal dingen uit en wikkelt het aluminiumfolie dat eromheen zit eraf. Ik zie een bakje tevoorschijn komen met iets roods erin.
"Chocolade aardbeien!" schreeuw ik zowat.
"Het beste wat er is." zegt Sem en opent de doos, hij pakt er zelf een uit en geeft dan de doos aan mij. Snel pak ik er ook een en tegelijk met Sem doe ik hem in mijn mond.
"Dit is geweldig." zeggen we tegelijk en we schieten in de lach. Als we uitgelachen zijn kijkt Sem mijn kant op. Al snel ontstaat er weer een glimlach op zijn gezicht. "Er zit iets op je mondhoek." zegt hij en hij pakt een servetje en komt dichterbij. "Hier." zegt hij en geeft het servetje aan mij en ik veeg de chocola van mijn gezicht.
"Rosa, ik moet je eigenlijk al een hele tijd iets vertellen." zegt Sem nu serieus. "We zijn al beste vrienden sinds ik me kan herinneren maar de laatste tijd voel ik meer voor je."
"Bedoel je, dat je gevoelens voor me hebt?" vraag ik en kijk hem aan.
"Ja Rosa, ik ben verliefd op je. En ik heb geprobeerd het van me af te schudden maar het lukte niet."
Ik merk dat Sem nog meer wil zeggen maar ik geef hem geen kans. Ik ga zo zitten dat ik met mijn voorhoofd tegen die van Sem kan leunen. "Dan geven we je gevoelens een kans." fluister ik en druk mijn lippen op die van hem. Je eerste liefde vergeet je nooit, zeggen ze, en ik denk dat ik Sem ook nooit ga vergeten.  

Without MusicWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu