Hoofdstuk 23

2.2K 89 34
                                    

17D
♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧♧

P.O.V Roos

Rowan prikte me in mijn nek met de spuit en ik riep het uit. Dan maakte hij mijn shirt kapot en maakte hij me helemaal nat. Wat gaat hij doen? Don en Riven kwamen naar binnen met Toni in hun handen. Hij leek half dood! Ze zetten hem op de andere bed en maakten hem vast. Rowan lachte van geluk.

"Kijk eens aan, de grote leider. Wat grappig. Je bent net op tijd voor onze kleine experiment."

Lachte hij en draaide terug naar mij. Hij nam een paar draden of zo en plakte die aan mijn lichaam.

"Wat ga je doen?"

Hij grijnsde en draaide aan een knop. Ik voelde elektrische schokken door mijn lichaam heen stromen en schreeuwde het uit van de pijn. Ik voelde mijn lichaam branden en dan stopte het. Ik hijgde zwaar en keek vurig naar Rowan.

"Klootzak."

Hij maakte een o gebaar met zijn mond en deed het weer aan. Ik schreeuwde en dan na een paar seconde stopte hij.

"Rowan stop!!!"

Riep Toni. Rowan draaide om.

"Geen zorgen jij komt ook aan de beurt."

Zei hij blij. Noa werd dan ook naar binnen gesleurd. Ik zag niet door wie want ik zag wazig. Ze legden haar op de laatste bed. Ik denk dat ze onbewust was want ze stribbelde niet. Na een paar seconden was mijn blikveld weer scherp. Rowan nam dan een andere spuit en spoot Toni na dat hij hem recht zette. Het bed was als die van die films. Dat iemand wordt gepakt en gemarteld op. Toni kreunde en keek hem boos aan.

"Kijk miet zo boos. De baas zei dat ik dat moet doen."

Lachte Rowan en spoot dan iets in zijn nek. Maar het was geen gewone spuit het leek groter. Hij zette denk ik een apparaat in zijn nek. Rowan ging naar een computer en deed wat. Ik keek naar Toni en keek bezorgd.

"Toni wat is dat?"

"Ik weet niet. Roos als iets mis gaat wil ik zeggen dat-..."

Toni hield opeens zijn mond en leunde terug naar achter. Ik las geen emotie in hem. Hij keek serieus zonder enig even in hem. Zo leek het. Rowan draaide om en glimlachte trots.

"Haha het is gelukt! Eindelijk!"

Ik keek verward naar Rowan en dan naar Toni.

"Toni! Praat met me! Waarom praat je niet! Antwoord verdome!"

Riep ik boos. Waarom antwoordt hij niet.

"Hij hoort je niet. Hij is... uuummm hoe zal ik het zeggen brainwashed. Je hoort het goed. Hij onder mijn controle."

Ik keek naar Toni die geen geluid deed. Rowan maakte hem los en deed een stap naar voor.

"Toni je bent vrij. Waarom doe je niets?"

Rowan zuchtte en ging naar de computer. Deed iets en dan maakte hij me los. Ik greep naar zijn gezicht maar het mislukte me. Hij duwde me naar de grond en ik kroop omhoog. Ik rende naar Toni en raakte zijn hand vast.

"Toni? Hoor je me?"

Ik raakte zijn gezicht aan en in een snelle beweging nam hij mijn hand beet en draaide die rond dat ik er van schreeuwde.

"Wat doe je?"

Vroeg ik bang. Ik gaf hem een stoot en hij liet los. Ik liep weg maar hij nam me beet. Draaide me om en gaf me een klap. Ik viel op de grond en had tranen in mijn ogen. Hi is echt niet zichzelf.

"Breng haar weg hier."

Toni knikte en raapte me op. Ik stribbelde maar niets werkte. Hij nam me naar beneden en gooide me in de cel. Ik stond op na dat ik de grond aan raakte. Ik legde mijn handen op zijn gezicht en weende.

"Alstublieft Toni laat me hier niet alleen. Ik ben bang. Wordt wakker. Alstublieft."

Ik kuste hem en toen ik stopte mompelde hij iets en duwde hij me naar achter. Ik botste tegen de tralies en nam diep adem. Hij sloot de deur en ging weg. Ik kroop naar de deur en trok er aan. Het had geen nut en ging op de grond liggen. Sloot mijn ogen en viel in slaap.

"Waarom werkt het niet?"

Vroeg een wazige stem.

"Ik heb geen idee. Ze is speciaal."

Antwoordde een andere stem. Toen ik realiseerde dat ik wakker was bleef ik stil liggen.

"We moeten har verplaatsen naar de baas met Toni. Daar zullen ze achter komen waarom het geen effect op haar heeft."

"Die zendertje?"

"Ja, ik zette één in alle twee maar alleen Toni is in mijn controle. Die stomme meisje kan nooit iets goed doen."

Hoorde ik Rowan zeggen. Hij sprak met iemand anders maar ik wist niet wie. Opeens voelde ik een hand op mijn gezicht en verstarde. Ik hoorde voetstappen weg gaan.

"Het spijt me. Ik zal alles doen om je hier uit te krijgen."

Zei Peter. Hij liet me los en ik greep naar zijn hand en opende mijn ogen. Ik zag dat hij schrok. Hij herstelde zichzelf en glimlachte.

"Het is goed. Ik ben het maar."

Ik liet hem los en zat recht op. Greep naar mijn voorhoofd die pijn deed door het wenen.

"Peter ik wil hier weg. Ik kan het niet meer."

Weende ik. Hij keek meelevend naar me en knikte.

"Ik weet het. Ik zal alles proberen. Ik beloof het je."

Hij stond op en ging weg. Ik keek naar rechts en zag Noa op de grond. Ik kroop naar haar en raakte haar wang aan. Opeens bewoog ze snel en hield mijn hand in een ongemakkelijke positie. Ik schreeuwde en ze schrok. Ze liet me meteen los en verontschuldigde zich.

"Sorry. Kom nooit zo naar me! Ik kon je hand breken."

Zei ze gefrustreerd. Ik wreef over mijn hand en knikte.

"Het is al goed. Wat deden ze met je?"

Vroeg ik.

"Ik weet niet. Ik heb geen idee. Ik moet een nachtje door slapen. Ik ben moe."

Ze ging liggen en ik deed hetzelfde. Ik lag naast haar met de tralies tussen ons. Ik was bang van de donker. Toen herinnerde ik me iets dat mijn moeder me ooit tegen me  zei:

'Je bent niet bang van het donker, maar wat er in zit.'

Ik glimlachte zacht. Ik mis haar en ze zoekt me misschien. Ik ben het zeker.
◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇◇

Hey Roosjes!

Ik heb jullie gemist! Sorry dat het zo lang duurde. Ik had geen tijd door school enzo. Ik hoop dat jullie het begrijpen.
Bedankt voor 7k+ love you!

30 Days In CaptivityWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu