Drie

564 25 0
                                    

Hier volgt best een heftig stukje dat te maken heeft met ruzie tussen ouders. Vind je dat lastig om te lezen, sla dit hoofdstuk dan over. Weet dat als je ergens mee zit je me altijd een berichtje kunt sturen. Ik wil je altijd helpen.

"We zijn er," zei Carel na een poosje. 

Noël had een kwartier bij hem achterop de fiets gezeten. Met haar hoofd leunend tegen zijn rug en haar arm om zijn middel. Ze had zich veilig gevoeld op het gammele fietsje van Carel. Gewoon omdat ze wist dat Carel haar niet zou laten vallen. Raar eigenlijk, ze kende hem nog maar net. 

"Bedankt," glimlachte het meisje. "Dat je me thuis hebt gebracht." 

"Geen probleem hoor." Ook Carel glimlachte. "Ik doe het graag." 

Noël keek even naar haar schoenen. Er brak een ongemakkelijk moment aan, ze moesten afscheid nemen. 

"Nou tot de volgende keer dan maar weer," zei Carel, die de knoop doorhakte. "Ik zie je vast wel weer eens op de toekomst verschijnen." 

Noël haalde haar schouders op. "Ik denk vast dat Samantha me wel weer eens meesleurt." 

Carel begon te lachen. "Daar ben ik wel zeker van ja. Dat meisje is helemaal gek op Matthijs." 

Noël knikte instemmend. "Zeker wel." 

"Tot ziens dan maar," zei Carel opnieuw. 

Noël zwaaide. "Ik zie je later." 

Nog een keer keek ze om voordat ze de poort van hun tuin instapte. Ze zag Carel net de hoek omrijden. Het was leuk geweest, ondanks dat Samantha haar in de steek had gelaten. Stiekem hoopte ze inderdaad dat ze Carel nog eens zou zien. Hij zou best wel een leuke vriend zijn, gewoon een vriend. Net zoals ze vriendinnen was met Samantha. 

In het huis brandde nog licht. 

"Oh shit," mompelde Noël. 

Haar vader zou erg boos op haar worden, daar was ze zeker van. Maar toen ze bij de achterdeur stond had ze hele andere gedachten. 

"Ik haat je!" hoorde ze haar moeder zeggen. 

Maar? Waarom zou haar moeder dat zeggen? Riep ze dat tegen haar vader of..? Noël beet op haar lip. Ze had haar moeder nog nooit zoiets horen zeggen. Haar moeder was een lieve vrouw die nooit iemand een vlieg kwaad zou doen. Wat moest Noël nu doen? Naar binnen lopen of hier blijven staan? Ze besloot dat eerste te doen. 

Zo snel Noël de kamer in liep zag ze haar ouders meteen naar haar kijken. 

"Noël?" de stem van haar vader klonk verbaasd. "Wat doe jij nou weer hier?" 

Noël zuchtte. "Ik woon hier. Weet je nog? Ik ben je dochter.." 

Haar vader gaf haar een ongemakkelijke glimlach. Haar moeder keek naar haar voeten. 

"Ik denk dat het beter is als je naar bed gaat," zei haar moeder. "Slaaplekker schat." 

Noël knikte. Wenste haar ouders welterusten en liep naar boven. Wat was er allemaal gaande in de woonkamer? Waarom hadden haar ouders zulke knallende ruzie en waarom mocht zij er niets van weten. Ze was al 19, bijna 20 en de oudste van het gezin. Ze kon het echt wel hebben hoor, ze was zelf ook volwassen. 

Met al die vragen in haar hoofd viel ze in slaap. Lang slapen kon ze niet want die volgende ochtend moest ze er al weer om zes uur uit. Het was stil beneden, toen ze er aan kwam. Maar ze zag haar moeder op de bank liggen. Waarom sliep haar moeder niet bij haar vader? Het was wel duidelijk dat ze knallende ruzie hadden gehad. Zou een van de twee... nee! Dat kon niet! Die gedachte bande ze meteen uit haar hoofd. Dat zouden ze nooit doen toch? 

Noël zette een grote kop thee en roosterde twee boterhammen. Daarna ging ze aan de keukentafel zitten. Een beetje aan het scrollen door haar telefoon was ze toen haar zusje Sanne de keuken binnen kwam lopen. Sanne was twee jaar jonger dan Noël, dat maakte haar nu 17 jaar oud. Ze moest ook werken vandaag, waarschijnlijk, anders was ze nooit zo vroeg op geweest. Sanne hield van uitslapen. 

"Goedemorgen," zei ze terwijl ze naar het aanrecht liep. "Heb jij het ook gehoord vannacht?" Sanne fluisterde bijna, ze ging naast Noël zitten. 

Noël knikte. "Pap en mam hebben behoorlijke ruzie."

"Ik hoop niet dat het erg is," fluisterde Sanne. "Maar ik denk dat pap vreemd gegaan is." 

Noëls mond viel open. Zou het dan toch? 

"Ik heb hem wat horen zeggen gisteravond," ging Sanne verder. "Het is niet al te best. Ik denk dat ze gaan scheiden." 

"Arme mam," was het enige dat Noël zei. Meer kon ze niet zeggen want haar moeder kwam de kamer inlopen. 

"Goedemorgen dames," zei ze. Ze had enorme wallen onder haar ogen, van het huilen en de weinige slaap die ze had gehad die nacht. "Vandaag ga ik naar opa en oma toe." 

Noël knikte en ze zag haar zusje ook knikken. Haar moeder kwam bij de twee meiden aan de tafel zitten. "Ik moet jullie wat vertellen," zei ze. 

Ze vertelde de twee meisjes het hele verhaal. Hun vader had al jaren een affaire met een andere vrouw en haar moeder had niets door gehad. Noël liet haar blik opnieuw over haar moeder gaan, wat zag ze er moedeloos uit. 

"Vandaag ga ik naar opa en oma toe," daarmee besloot ze haar verhaal. "Nadenken over wat ik wil doen. Ik wil bij je vader blijven maar ook weer niet." 

Noël begreep het heel goed. Haar vriendje was ook vreemd gegaan. Maar met hem was ze niet getrouwd voor bijna 25 jaar. Ze had het te doen met haar moeder. 

"Ik moet gaan," zei Noël na een poosje. "Anders ben ik te laat op het werk." 

Haar moeder knikte. Ze stond op en gaf haar dochter een knuffel. 

"Ik hou van je," mompelde haar moeder terwijl ze haar strak tegen zich aantrok. "Ik zie je snel weer oke?" 

Noël knikte. Ze moest haar best doen om niet te gaan huilen, wat een rot situatie. 

"Ik hou ook van jou, mam," zei Noël en haar moeder liet haar los. Ze zag dat haar moeder wel huilde. "Het komt  goed mam. Ik kom morgen naar opa en oma toe." 

Haar moeder knikte. "Tot gauw." 

Noël zwaaide waarna ze de deur uitliep. Wat was er veel veranderd in maar vier-en-twintig uur. Hoe kon er zoveel veranderen? Nu lagen haar ouders bijna in een scheiding en haar moeder was zo ongelukkig als wat. En hoe zou ze nu ooit haar vader weer onder ogen kunnen komen. 

Ze pakte haar fiets en ging op weg naar haar werk. Dit zou nog een lange dag worden. 

D

Noël // C. EitingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu