Hoofdstuk 2

224 16 0
                                    

Katniss komt thuis en krijgt een jurk van mijn moeder. Ze is beeldschoon. We lopen over de grote straat naar het plein. We moeten in het afgezette gebied gaan staan. De grote zo als Katniss voor aan en de kleinere meer naar achtere, zo als ik. Mijn moeder houd mijn had vast. De burgemeester komt op en begint een preek over wat we allemaal wel niet aan het Capitool te danken hebben. Dan een verhaal over de donkere dagen. Als dat allemaal geweest is komt Effie Prul op en zegt:"fijne hongerspelen, mogen de kansen immer in uw voordeel zijn, dames gaan voor." Ik houd mij adem in als ze naar de bak loopt met de

Meisjes er in. Ze graait in de bak en pakt er een blaadje uit. "Primrose Everdeen." Nee dat kan niet, 1 papiertje, ze zij dat ik veilig was. Ik maakte me zorgen over haar, maar ik ben getrokken. Ik loop zwijgzaam naar voren toe. Maar voordat ik op het podium kan stappen springt Katniss naar voren en duwt me achter zich. "Ik bied me aan als tribuut!" zegt ze. "Nee! nee! Katniss je mag niet gaan!" Schreeuw ik. Maar ze loopt al naar voren. Ik klam me aan haar vast, ze mag niet gaan. Niet voor mij. Ik schreeuw en probeer haar tegen te houden. Maar Gale trekt me van haar af. Een lange tijd blijf ik spartelen maar ik kan nu niets meer doen. Ze gaat weg en ze komt waarschijnlijk niet meer levend terug.

Ik hoor het al niet meer goed maar Effie zegt:" zo zien we dat graag. Hoe heet je?" Katniss antwoord:"Katniss Everdeen." de rest van het gesprek hoor ik niet meer. Dan komen de jongens. Ze graait in de bak en zegt luid:"Peeta Mellark." Op het podium zie ik Katniss verstarren. Wie is dat? O ja. 

Peeta Mellark, de jongen met het brood.


Thg uit de ogen van primWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu