Jurgen

37 2 8
                                    

Het lijkt wel of de gordijnen bewegen, het lijkt wel of er iemand achter de gordijnen naar hem staat te kijken, en die hem aankijkt, heel boos en moordlustig, omdat hij de dader van de dood van zijn broertje is. En dat hij de dader van de moord op zijn zus is. Even kijkt hij naar het mes in zijn handen, ja hij doet het, hij zal deze hele wereld uitmoorden, omdat zijn andere broertje vermoord is door die ellendige abortusleider. Hij zal ze, allemaal, stuk voor stuk uitmoorden! Niemand zal zich kunnen verbergen voor hem, iedereen zal door dit ellendige mes omkomen! Het liefst allemaal vandaag nog. 

Charlotte kijkt Jurgen aan, ze ziet een onbeschrijfelijke haat in zijn ogen. Ze wil  iets zeggen, maar ze ziet een onmenselijke haat, uit zijn ogen komen. Ze schrikt, ze moet haar vader bereiken, dit loopt verkeerd af! 'Pauline, bel nu pap op, nu zo snel mogelijk, en zeg dat hij nu naar huis moet komen, of hij moet iemand anders sturen, maar het gaat niet goed met Jurgen. Zeg dat er haast bij is!' Pauline staat op, en loopt naar de telefoon! Als haar vader opneemt, waar ze geluk in hebben, schreeuwt ze haast haar woorden tegen haar vader: 'Papa, Jurgen, Jurgen hij... hij heeft een vreselijke blik in zijn.... zijn ogen... papa kom nu het gaat niet goed... als hij niet snel hulp krijgt, dan vermoord hij ons allemaal levend.... papa kom dan toch.... Jurgen is ziek in zijn hoofd, ik zie het.... o die onmenselijke haat, straalt van zijn ogen. Papa help dan toch...' Even blijft het stil aan de andere kant van de lijn. Dan zegt haar vader: 'Blijf rustig, ik kom direct!' Dan wordt de verbinding verbroken. Wezenloos en radeloos loopt Pauline terug naar de kamer. Charlotte bedankt haar. En kijkt weer even naar Jurgen, een diepe grom vervuld de kamer, Charlotte is niet de enigste die verstijft, nee ook Pauline staart nu verstijft de kamer in. Jurgens gezicht veranderd in een en al haat, haat die in zijn ogen te lezen was, staat nu over zijn hele gezicht. Jurgens handen knijpen zich samen, hij knijpt zijn ogen tot spleetjes dicht, laat zijn blik over Charlotte heen glijden. Charlotte krijgt het vreselijk koud, al is ze 8 jaar ouder dan haar broertje ze is bang, ze is vreselijk bang voor hem! Oh was haar vader hier nu maar vast. Ze ziet een  begeerlijke blik in de ogen van haar 10-jarige broertje. Maar geen gewone blik, zoals hij om een snoepje verlangt. Nee een andere blik, een vreselijke blik die zij niet kan beschrijven. Pauline ziet het ook, en roept, 'Charlotte ga daar weg, Hij is moordlustig, zie je die haat niet in zijn ogen!?' Charlotte ziet het, ze wil weg, maar haar broertje klemt zijn handen om haar heen. Ze kan niet meer weg, ze wil zijn handen wegslaan, maar hij heeft haar in een houtgreep, waarom is zij niet sterker dan haar broertje? Pauline aarzelt niet langer, ze pakt een boek uit de kast, en slaat zo hard ze kan op het hoofd van Jurgen, ze weet dat het heel ernstige gevolgen kan hebben, maar ze kan niet anders! Jurgens ogen houden haar in een gevangen blik, ze ziet weer die onmenselijk haat in zijn ogen. Dan zakt hij opzij, zijn ogen sluiten zich. Weer is Pauline de eerste die verstijft, 'nee.. nee oh God nee.. laat hem nog leven.. Heere nee dat wilde ik niet... nee ik kan niet zonder mijn broertje,' ze weet dat ze de waarheid spreekt, maar toch twijfelt ze bij haar laatste woorden, kan ze niet zonder hem? En die haat dan? Die verschrikkelijke haat, hij haat hen, hij haat iedereen! Oh kwam papa nu maar! Charlotte is de eerste die weer tot bewustzijn komt, en voelt Jurgens pols, ze zucht opgelucht als ze zijn hartslag voelt. 'Pauline hij leeft nog hoor, ik voel zijn hart kloppen.' Ook Pauline haalt opgelucht adem, maar haar last is nog niet van haar schouders, want als Jurgen nu eens bijkwam en als papa er dan nog niet is? Wat moeten ze dan? Dan klinkt de deurbel, zo snel als Pauline kan rent ze naar de deur. Ze gooit hem open, en daar staat haar grote, sterke vader. Haar vader drukt haar even stevig tegen zich aan: 'Lieverd toch, waar is Jurgen? In de kamer pap!' Snel loopt haar vader naar de kamer, precies op dat moment, komt Jurgen bij. Hij kijkt zijn vader aan! Even speelt er een glimlach over zijn gezicht, maar dan is hij ineens weer zoals voor dat hij bewusteloos neerviel. Arend schrikt, toch laat hij het niet merken, en loopt naar zijn zoon toe. 'Jurgen m'n jongen, Jefta leeft hoor! Jefta heeft voor jou gevochten! Jefta wilde zo graag zijn grote broer zien! Ik zag het aan Jefta, Jefta wil dat je komt Jurgen!' Vader weet dat hij dit verzint, maar om de bestwil van zijn jongen doet hij het toch maar. Jurgen staart vader aan, alle haat is op een ogenblik weg uit zijn ogen. Jefta.. mompelt hij. Dan blijft hij zonder een ding te zeggen voor zich uit staren. Vader kijkt zijn beide dochters bemoedigend toe, net of hij wil zeggen,  'Meiden het komt goed hoor!'   Het is stil, en het blijft stil, totdat Jurgen ineens zachtjes zegt: 'Papa stuur al die zeurende mensen toch weg! Ik kan ze niet verdragen, ze zeggen steeds dat Jefta niet meer leeft! Ze zeggen dat ik mijn zus en broertje vermoord heb. Maar papa is dat echt waar? Papa heb ik Charlotte en Hendrick vermoord? Papa stuur die mensen toch weg!' Arend kijkt om zich heen maar ziet niemand. Charlotte fluistert hem toe, 'Papa moet ik de dokter bellen?' Arend knikt, er is iets mis in dit kleine jongenshoofdje. Charlotte buigt zich eerst over Jurgen heen, 'Jurgen, Jurgen ik ben hier, kijk maar! Ik sta hier naast je, en ik hou van je, echt ik hou heel veel van je!' Haar stem breekt, als Jurgen haar aankijkt en vraagt: 'Charlotte maar dan liegt die meneer, die meneer zei dat ik een mes had en jou ermee geslagen had. Charlotte blijf bij me, en jaag die man toch weg!' Haar vader knikt, en zelf loopt hij naar de telefoon, hij belt de arts op, die stuurt hem meteen door naar het ziekenhuis. Charlotte en Pauline moeten thuis blijven bij Hendrick want die slaapt nog. Niet veel later zitten Jurgen en zijn vader in de auto op weg naar hun bestemming... op weg naar dat ellendige huis... het ziekenhuis... en voor hoelang?

De baby die niet mocht komenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu