Hoofdstuk 8

2.9K 26 30
                                    

Pov. Berend

'Misschien heeft ze wel druks gebruikt, of met iemand gevochten, of misschien nog wel wat ergers! Als de politie daarachter komt, weet je wel wat dat kan betekenen voor haar toekomst!' Ik huiver. Er komt wat gemompel vanaf de andere kant van de lijn. 'Alsjeblieft Klaas, help me,' probeer ik. 'Berend, je snapt toch wel dat Spilane vragen gaat stellen als ik er zomaar even vandoor ga!' Hij zucht. 'Kom op! Je kan er toch wel één avond tussenuit! Je kent die Spilane nog maar net! Je weet niet eens echt wie ze is!' Ik klem de telefoon tussen mijn schouder en mijn oor en gooi een grote hap pasta mijn mond in. 'Kom op Berend! Ik ben verliefd! Ik had een wat meer meelevende reactie van jou verwacht.'
'Hallo?! Sue is nu nog mijn enige gezelschap! Kan jíj niet wat meer meelevend zijn!' Ik schop mijn schoenen uit en gooi mijn benen over de bank heen. 'En als ik haar snel vind kan ik er misschien nog voor zorgen dat ze bij mij blijft wonen. Als de politie weet dat ze is weggelopen heb ik gelijk die "slechte ouder" stempel! Dan kan ik het wel op mijn buik schrijven!' 'Wat?' 'Dat ze toch hier mag blijven wonen, oen! Luister je wel?' 'Sorry, Spilane vroeg iets.'
'Godver Klaas! Ik heb ook niets aan jou!' Ik hang op en smijt de telefoon tegen de muur aan. Die zal nu wel kapot zijn. Dan kan Klaas me tenminste ook niet terug bellen.

Mijn mobiel gaat af. Natuurlijk. Die had ik ook nog. Ik neem op. 'Wat moet je!' 'Sorry ik bedoelde het niet zo. Ik heb Spilane naar huis gestuurd en kom nu naar je toe. Ik plaats mijn beste vriend toch net wat hoger.' Ik hoor Klaas lachen en lach mee. 'Nou, dan zie ik je zo, Klaas.' 'Zeker Beer! Ik ben er binnen vijf minuutjes! Joehoe!' Klaas hangt op.

Het geluid van de bel galmt door het huis heen. Dat is Klaas niet. Die heeft zelf de huissleutel. De deur gaat open. Toch wel Klaas. 'Hé! Waarom belde je aan?' 'Dat was ik niet, maar de pizzabezorger!' Klaas houd vier dozen in de lucht. 'Ik heb al voor je betaald.' Hij schopt zijn schoenen uit en ploft naast mij op de bank. 'Ruikt heerlijk!,' zegt hij als hij één van de dozen opent en hij neemt een grote hap van een stukje pizza. De doos duwt hij in mijn gezicht. 'Wil je ook?' Ik knik en pak een stukje. Ik heb al pasta gegeten, maar ik ben toch al dik. Zo een stukje pizza kan niet zo heel veel kwaad bij mijn buik. Voor Klaas geld hetzelfde.

'De vrienden van Sue vertelden me over een feest vanavond,' begin ik. 'Als ik hen moet geloven kan ik me pas echt zorgen gaan maken als ze daar niet is.' 'Dus we gaan naar dat feestje?' vraagt Klaas. Ik knik hevig. 'Maar we moeten nog wel aan de reputatie van mijn dochter denken, dus je moet even wat anders aantrekken.' Ik wenk naar Klaas' beige trui met zijn blauwe geruite blouseje eronder. 'Jij ook,' schatert Klaas en hij trekt even aan mijn colbert. 'Goh, ik kom net van werk. Maar ik doe dat ene sweatshirt aan. Die kan wel hè?' 'Ja, die is goed. Heb je ook iets voor mij?'

Even later staan we naast elkaar voor de spiegel. Twee kleine en een tikkeltje dikke mannetjes met sweatshirts aan, alsof we weer twintigers willen zijn. Ik ga met mijn hand door mijn grijsbruine haar en Klaas aait over zijn kale hoofd. 'Ik denk dat we nog steeds opvallen, Beer, maar we hebben wel swag! Zo moet je dat toch uitspreken?'
'Ik denk het,' mompel ik terug. 'Zullen we dan maar gaan?' Klaas haalt zijn portemonnee en andere belangrijke zooi al uit zijn zakken. Ik kijk hem vreemd aan. 'Je weet maar nooit...,' zegt hij. Ik geef toe dat hij gelijk heeft en doe hetzelfde.
'Wel je ID meenemen hè,' zeg ik. 'Kom op, als ze onze rimpelhoofden zien, denken ze nooit dat we nog minderjarig zijn.' Ik zucht. 'Nee niet dáárom, het is trouwens gewoon een feestje bij iemand thuis dus dat maakt sowieso niet uit, maar je weet nooit wat er gaat gebeuren. Politie en zo...' Ik kijk Klaas aan en hij geeft me gelijk.
'Oké, klaar?,' vraag ik. Klaas knikt 'Let's go party!' Hij gooit de huisdeur achter me dicht en we stappen op de fiets.

'Godver Klaas! Je bent echt dik!' zeg ik als ik het heuveltje bijna niet op kom. 'Sorry hoor! Ik kan er niets aan doen dat jij niet op je eigen fiets wilde!' 'Ik heb jou liever nu achterop dan...' Ik neem even een adempauze. '...dan dat mijn fiets wordt gestolen op dat feest!' 'En je denkt dat mijne niet gestolen wordt?'
'Niemand wil dit ding! En bovendien, hij is al gestolen.' Meteen krijg ik een stomp tegen mijn schouder. 'Berend! Ik heb er zelf voor betaald!'
'Jaja...'
'Daar is het!' Klaas maakt een overdreven wijs beweging waardoor ik erg begin te slingeren. 'Zit stil!' snauw ik. 'Ho ho! Rustig,' bromt Klaas terug.

Zó foutWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu