Part 7. Alles is blauw

1 0 0
                                    

Als we op ongeveer op de helft van de film zijn kan ik me ogen bijna niet meer openhouden. Ondertussen heb ik al wel me hoofd op Joey's schouder gelegd, ik ben echt veel te moe. Joey hoort me gapen. 'Wil je slapen?' Vraagt hij. 'Het liefst wel.' Antwoord ik. 'Ga maar in dat bed liggen, ik blijf wel wakker en maak je wakker als er iemand langs loopt.' Zegt hij daarna. 'Echt? Dat is lief. Maar jij ziet er ook best moe uit.' 'Het lukt me wel om wakker te blijven.' Zegt hij. 'Geloof je het zelf?' Zeg ik lachend, sta op en loop naar het hele grote bed. Het is mooi opgemaakt met allemaal kussentjes en dekentjes. Ik trap m'n schoenen uit en klim het bed op. Het licht van de tv verlicht de kamer nog. Ik ben nog een tijdje wakker. Ik ben een beetje aan het stressen over de problemen die ik krijg als ik uit deze kamer ben. Ik heb gedronken, ben weg gegaan en niet op tijd terug gekomen. Ik staar naar het plafond tot ik wat geluid hoor. Ineens staat Joey naast het bed. 'Ik verveel me echt dood zo alleen.' Zegt hij. Ik lach. Het licht van de tv twinkelt lichtjes in z'n ogen. Ik sla met me hand naast me op het kussen, een gebaar dat hij naast me mag gaan liggen. Hij glimlacht en klimt het bed op en klimt over me heen. Hij kruipt onder de dekens. We liggen niet tegen elkaar, er zit nog best wel wat ruimte tussen. 'Ik ga slapen als je het niet erg vind.' Zeg ik. 'Ik blijf nog wel even opletten, maar ik weet niet of ik nog lang me ogen open kan houden.' 'Welterusten.' Zeg ik en draai me om. 'Truste schat.' Hoor ik Joey nog zeggen en ik doe me ogen dicht en val weg.

Wanneer ik weer wakker wordt is het alweer licht buiten. Ik strek me armen uit maar krijg maar 1 arm omhoog. Ik kijk naast me. Ik lig helemaal tegen Joey aan. Ik trek me arm onder hem vandaag. Hij wordt wakker. Ik voel dat hij zijn arm die hij om me heen had optilt. Ik had niet eens door dat zijn arm daar was. 'Goedemorgen.' Zegt hij met een heel schoor en diepe ochtend stem. 'Goodmorning.' Zeg ik terug. Ik ga recht op zitten. Ik heb geen idee hoe laat het is. In de verte hoor ik wat stemmen. 'Ik hoor mensen praten!' Zeg ik tegen Joey en als ik hem aan kijk zie ik dat hij t ook heeft gehoord. Hij klimt meteen uit bed en rent naar het raam toe. 'Uhm, ik denk niet dat vissen kunnen praten.' Zijn toon klinkt apart en ik snap zijn opmerkingen niet. 'Is dat een gezegde of zo iets?' Vraag ik. Hij blijft naar buiten kijken maar met zijn hand gebaart ie dat ik naar hem toe moet komen. Ik klim ook het bed uit en loop naar hem toe. Als me ogen aan het licht gewent zijn zie ik alleen maar blauw. Donker blauw en licht blauw. Alles is blauw. Onder is het donker blauw, boven licht blauw. Onder is de zee, boven is een strak blauwe lucht. 'Zee?!' Roep ik uit. 'What the hell.' Brengt Joey uit. We snappen er allebei niks van. 'Ik wil hier uit.' Zeg ik angstig. Joey loopt van me weg. Schreeuwt dat ik aan de kant moet gaan. Er volgt een harde knal. Hij heeft de afstand bediening door de ruit gegooid. 'Waarom hebben we dit niet eerder bedacht.' Zeg ik. Oh dit is zo dom. Joey pakt me hand vast en wijst dat ik er door heen moet klimmen. Ik steek 1 been door het kapotte raam. Als ik helemaal doorheen ben blijf ik Joey z'n hand vast houden zodat hij er ook door heen kan klimmen. Ik loop naar de rand. Om me heen is alles blauw. Nergens land. Shit. Shit. Shit. 'Er is verder helemaal niemand op de boot? Hoe kunnen we varen dan?' Vraagt Joey. Ik loop naar de zijkant van de boot en zie dat de touwen los zijn gesneden. 'Iemand heeft met opzet ons weg laten drijven, in elk geval de boot.' Zeg ik. Joey komt naast me staan en ziet het ook. 'Dus de stroming heeft ons hierheen gebracht.' Zegt hij dan. 'Dan kunnen we nooit ver zijn.' Gaat hij verder.

Gettin' lost with youWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu