De Vervloekte Wapens

Hoofdstuk 15

Finn

Bruneis komt later die ochtend ook langs. In plaats van dat we hem beneden op komen zoeken laat hij Madelief naar beneden komen om hem op te halen. Na een korte en onhandige vlucht landen ze op het dek. Als Bruneis binnen komt zetten is hij pissig. 'We hebben een nieuweling, en dan gaan jullie lui op de bank hangen? Waarom zijn jullie niet aan het trainen?'

Ik blijf rustig liggen. 'Ze heeft al geoefend vandaag. Ze heeft voor het eerst haarzelf voortbewogen. Dat is al genoeg.'

Bruneis laat het niet daarbij. 'Finn, we zijn continu in gevaar. Iedereen die een Vervloekt Wapen heeft moet meteen kunnen vechten. Dit is geen grapje. Ze moet onmiddellijk leren vechten!'

Dan verlies ik mijn koelte. Binnen een seconde sta ik op mijn geklauwde voeten. Mijn schubben pulsen met het vuur, en mijn klauwen schieten uit mijn vingers. 'Jij weet niks over haar! Moet jij maar eens proberen om je voort te bewegen zonder dat je het ooit op die manier hebt gedaan, en je zelfs hebt aangeleerd om op een andere manier te bewegen! Dan piep je wel anders!'

Lina kijkt verbaasd naar mij als ik het voor haar opneem. Bruneis ontbloot zijn eigen klauwen. 'Laat maar eens zien hoe goed je bent in een eerlijk gevecht. Een tegen een. Als ik win luister je naar mij. Anders luister ik naar jou.'

Nog voor iemand iets kan zeggen storm ik op Bruneis af. Door mijn langere klauwen en schubben heb ik al snel de overhand. Helaas heeft hij de ervaring, waardoor het ook weer snel een gelijke match wordt. Dan weet ik iets te doen dat het hele gevecht naar mijn kant draait. Ik krijg het voor elkaar om boven op hem te komen, en klem me vast. Dan druk ik Bruneis tegen de grond aan, de klauwen op mijn duimen tegen zijn keel. Hij stopt met vechten. 'Fijn. Nu moet ik naar je luisteren. Nou, fijne dag verder.'

Hij rent naar buiten en springt van het platform af. Het geritsel in de bosjes geeft aan dat hij ervan door gaat. Ik ben verbaasd. 'Waar sloeg dat nou weer op? Vanwaar die weddenschap?'

Janis schudt. 'Dat is iets wat hij altijd doet. Hij maakt een weddenschap en vervolgens wint hij die. In dit geval wist hij niet dat je al oefening had hiermee. Nu heeft hij een schuld bij je: vanaf nu moet hij naar je luisteren.'

Ik kijk nu naar mijn schubben. Het pulsende vuur is verdwenen. Ik kijk er verbaasd naar. Amber is nu degene met een uitleg. 'Dat was een vuurdraak trucje. Vuurdraken kunnen hun schubben zodanig verhitten dat het als een extra beschermlaag werkt. Bruneis had daardoor een moeilijkere tijd om je te bevechten. Het is een gemeen trucje, maar ook erg handig.'

Dan ploffen we gezamenlijk op de bank. Erg veel zin om nog iets te doen vandaag hebben we niet. Na een tijdje tikt Lina me aan. 'Ik heb dorst.'

Oef. Ik had niet eraan gedacht dat Lina misschien meer moet drinken dan wij. Amber wijst naar het magazijn. 'Er zou een ton water moeten staan. Daar kan je eventueel van drinken. Als draken hebben we geen water of andere soorten vocht nodig. Sterker nog, als wij thee drinken bij Bruneis dan hebben we voor een maand genoeg eraan.'

Lina laat haarzelf van de bank af glijden. Omdat ze nog geen handigheid erin heeft help ik haar. Aan de hand begeleid ik haar. Omdat ze nog klein is, zelfs met haar lange slangenlichaam, moet ik bukken. In het magazijn zoek ik naar de ton. Helemaal achter in, in het verste hoekje, staat de ton met water. Het is een oud whisky vat. Naast de ton staat een houten beker. Lina pakt de beker. 'Ik wil het inschenken! Ik wil het doen!'

Daarmee ga ik door mijn hurken en til ik haar op. Ze opent het kraantje en het water stroomt in de beker. Terwijl ze dat doet kijk ik hoe het water in de ton verzamelt wordt. Het blijkt dat het water dat op het dak valt in de ton stroomt via wat leidingwerk. Als de beker vol is sluit ik het kraantje. Dankbaar gooit Lina het achterover. Dan gaan we samen naar de huiskamer. We blijven daar de rest van de middag. De meiden hebben het enorm gezellig. Ik val er wel een beetje buiten, maar het blijft gezellig. Als het bijna etenstijd is regel ik het alleen, waarna we naar bed gaan. We kletsen nog wat na voor we gaan slapen.