hoofdstuk 5 Mara

23 6 3
                                    




Ik druk mijn broer nog een keer stevig tegen me aan, voordat ik hem aan de anderen voorstel."Dit zijn Tessa en Jesse. Ze zitten om de zelfde reden hier,"zeg ik."Tessa, Jesse, dit is mijn broer Sander," Nadat ze kennis hebben gemaakt vertellen we onze verhalen en kijken we om ons heen. We zitten in een soort tuinhuisje met met twee bedden, een bank, een tafel, een kast, dekens en kussens. Veel beter dan eerst dus."Nou opzich..."zegt Jesse "maar we zitten nogsteeds opgesloten,""we moeten er maar het beste van maken" zegt Sander. "Dus... wie neemt een bed en wie nemen de bank?" "geef Tessa en Jesse maar een bed,"zeg ik."Noway, Mara, jij mag in mijn bed,"zegt Jesse. Ik kijk hem aan, hij lacht naar me. Snel kijk ik weg want ik voel dat ik begin te blozen.

Later lig ik in bed, we hebben bonen met rijst uit blik gegeten. Ugh! Echt heel smerig. Maarja, dat is het enige dat er was en we moesten toch iets eten. Het is vrij donker in de kamer, alleen het maanlicht zorgt ervoor dat ik de contouren van de meubels kan onderscheiden. Stil luister ik naar de anderen, ze ademen regelmatig. Waarschijnlijk slapen ze al. Ik denk aan vader, wat voor gruwelijke opdracht zou hij moeten doen om ons vrij te krijgen? Zachtjes begin ik te huilen.    Dan voel ik warme armen om me heen en krul ik me op tegen Jesse's borst. "Stil maar, alles komt goed."fluistert hij. Langzaam val ik in zijn armen in slaap.

Help!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu