Hoofdstuk 2

379 21 0
                                    

Het duurde niet lang meer voordat ik samen met Marine en Aria in een auto stapte om naar de trein te rijden. Ik zag dat de tranen van Aria haar wangen liepen. Ik had zin om te wenen, maar kon het niet. Het was denk ik beter dat je je lot accepteert, inplaats van er over te huilen. Ookal is dat lot verschrikkelijk. Ik keek uit het raam om mijn district nog eens te kunnen bekijken. Waarschijnlijk voor de laatste keer. Ik sloeg mezelf op mijn hoofd, waardoor Marine raar naar me keek. Ik negeerde het echter. Ik mocht niet zo denken. Ik moest hieruit komen. Mijn lot was niet om in de 65ste hongerspelen dood te kunnen gaan, maar is om winnaar te zijn van de 65ste hongerspelen. Een egoïstisch lot, dat weet ik nu al. Maar ik deed het niet helemaal voor mezelf. Voor mijn familie. Ik sloot even mijn ogen. Denk aan je familie, Finnick. Doe het voor hun. Ik deed ze weer open en knikte. Ik doe het voor hun. 
We stapten uit om in te de trein in te stappen. Toen ik mijn ene voet al binnengezet had, en mijn andere nog op een trede stond, keek ik nog opzij. Alsof ik hoopte dat iemand zou langskomen met het nieuws dat de Hongerspelen waren afgeschaft en ik gewoon hier mocht blijven. Maar natuurlijk gebeurde dat niet. 'Finnick,' vroeg Marine. 'Is er iets?' Ik rolde met mijn ogen, maar draaide me om en glimlachte naar haar. 'Nee', zei ik. Ik weigerde mijn zwakte aan haar te tonen. Ik stapte in en het eerste wat me opviel was de grote luster die boven zeer mooie en duur-uitziende zetels ging. En op die zetel zat een oude vrouw. Ze had lang grijs haar en veel rimpels, maar toch zagen haar ogen er nog jong uit. Ik kende die vrouw. Het was Mags, winnares van de 9ste hongerspelen. 'Hallo', zei ze met een glimlach. Ik wist dat ik haar zou mogen. Gewoon omdat ze me geen opgewekte glimlach gaf zoals Marine alsof dit de leukste tijd van mijn leven word, maar een begrijpende glimlach. Een glimlach die me zegt: ik weet hoe je je voelt en dat spijt me. 'Hallo', zei ik, en deze keer gaf ik een gemeende glimlach. Ik merkte op dat Aria naast mij was komen staan. Ze knikte toen Mags ook naar haar glimlachte. Ik wist dat Mags onze enige mentor was. Er waren al veel winnaars, maar er zijn er al een paar ondertussen gestorven en Lors, die een tiental jaar geleden won, had een drankprobleem. En Yuro had ondertussen kinderen. Dus Mags kon het regelen om ons alleen te mentoren, omdat ze het Lors en Yuro niet wou aandoen. 
Marine begeleidde ons verder naar de kamers. Toen ze mijn kamerdeur opendeed, zei ze: 'Geen nood. In het capitool zijn ze groter en mooier.' Die uitspraak maakte me woedend. Deze kamer was prachtig. Alles was perfect, tot in de details. Ik denk dat als je onze woonkamer en eetkamer samen nam van ons huis, dat ze even groot was. Ik knikte. 'Dank je.' Ik stapte naar binnen, en ging op het bed zitten. Ik besefte plots dat we al vertrokken waren, en dat ik niet meer naar mijn district heb kunnen kijken. Ik sloot mijn ogen. Hier ga je dan, Finnick. Ik zag dat ik een televisie had en ik zette hem aan. Caesar Flickerman was al bezig de Hongerspelen te bespreken. Ze toonden de beelden van de vorige winnares Cashmere uit district 1. Ze was de tweelingzus van Gloss, die het jaar daarvoor won. Ik haatte dat mens. Gewoon al hoe wreed ze was tijdens de spelen. Maar ik besefte dat ik het net zoals haar zou kunnen aanpakken. Ze was knap en heeft daar ook veel mentoren uit gehaald. Ik werd uit mijn gedachten gehaald door Marine, die me riep voor het eten. Ik stapte naar de eetkamer en ik zag dat er zalm was. Ik pakte een groot stuk met veel puree, want ik merkte op dat ik grote honger had. 'Wat kunnen jullie goed?' Vroeg Mags na een lange stilte. 'Niks', zei Aria, en ik besefte dat het de eerste keer was dat ik haar hoorde spreken. Ze had een stille stem. 'Je kunt toch iets doen, Aria? Al is het maar klein. Alles kan van pas komen. Weet jij iets, Finnick?' Vroeg Mags. 'Ik pak vaak vis met mijn drietand', stelde ik voor. Ik had er eigenlijk nog niet aan gedacht, maar ik was wel goed daarin. 'Zie je,' zei Mags. 'Ik kan wel vissen,' zei Aria. 'Met vishaken heb ik mijn Hongerspelen weten te overleven', zei Mags. 'Weet ik,' snauwde Aria plots. 'Maar wat maakt het uit. Ik ga dood.' Mags wou reageren, maar ze wist niet meer wat te zeggen. Ze bleef stil. Ze vond dit vast verschrikkelijk. 'Sorry', zei Aria na een paar stille minuten. 'Het was niet zo bedoeld. Ik dacht gewoon niet dat ik getrokken zou worden en alles gaat zo rap en...' ze kon niet meer uit haar woorden komen door het snikken. 'Ik was er niet op voorbereid dat mijn leven zo vroeg zou eindigen.' Dat was het laatste wat ze zei voordat ze naar haar kamer rende. Dat wou ik ook doen. Ik at mijn bord verder uit, gewoon omdat ik zo'n honger had. 'Ik denk dat ik ga gaan slapen', zei ik. 'Slaapwel, Finnick', zei Mags. 'Ja, slaapwel', riep Marine, die al een hele tijd naar het interview met Cashmere en Gloss op TV aan het kijken was. 
Ik ging in mijn bed liggen en de tranen kwamen in mijn ogen. Ze vloeiden van mijn wangen naar mijn lakens en deze keer wou ik ze niet tegenhouden. Deze keer liet ik ze gaan. Zo kroop ik onder mijn donsdeken. Ik sloot mijn ogen en vroeg me af of het ook zo voelt als je doodgaat. Alles dat zwart word. 


Finnick Odair's HongerspelenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu