Hoofdstuk 14

148 10 9
                                    

De rechercheurs horen hoe het geluid van de deurbel door het huis galmt. Verder blijft het echter stil. Ze horen geen stem die hen vertelt onderweg te zijn, geen voetstappen, geen gekraak van het openen en sluiten van deuren. En even, even lijkt er niemand thuis te zijn, maar dan gaat de deur open en staat zij in de deuropening.

Met grote ogen neemt ze het team in zich op. Liselotte, bij wie de paniek in de ogen zichtbaar is. Fenna met een geschaafd gezicht en een bebloede lap stof om haar arm, steunend op Evert en Bram. Die er beide ook wel eens beter uit hebben gezien. Woordeloos stapt ze opzij en laat ze het team binnen.

"Carla!" glimlacht Bram. Hij stapt over de drempel en buigt zich voor over om hun voormalige leidinggevende een kus op haar wang te geven. Hij wordt op de voet gevolgd door Liselotte die zijn voorbeeld volgt.

"Kan ik een laptop lenen?" vraagt de brunette en Carla knikt afwezig. Fenna merkt hoe Evert aarzelt voor de smalle deuropening; ze konden er niet tegelijk door heen.

Fenna rolt met haar ogen en laat Evert los waarna ze van de muren aan weerszijde gebruikt maakt om zichzelf te verplaatsten. Eenmaal binnen wordt ze tegengehouden door een hand op haar arm.

Ze voelt hoe ogen over haar lijf glijden, dan streelt er een duim over haar geschaafde wang. "Jongens," verzucht Carla. "Wat is er in hemelsnaam gebeurd?"

"Dat is een lang verhaal," zegt Evert. Hij laat de voordeur achter zich in het slot vallen. Aan het einde van de hal pakt Bram Fenna's arm. Voorzichtig helpt hij haar naar de bank waar Liselotte al plaats genomen had. Liselotte legt Fenna's voeten op haar benen. Ze houdt met haar handen Fenna's enkel stil.

Fenna krimpt in elkaar als Liselotte's vingers een pijnlijke plek raken. Zwijgend laat ze haar blik door de kamer gaan. Evert en Bram hadden plaatsgenomen aan de tafel tegenover de bank. Carla leunt tegen de deuropening, twee laptops onder haar arm geklemd. Ongeduldig tikt ze met haar voet tegen het laminaat. Haar vragende ogen kruisen die van Evert en hij begint te vertellen.

Fenna leunt met haar rug tegen de armleuning van de bank. Zwijgend luistert ze hoe Evert verslag doet van alles wat er de afgelopen tijd gebeurd was. Ze laat haar hoofd tegen de rugleuning zakken. Een veilig gevoel overvalt haar. Hier waar ze Bram met zijn vingers op het tafelblad hoort trommelen. Hier waar Evert's stem door de ruimte glamt, waar ze Liselotte's aanraking voelt en het ruikt naar Carla's parfum. Hier waar haar team is; hier is ze veilig.

Fenna voelt hoe haar ogenleden zwaarder worden. De geborgenheid in de ruimte voelt als een warme deken en lijkt haar nog slaperiger te maken. Everts woorden dringen niet meer tot haar door.

"Fen?" Liselotte schudt zachtjes aan haar gezonde bovenbeen.

"Hmmm?"

"Je moet wakker blijven," zegt Liselotte en het klinkt bijna als een verontschuldiging. "In ieder geval tot er iemand naar je gekeken heeft."

"Kan jij dat niet doen?"

"Een professioneel iemand," glimlacht Liselotte. Ze neemt de laptop die Carla haar geeft aan. Fenna maakt aanstalten om haar benen te verplaatsen zodat Liselotte haar laptop kwijt kan, maar Liselotte houdt haar tegen. "Zo weet ik zeker dat je de breuk niet verder compliceert," beantwoordt ze Fenna's vragende blik.

"Jullie gaan me niet dwingen om naar het ziekenhuis te gaan," observeert Fenna verbaasd.

"Niet nu. Eerst moet die baas van ons achter slot en grendel."

Fenna knikt kort. Een klein lachje verschijnt op haar gezicht. "Verbazend. Ik had gedacht dat jullie op z'n minst een poging zouden wagen."

"Was je gegaan dan?"

"Nee."

Liselotte schudt glimlachend haar hoofd, maar geeft geen andere reactie. "Het spijt ons dat we je hier mee lastig vallen, maar.. Het zit zo.. We wisten niet waar we anders naartoe konden," sluit Evert zijn verhaal af.

Carla rolt met haar ogen. "Ik had toch gezegd dat jullie hier altijd welkom zouden zijn." Ze zucht. "Ik dacht alleen dat ik, door te stoppen, alle problemen had opgelost." Ze schudt haar hoofd. "Ik had beter moeten weten. Jullie weten je altijd in de problemen te storten. We hadden bovendien niet voor niets beloofd jullie altijd te beschermen."

"Dat wisten jullie niet?" vraagt Carla bij het zien van hun vragende blikken. Vier hoofden schudden nee. "Ja," grinnikt ze. "We waren ons erg bewust van jullie prioriteiten. We wisten donders goed dat jullie je eigen leven zouden geven om een slachtoffer te beschermen. Dus Menno en ik besloten dat wij dan jullie leven maar moesten beschermen."

Het blijft stil in de kamer. Tot Carla in haar handen klapt: "Kom op, we moeten aan het werk. Wat hebben jullie tot nu toe?" Haar gezicht vertrekt zodra de woorden haar mond verlaten. Ze schraapt haar keel. "Sorry, macht der gewoonte."

Bram lacht. "Ik ben blij om te zien dat je niets veranderd bent."

~~~~~~~~~~

Ik vond het voor m'n verjaardag wel een goed idee om een oude bekende terug te brengen. Ik hoop dat jullie het met me eens zijn!


Niet omkijkenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu