Daddy {Compleet✅}

9

'Hallo, is daar iemand?' Vraagt jimin aan degene die begon te lachen.
Geen antwoord. 'Hallo?' Vraagt jimin, weer geen antwoord. 'HALLOOOO?' Schreeuwt jimin boos, opeens hangt diegene op.

'W-was dat T-t-taehyung?' Vraag ik geschrokken

'I-ik weet het niet' zegt Jimin geschrokken

Even later

'We zijn thuis!!!' Roep ik

Opeens stormt jungkook de gang op

'Jongens kom naar binnen!' Zegt jungkook geschrokken.

'Wat hzo, is er iets gebeurd?' Vraag ik geschrokken

'Nee gelukkig niet' zegt hij en hij kijkt naar de deur

'Maar wat is er dan?!' Vraagt jimin

'We hebben bezoek' zegt jungkook teleurgesteld en hij kijkt naar de grond

'Ohh wat leuk!, zijn het de jongens van exo?' Vraagt Jimin enthousiast

'Was het maar zo' zegt jungkook teleurgesteld.
We lopen naar binnen en schrikken allebei als we zien wie er binnen op de bank zit. en diegene schrok blijkbaar ook toen hij mij zag

'T-t-taehyung?!' Vraagt jimin geschrokken

Taehyung blijft nogsteeds geschrokken zitten en staart voor zich uit alsof hij net een spook had gezien, hij zag er helemaal wit uit en hij had grote ogen gekregen. Jimin loopt naar hem toe en gaat naast hem zitten

'Gaat het?' Vraagt jimin bezorgd

Tae geeft geen antwoord en zit nogsteeds in dezelfde houding, tot ik merk dat hij naar mij kijkt

'U-uhhmm uhmm j-j-ja' zegt hij alsof hij geen lucht meer krijgt

'Wil je misschien een glas water?' Vraagt jungkook bezorgd

'Uhm j-ja dankje' zegt taehyung

Ik ga bij hun op de bank zitten. Tae staat op van de bank en loopt naar de deur

'Suga, wil je even komen?' Vraagt Tae

Ik kijk hem vragend aan maar besluit om toch mee te komen. Als Tae de deur achter zich dicht doet is het even stil.

'Ja je wou me spreken?' Zeg ik vragend. Taehyung kijkt naar de grond

'J-ja, ik had een v-vraag' zegt zij terwijl hij nogsteeds naar de grond kijkt

'Ja wat is er?' Vraag ik

'N-nou h-hoe ben je uit die kelder gekomen?' Vraagt hij terwijl hij me opeens recht in mijn ogen kijkt

Wat, hoe weet hij van de kelder?! Dacht ik in mezelf

'H-hoe weet je van de kelder?' Vraag ik hem terwijl ik langzaam bang word. Zijn verlegen gezicht veranderd in een grijnzend, enge en tegelijkertijd boze gezicht