We lopen naar de keuken en wachten tot we het volgende gerecht moeten brengen. In de keuken lopen de koks langs elkaar heen. Er worden borden klaar gezet met het eten erop. We pakken allemaal weer wat borden en lopen naar de eetzaal. Voor we naar binnen kunnen, worden eerst de lege borden opgehaald. Daarna lopen we naar binnen en zetten we de borden neer. Ik zet mijn bord bij mijn stiefmoeder neer. Als ik weer weg wil lopen hoor ik gekuch. 'Eh, er zit een haar in', zegt ze. Ik kijk naar het bord maar ik zie geen haar. 'Waar?' vraag ik. 'Daar', zegt ze en wijst naar het bord. Olivia komt naast mij staan en haalt de nep haar weg. 'Alstublieft', zegt ze en neemt me mee de eetzaal uit. 'Je moet niet zo moeilijk doen. Gewoon de gast tevreden houden. Zit er een nep haar, haal hem nep weg.' Ik knik en we lopen terug naar de keuken. Zo gaat het de hele avond verder. Mijn stiefmoeder heeft op elk bord wat ik haar geef wel een opmerking. Het is niet anders dan thuis, maar het is wel vervelend tegenover de andere mensen. Ik zie ook mevrouw Van Gooy met haar ogen rollen. Als het diner klaar is ga ik languit op mijn bed liggen. Zuchtend kijk ik naar het plafond. Ik moet hier minden doen dan thuis, maar dit is toch zwaarder. Ik stap van mijn bed en wissel mijn werk kleding voor mijn pyjama. Dan kruip ik onder de dekens, sluit ik mijn ogen en val ik in slaap.
Mijn wekker gaat en ik zit meteen recht. Ik stap uit mijn bed en trek mijn werkkleding weer aan. Ik loop naar het lege woonkamertje en kijk naar de keuken. Er ligt een half brood en wat vlees en kaas. 'Neem wat eten, we moeten zo aan het werk', zegt Olivia die in haar pyjama langs me heen loopt. Ze pakt twee boterhammen en begint te eten. Mijn ogen worden groot. Ik kan gewoon ontbijten. Thuis heb ik daar nooit tijd voor. Misschien is werken hier toch nog niet zo slecht. Ik smeer mezelf twee boterhammen en eet ze op. Even laten komt Olivia haar kamer uit met haar werkkleding aan. 'Laten we gaan', zegt ze. We lopen de gangen door naar het poetskamertje. Ik kijk op het lijstje en zie dat we in de middag de slaapkamers moeten doen. Mijn ogen worden groot. 'Moeten we echt de slaapkamers doen?' Olivia knikt alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Ik slik en krijg een emmer in mijn handen geduwd. 'Kom aan de slag.' We lopen door de gangen en poetsen alle kastjes met daarop kleine beeldjes en dingetjes af. Achter me hoor ik een bekende stem. Mijn stiefmoeder. 'Hé, jij', roept ze naar me. Ik draai me om en kijk haar aan. 'Jasmijn heeft haar jurk vies gemaakt met het ontbijt. Maak hem even schoon, wil je', zegt ze en gooit de jurk naar mij toe. Ik vang hem en ze loopt weer weg. Olivia kijkt me vragend aan. 'Dat is mijn stiefmoeder', zeg ik en draai me om. 'Je mag niet wassen. We hebben de taak om schoon te maken. Wassen is voor een andere groep.' 'Maar als ik het niet doe, wordt ze boos. Sorry', zeg ik en loop naar mijn kamer. Ik pak uit mijn koffer het wasmiddel en houd het vieze deel van de jurk onder de kraan. Na even schrobben is het schoon en probeer ik het een beetje droog te deppen en föhnen. De jurk is enig sinds droog en dwaal de gangen door terug naar Olivia. Ze is nog bezig en kijkt niet vrolijk. 'Weet jij waar de gasten slapen?' Olivia kijkt me boos aan. 'Alsjeblieft, anders krijg ik echt problemen.' 'Ik krijg ook problemen.' 'Alsjeblieft', zeg ik smekend. Ze zucht en kijkt om zich heen. 'Tweede verdieping en dan aan de oostkant.' Ik glimlach. 'Dank je, ik ben zo snel mogelijk terug,' zeg ik. Ik ren naar de trap en ga naar de tweede verdieping. Ik loop de gangen door en kom Melissa tegen. 'Hé, ik heb de jurk van je zus', zeg ik en geef haar de jurk. 'Dat werd tijd', zegt ze en loopt terug naar haar kamer. Ik ren weer de trap af naar Olivia. 'Het is gelukt, dank je', zeg ik. Ik ga verder met poetsen als mevrouw Van Gooy langs komt lopen. Ze glimlacht naar mij en ik glimlach klein terug. 'Hé, ik heb jou nog niet gezien hier', zegt ze. Ik knik. 'Ik ben Clair, de stiefdochter van Klarissa. Ik werk in uw kasteel zolang zij met haar dochters hier verblijft.' Mevrouw Van Gooy kijkt me aan. 'Als je ook een dochter bent van haar moet je eigenlijk ook mijn zoon leren kennen. Ik heb gevraagd alle dochters mee te laten doen.' Ik blijf stil staan. Wat moet ik nu zeggen. Eigenlijk wil ik niet, ik wil hem helemaal niet leren kennen. En als mijn stiefmoeder erachter komt, ben ik nog niet jarig. Die zou echt boos worden. Maar ik kan ook moeilijk nee zeggen tegen mevrouw Van Gooy. 'Ja dat wil ze wel', zegt Olivia en geeft me een elleboog. Ik knik snel en mevrouw Van Gooy kijkt me blij aan. 'Dat is fijn. Zie ik je straks in de balzaal', zegt ze en loopt de gang uit. Ik kijk met grote ogen naar Olivia. 'Waarom zei je dat nou. Ik kan daar niet zijn. Als mijn stiefmoeder daar achter komt ben ik dood.' Olivia lijkt zich er niet zo druk om te maken. 'Dan moeten we er voor zorgen dat ze je niet herkennen.' Ze pakt mijn arm en trekt me mee naar de personeelskamers. 'Soms moeten we voor speciale gelegenheden jurken dragen en die zitten dan in deze kast. We lopen een lege kamer in en Olivia trekt de kast open. Ik zie een paar jurken hangen en ook wat zwarte pakken voor de heren. 'Kies een jurk met bijpassende schoenen en dan pak ik mijn make-up.' Olivia loopt de kamer weer uit en met een zucht kijk ik naar de jurken in de kast.
JE LEEST
An ordinary cinderella story
RomanceDit is gewoon een cinderella story, je weet dus al een beetje wat je te wachten staat.