Het schot

816 16 3
                                    

'Ik moet hier weg, ik moet naar Eva.' dacht Wolfs. Het vuur verspreidde zich steeds sneller dus hij moest nu echt opschieten als hij hier levend uit wilde komen. De hitte van het vuur en de gedachte aan Eva maakte dat hij nog harder aan de tyraps trok. Wolfs trok net zo lang tot ze knapte. Door het harde trekken had hij wonden op zijn polsen. Niet dat hem dat iets uitmaakte, hij vond het belangrijker om levend uit het huis te komen. Er was ondertussen al veel rook in het huis, wat het zoeken naar een uitgang niet echt makkelijker maakte. 'Kom op Wolfs, Eva heeft je nodig.' dacht hij. Wolfs begon lichtelijk in paniek te raken. Hij moest nu echt een uitgang vinden voor dat de vlammen zijn mogelijke uitgangen versperde. Dan was hij er geweest. Wolfs taste in het duister want door de dikke rook zag hij niet waar hij was. Het duurde even voor hij iets voelde. 'Was dit nou een raam?' Wolfs zocht naar een handvat om het raam te openen. Het raam zwaaide open en er kwam een koude wind het huis binnen. De frisse lucht zorgde ervoor dat Wolfs even op adem kon komen. Wolfs stond nu in de tuin van het huis van Lies Dewulf. Hij draaide zich om en keek naar het huis, wat nu bijna volledig in brand stond. Ondertussen kreeg hij een vreemd gevoel, alsof iemand hem in de gaten hield. Hij besloot er geen aandacht aan te besteden en meteen naar zijn auto te rennen. Hij moest nu echt naar Eva. Wolfs reed zo hard als hij kon naar de plek waar Eva en Aneska heen zouden gaan. Hij zat nog maar net in zijn auto toen hij een knal hoorde. Wat dat een schot? Ook nu besloot Wolfs er geen aandacht aan te besteden. Hij had geen tijd te verliezen. Onderweg bedacht Wolfs zich dat Eva waarschijnlijk niet meer bij de loods zou zijn. Echter, had hij Aneska niet gezien op de video die Lies Dewulf hem liet zien. Wie weet was Aneska daar nog ergens en kon zei hem meer vertellen over waar ze Eva naartoe wilde brengen. De weg naar de loods leek uren te duren terwijl het in werkelijkheid maar een kleine 20 minuten was. Hij besloot om met zijn auto het terrein van de loods op te rijden. Het enige waar hij aan dacht, was Eva. Hij dacht even terug aan het moment dat hij Eva voor het laatst zag. Ze legde haar hand op zijn borst en hij pakte haar hand vast. Wolfs keek in Eva haar ogen. Ze kon zonder woorden zoveel zeggen als ze wilde, ondanks dat Eva ook vaak gesloten kon zijn. Wolfs had het idee dat ze tegen hem meer open durfde te zijn. Een koude windvlaag haalde hem uit zijn gedachten. Het maakte hem niets uit als ze wisten dat Wolfs bij de loods was. Op het moment dat Wolfs de auto uit wilde stappen, werd hij gebeld door Kamphuis. 'Meneer Wolfs, ik beveel u en mevrouw van Dongen om direct naar het bureau te komen!' Kamphuis klonk streng. 'Mevrouw Kamphuis dit is niet het juiste moment.' Antwoordde Wolfs vaag. 'Meneer Wolfs, dit is een bevel!' Kamphuis klonk nog strenger en directer dan een paar seconden geleden. Wolfs besloot dat het geen zin had om tegen haar in te gaan. Moest hij naar het bureau gaan of moest hij Eva gaan zoeken? Wolfs twijfelde geen moment. Eva vinden had nu zijn prioriteit. Hij hing op en stapte uit zijn auto. Terwijl hij richting de ingang van de loods liep, voelde hij zijn telefoon trillen in zijn jaszak. 'Vast Kamphuis weer.' dacht hij. Hij besloot zijn telefoon te negeren. Wolfs sloop naar de ingang van de loods. Ter verdediging en voor zijn eigen veiligheid greep hij naar zijn wapen. Dan kon hij zich tenminste nog een beetje verdedigen als er iemand in de loods aanwezig zou zijn. Toen hij zijn wapen niet voelde, besefte hij dat Lies Dewulf zijn wapen had gepakt. Zichzelf verdedigen werd nu een stuk minder makkelijk. Toch liet hij zich hierdoor niet tegenhouden. Voorzichtig sloop hij de loods binnen. In de loods ging hij opzoek naar aanwijzingen die hem naar Eva zouden leiden. Terwijl hij een ruimte in liep, leek het of hij iets op de grond zag liggen. Was dit echt of was het zijn verbeelding? Was de rook van de brand naar zijn hoofd gestegen? Hij liep voorzichtig dichterbij en tot zijn schrik zag hij dat er niet iets op de grond lag, maar iemand. Wolfs had meteen door dat het Aneska was. Ze had een kogel door haar hoofd. Wolfs schrok ervan om haar zo te zien liggen. Als Aneska een kogel door haar hoofd heeft gekregen, wat gaat er dan met Eva gebeuren? Wolfs wierp nog een blik op Aneska en wilde vervolgens de ruimte verlaten. Hij hoorde een geluid wat steeds dichterbij leek te komen. Het leken wel sirenes. Zou de politie ook al opzoek zijn naar Eva? Zou de politie überhaupt weten dat Eva weg is en dat Wolfs bijna dood was? Niet veel later hoorde Wolfs mensen naar binnen lopen. 'POLITIE!' galmde door de loods. Er kwamen collega's van Wolfs om de hoek lopen. 'Meneer Wolfs, u bent aangehouden wegens verdenking van brandstichting en verdenking van moord.'


Flikken Maastricht 'Het vervolg'Where stories live. Discover now