“Oh geweldig. Wij zitten dus opgescheept met de presidentsdochter.”
En ik blijkbaar met meneer Opstandeling. Jippie. Ik kijk naar de jongen die al de hele tijd protesteert. Hij heeft nog altijd zijn pet op, maar draagt net als iedereen wel al een trainingspak. Zijn humeur is om te schieten en vooral naar mij toe terwijl ik nog geen woord heb gezegd. Hij staat in de woonkamer bij een glazen bijzettafel. De bank is van leer en heeft een lelijke bruine kleur. De muren hebben een zacht gele kleur, wat op zich wel een mooie kleur is.
“Is het waar dat niemand van ons contact mag hebben met hun familie?” Evyana onderbreekt daarmee meneer Opstandeling die van alles aan het uitkramen is waar niemand blijkbaar naar luistert, we weten inmiddels wel dat hij Luke heet. Ik sta zelf bij het raam dat uitkijkt over een of ander bos. S' morgens komt de zon boven de bomen en dat lijkt best mooi. Tenminste dat was vanmorgen zo toen ik wakker werd. Ik heb ernaar staan kijken tot ik kreeg te horen dat ik bij mijn vader werd verwacht, waarvan ze niet eens wist dat hij hier ook was. De vraag waarom ik dan in hemelsnaam door gewapende militairen hier heen moest worden gebracht terwijl hij er zelf ook heen zou gaan, heb ik maar achterwege gelaten.
“Dat is wat die militair net zei, dus ja dat klopt vast.” Het is even stil als ik dat heb gezegd.
“En jij mag uiteraard wel contact hebben met jouw vader.” Luke stelt het niet eens als een vraag. Ik haal mijn schouders op, hij zou eens moeten weten hoe graag ik geen contact met die vent zou willen hebben. Ik onderdruk een zucht.
“Luister,” begin ik voor Luke door kan gaan: “ik heb hier ook niet voor gekozen, maar we zullen het wel met elkaar moeten doen. Daar hebben we geen keus in.”
“Ja vast.” Luke snuift. Hij draait zich van haar weg en loopt hoofdschuddend naar de bank.
Je wordt bedankt pap. Ik zloop het keukentje in, waar ik wat drinken pak. Het keukentje is klein, maar alles is er wel. Er is een gasstel met oven, een vriezer, magnetron, koelkast en verschillende witte kastjes met inhoud. De muren zijn eveneens wit.
“Waarom zijn we nou echt hier?” Evyana lijkt als enige normaal te willen praten en vooral informatie te willen. Ze staat bij me in het keukentje.
“Wil je ook wat drinken?” vraag ik ondertussen. “Tot zover ik weet is die exoplaneet de reden. Voor de rest weet ik niet veel meer dan jullie.” Ik kijk haar aan terwijl Evyana knikt op mijn eerste vraag. Ik schenk dan drinken in.
“En waarom zou die vent, ik bedoel president, zijn eigen dochter op zo’n zelfmoord missie sturen?” Als ik het me goed herinner is het nu Teagan die voor me staat. Ze heeft een kort kapsel, draagt een leren jas en strakke broek. Alles wat ik mooi vind, maar nooit zal dragen om mijn vader. Die heeft er een duidelijke mening over.
“Misschien om aan te geven dat hij het genoeg vertrouwd om zijn eigen dochter te sturen?” Ik haal mijn schouders op. Ergens hoop ik dat dit klopt, maar waarschijnlijk is het gewoon een goede manier om van mij af te komen. Maar ja, dat kan ik beter niet zeggen. “Hoor eens, Teagan. Ik ken mijn vaders drijfveren ook niet. Hij is lastig te doorgronden en voor mij is hij soms net zo onbegrijpelijk als voor iedereen. Alleen mijn moeder was in staat om hem te begrijpen. Meestal dan.” Ik zucht. “Ik weet alleen dat ik ook mee moet, dus ik ga er maar vanuit dat hij er dan genoeg vertrouwen in heeft.”
“Dat hoop ik dan maar.” Teagan zucht. “Ja, doe maar.” Ik houd de fles sinas omhoog en schenk dan ook een derde glas in. Ze hebben tenminste spullen in huis wat jongeren willen. Ik zag zelfs al energydrank staan en in een van de kastjes zag ik een aantal zakken chips, waarvan ik er gisteravond al één heb opengetrokken. Daarna ben ik op de bank geploft en heb ik tv gekeken zonder bemoeienis van mijn vader of de oppas die mij in de gaten moet houden. Het was best leuk, ook al zit die leren bank voor geen meter. Waarschijnlijk was dat ook meteen de laatste avond dat het zo ontspannen was.
“Maar het is dus de bedoeling dat we een kamer delen met de jongens?” Evyana klinkt enthousiast bij dat idee.
“Er is hier maar een kamer en daar staan zo’n vijf stapelbedden. Dus ja, ik denk inderdaad dat dat de bedoeling is.” Tot nu toe ben ik best blij met hoe dit gesprek verloopt. Soepeler dan gedacht in ieder geval.
“Heb je die jongen gezien met dat blonde kapsel?” Ze trekt haar wenkbrauwen op.
“Ik geloof niet dat wij hier zijn om met jongens aan te pappen.” Teagan leunt tegen het aanrecht terwijl ze van haar sinas drinkt. Ik ben blij dat zij het zegt.
“We kunnen toch wel een beetje plezier beleven. Zeker als niet zeker is dat we dit overleven.” Ze grijnst. “Hoe heette dat blonde joch ook alweer? Ramon?”
“Beau. Die blonde jongen heet Beau.” Ik kijk even naar Evyana die tevreden knikt. “En die Ramon, wie was dat ook alweer?”
“De jongen met het kaalgeschoren hoofd.” Ik zet het glas weg in de vaatwasser.
“Ken je iedereen al of zo?”
“Nee, maar iedereen heeft zich voorgesteld toen we hier net heen liepen."
“En dan onthoud je dat ook meteen? Van zoveel mensen lukt het mij nooit.” Teagan neemt mij in zich op. Ik voel me rood worden en haal mijn schouders op terwijl ik met mijn vingers aan de draadjes van de armband zit te friemelen.
“We moeten naar die training.” Evyana zet haar glas weg. “En iets zegt me dat we beter niet te laat kunnen komen.”
“Dat is in ieder geval waar.” Ik zucht, maar moet toegeven dat ik best benieuwd wat die training in zal houden.
We lopen met zijn drieën de keuken uit.
“Jongens, we moeten gaan.” Teagan kijkt de kamer rond. De jongens zijn op de bank geploft en het enige andere meisje naast ons drieën hangt met haar benen over de rand van de zwartleren fauteuil.
“Nee.” Eigenlijk hoef ik niet eens te kijken wie het zegt.
“Kom op Luke.” Teagan kijkt geïrriteerd. Ik ben dus niet de enige die zich loopt te irriteren.
“Zie je nou wel. Jij kan ook namen na één keer al onthouden.” Evyana grijnst naar Teagan, die haar ogen omhoog draaid.
“Het is eerder het gedrag dat ik onthoud. Kom mee, Luke. Doe niet zo dwars.”
“Ik ga niet meewerken aan deze onzin. Ik wil hier niet zijn.” Hij slaat zijn armen over elkaar terwijl hij op de bank neerploft.
Ik onderdruk een zucht. Iets zegt me dat dit zware weken gaan worden. “Niemand wil hier zijn. Nu opstaan en meekomen, Luke.” Ik kan mijn irritatie niet verborgen houden.
“Nee, en niemand gaat.” Luke kijkt mij uitdagend aan.
“Ik ga wel,” zegt Evyana resoluut.
“En ik ook.” Teagan slaat haar armen over elkaar heen. “En anders vertrekken we zonder je. Die leuke gespierde en vooral gewapende gasten die hier rondlopen komen je vast vanzelf halen.” Teagan loopt naar de deur, gevolgd door Evyana. Ik zie een aantal twijfelen, maar dan komen Pascal, Alexander, Beau, Ramon en Savea in beweging. Ik ben eigenlijk verbaasd dat iedereen, op Luke na, zo makkelijk mee komt. Maar ik laat het maar niet merken.
“Aan jou de keus, Luke. Teagan heeft gelijk dat ze je komen halen als je zelf niet komt.” Ik kijk hem aan. Hij lijkt te twijfelen nu iedereen wegloopt en komt dan toch overeind. Ik kan een zucht van opluchting net onderdrukken. Ik had waarschijnlijk een woedende vader gehad als ik ze naar de eerste training al niet mee had gekregen.
“Je hebt dit keer geluk.” Hij loopt zo dicht langs mij heen dat zijn schouder tegen mij aankomt waardoor ik een stap naar achter moet zetten. “Je staat in mijn pad.” Ik zucht alleen, maar loop dan achter iedereen aan naar de trainingszaal.
In de trainingszaal zijn de andere teams al aanwezig. Ik ben nog bezig met mijn handen inwrijven met ontsmettingsmiddel terwijl ik rond kijk in de zaal. Er is een heel parcours uitgezet door de zaal. Mijn blik blijft hangen op wie er voor de groep staat. Hij ziet mij ook:
“Dat is net op tijd, mevrouw Maddelyn. U kent mijn regels: vijf minuten voor aanvang aanwezig.” In mijn ooghoek zie ik Luke grijnzen, maar dat negeer ik.
“Natuurlijk meneer Sutton. Het spijt me dat we zo laat zijn.” Ik leg een hand op Teagan haar arm als die wat wil zeggen en schud snel mijn hoofd. “Niet doen,” fluister ik en loop naar de anderen toe. Helaas ken ik Sutton al. Hoewel ik nooit naar een school ging, kreeg ik wel lessen. Lessen van mensen die alleen mijn vader goedkeurde. Sutton was er één van en ik hoop van harte dat de mensen hier een behoorlijke conditie en uithoudingsvermogen hebben.
“Voordat we onderbroken werden, wilde ik mij voor ga na stellen. Zoals mevrouw Maddelyn al zei, is mijn naam meneer Sutton. Ik zal twee keer daags met jullie aan de conditie werken. ’s Morgens vroeg om acht uur verwacht ik jullie buiten en ‘s avonds na het eten om 18:30 verwacht ik jullie hier in de zaal. Is dat duidelijk?”
Er word wat geknikt en gehumd. Ik ben, samen met een jongen die behoorlijk gespierd is, de enige die duidelijk ja meneer zegt.
“Laat ik meteen duidelijk zijn. Als ik een vraag stel wordt er geantwoord met ja of nee meneer. Begrijpt iedereen dat?”
Dit keer antwoord iedereen meteen met ja meneer. Iedereen behalve Luke. Ik blaas uit en probeer mijn frustratie in te houden omdat ik al weet hoe Sutton erop kan reageren als hij het door heeft. “Kom op Luke. Je moet weten wanneer je dwars kunt liggen en wanneer niet,” mompel ik naar Luke die achter mij staat.
“Meneer Luke, was het voor u ook duidelijk?”
En uiteraard heeft hij het door. Luke negeert de man echter. Ik zet snel twee stappen opzij als Sutton op Luke afloopt, net als iedereen doet. Sutton torent boven hem uit. Luke slikt.
“Op de grond en twintig keer opdrukken. Nu!”
Zonder enig protest doet Luke meteen wat Sutton wil terwijl de rest toe kijkt.
“Je kent deze beste man al?” Teagan komt naast me staan. Met haar ogen op het tafereel voor ons is ze aan het fluisteren.
“Helaas wel. En ik hoop dat iedereen een behoorlijk uithoudingsvermogen heeft.” Ook ik hou Sutton in de gaten. Hij is altijd scherp en heeft het snel door als iemand niet op let. Ook nu zie ik zijn ogen langs ons gaan.
“Hij lijkt me een… hoe zeg ik dat netjes?”
“Een generaal? Hij is gewend dat mensen direct luisteren naar bevelen en als zijn humeur slecht is of je luistert niet meteen, dan kan je doorgaan tot je er letterlijk bij neervalt.”
“Iets zegt me dat jouw conditie goed is.” Teagan grijnst.
“Niet goed genoeg om twee keer op een dag, zeven dagen in de week met hem te overleven.” Blijkbaar heeft ze door dat ik met hem trainde.
“Tien. Je bent nog niet klaar,” komt de stem van Sutton er tussen door.
“Dit worden zware weken.”
“En gelukkig zijn het er maar een paar.” Ik grijns even en kijk weer voor me. Luke zijn conditie is best goed als ik dit zo bekijk. Hij houdt het tempo vol. Mijn blik gaat even naar de zaal. De hindernisbaan is drie keer naast elkaar opgezet, wat me duidelijk maakt dat we in de teams tegen elkaar zullen moeten. Ik voel mijzelf verstijven als ik mijn vader bij de deur zie staan. Zo te zien staat hij daar al even want hij gebaart dat ik moet komen. Met een blik op Sutton, die kort knikt, loop ik naar hem toe, waarnaar we de kleedkamer erachter in gaan.
Ik onderdruk een kreun en voel een preek aankomen. “Wat kan ik voor u doen, vader?” Mijn gezicht hou ik neutraal en ook mijn toon probeer ik rustig te houden ondanks dat de spanning toeneemt.
“Zorg ervoor dat je je teamgenoten beter onder controle houdt, Maddelyn. Ik wil dit soort gedrag niet van jou en je team zien. Hou ze onder de duim.” Hij draagt zoals altijd hetzelfde pak en ik vraag me af of hem dat niet gaat vervelen. Mij wel en ik staar er vaak na.
“Ja vader.”
“Jij gaat je best doen hier. Ik wil niet dat je hetzelfde gaat doen als tijdens je lessen. Hier is geen plaats voor luiheid en ongehoorzaamheid. Ik zal er persoonlijk op toezien dat jij beter je best gaat doen hier.” Zijn ogen staan fel, haast dreigend. Als ik niet beter zou weten, zou ik bang zijn dat hij gaat slaan, maar inmiddels weet ik dat hij dat niet doet. De eerste periode dat hij zo deed na het overlijden van mijn mama was ik daar wel bang voor. Maar hij maakt zich te druk om dat dat misschien op zou vallen en hij in opspraak komt.
“Ja vader.” Ik kijk naar de deur en laat mijn ogen langs de kapstokken gaan en langs de bank. Er staat een tas en er hangt een rood vest, geen idee van wie.
“Je hebt me gehoord. Ik hoor het als je niet je best doet of je team niet onder controle hebt. Ga.” Ik loop snel terug de zaal in en ga weer bij Teagan staan terwijl ik mijn schouders losdraai om de spanning eruit te krijgen.
“Mooi. We zijn weer compleet.” Ik zie de meesten geïrriteerd naar mij en de deur waar ik net doorkwam kijken, maar ik richt me op Sutton en kijk stiekem naar Luke. Hij ziet er inmiddels aardig bezweet uit en iets zegt me dat het niet alleen opdrukken was wat hij moest doen. Het valt mij ook op dat hij zijn pet mist. “Zoals ik al zei ga ik nu eerst peilen hoe jullie conditie is, aan de hand van deze hindernisbaan. Ga met je team achter elkaar bij een baan staan en zorg dat iedereen binnen zes minuten aan de andere kant staat.”
Ik loop naar de derde baan, gevolgd door de rest.
“Dit heb je toevallig ook vaker gedaan?” Teagan staat achter mij.
“Niet echt. Wel onderdelen hiervan, maar ik had altijd één op één en gelukkig maar één keer in de week.”
“Je ging nooit gewoon naar school, of wel?”
“Als eerste gaan de teamleiders, zodra die het eerste onderdeel heeft gehad, gaat de volgende en zo door tot iedereen aan de andere kant is. Ik raad samenwerken aan. Eersten klaar staan.” Hij onderbreekt mijn antwoord op de opmerking van Teagan.
“Start.”
Nog voor ik echt klaar ben, moeten we al starten en klim ik de kast dat het eerste onderdeel is. Mijn blik gaat even opzij en ik zie de andere twee teamleiders ook al op de kast. Ik blaas uit als ik op de kast sta en spring dan naar de touwen waar we moeten slingeren naar de overkant. Wonder boven wonder weet ik te blijven staan aan de andere kant. Ik klim de bank op en moet over een evenwichtsbalk lopen. Geweldig. Ik stap er voorzichtig op. Zonder eraf te vallen weet ik de overkant te bereiken en ik kijk achterom naar Teagan die na mij komt. Ze lijkt wat te twijfelen bij de evenwichtsbalk.
“Je kan het.” Ik kijk haar even aan vanaf de andere kant. Ze knikt traag en loopt met langzame passen erover heen. Ze staat even later naast mij. “Ik haat evenwicht dingen.”
“Hier nog een.” Ik ren zigzaggend langs een rij pionnen en klim een rek op, waar ik aan de andere kant af kan glijden, wat nog best leuk is. Met een aanloopje spring ik op de springplank op een kast en aan de andere kant er weer af. Oh jippie. Dit word leuk. Het volgende onderdeel is een ladder dat in de lucht hangt en waar je aan moet hangen om aan de andere kant te komen.
“Zal ik maar eerst?” Teagan staat naast mij en daar achter verschijnt ook Alexander.
“Is dit een geval van heren gaan voor?” Alexander kijkt ons met een grijns aan.
“Als je het aanbied.” Teagan maakt een beweging met haar arm die aangeeft dat hij voor mag gaan. Lachend gaat hij voor en gaat al hangend van spijl naar spijl naar de andere kant. Teagan gaat dan ook erop staan en begint ook. Alexander komt er snel bij als hij de andere kant heeft gehaald en helpt haar. Ik begin er ook aan. Halverwege staat Alexander in een keer naast mij en helpt mij verder.
“Toch fijn te weten dat de presidentsdochter ook niet alles voor elkaar krijgt.” Alexander grijnst als ik weer met beide voeten op de grond sta.
“Ik ben gewoon een mens hoor.”
“Dat blijkt. Ga maar door. Ik help hier wel verder.”
“Dank je Alexander.”
“Opschieten. Ik verlies niet graag.” Hij knipoogt en ik zie dat Teagan inmiddels ook al verder is gegaan en dat Ramon halverwege de hangtrap is. Evyana lijkt met alle liefde ook Luke voor te laten. Ik ga ook weer verder. Via een gezellig paard waar ik overheen spring, beland ik bij Teagan die met een moeilijke blik kijkt naar een groot deken op de grond.
“Onderdoor. En probeer rechtdoor te gaan.” Ik heb dit al vaker gedaan. Ik zak naar de grond en ga op mijn buik onder de deken door aan de ander kant kom ik weer overeind en zie dat Teagan nu ook volgt, maar wat naar links af wijkt. "Teagan, stukje naar rechts. Stop! Rechtdoor maar weer.” Ze luistert naar de instructies en weet onder de deken weg te komen.
“Nog twee onderdelen.” Teagan heeft al verder gekeken. Een rij touwen met knopen onderin doet me beseffen daar we van touw naar touw naar de andere kant moeten. “Ik heb straks geen armen meer over.”
“Ze he.hebben gelukkig een he.le nacht om… Om bij te komen.”
Luke stormt ons in een keer bij ons voorbij en begint zonder iets te zeggen aan de touwen. Ik maak me klaar om achter hem aan te gaan als ik zie dat team 2 voor ligt. Hun hele team is zowat al voorbij de touwen.
“Twee minuten.” De stem van Sutton klinkt door de zaal en ik kijk achterom. Zowat iedereen is al hier. Snel en vooral zwierend weet ik de overkant te bereiken. Ik hoor gejuich en zie dat van het tweede team net de laatste over de kast op de dikke mat springt en dat het alleen nog gaat om ons team en team 1. Snel ren ik naar de kast, spring erop en spring dan op de dikke mat. Direct gevolgd door Teagan, Savea, Alexander, Evyana, Pascal, Beau en als laatste Ramon. Een Pascal en Beau geven elkaar een high five terwijl ik, en de meeste anderen, op adem proberen te komen.
“Goed werk iedereen. Team 2 was het snelst, team 3 kwam als tweede binnen en team 1 als laatste, maar binnen de tijd.” Sutton staat er in één keer weer. “Nu nog één keer de baan, opnieuw binnen zes minuten, maar dan vanaf deze kant. Het laatste team dat binnenkomt, moet dit alles opruimen. Iedereen klaar staan.”
“Man, mag ik ook op adem komen?” hoor ik achter me. Ik draai me om en zie Savea staan.
“Dan ga je als één van de laatsten, dan heb je nog even.” Ik loop weer naar de dikke mat om opnieuw als eerste te gaan. Mijn ademhaling heb ik weer aardig onder controle.
“Vergeet niet om samen te werken als een team.” Mijn ogen gaan even naar Sutton die goedkeurend knikt als iedereen klaar gaat staan. “Start.”
Terug blijkt een stuk lastiger. Ook ik worstel al snel en help de anderen.
“Ik hoef geen hulp.” Luke kijkt me vijandig aan. Hij en Savea zijn de laatsten.
“Dan niet.” Ik negeer hem verder en ga zelf onder het deken. Dit keer verdwaal ik onder dat ding.
“Stuk naar rechts.” Achter me hoor ik een stem instructie maken. “Nu weer rechtdoor. Je bent er zo.” Op dat moment kom ik er ook al onder weg. Een moment kijk ik achter me en zie Alexander even zwaaien, voor ook hij eronder duikt.
“De andere… kant op… was makkelijker.” Evyana staat uit te hijgen bij het paard. “En hoe moeten we in hemelsnaam over dit rot ding heen?”
“Geen idee.” Mompel ik en haal een pluk haar uit mijn gezicht terwijl mijn andere hand tegen mijn zij aandruk. Op dat moment komt Alexander er ook onder weg.
“Problemen?”
Evyana wijst alleen naar het paard en haalt een paar keer diep adem. Alexander kijkt er ook na, haalt dan zijn schouders op, loopt om het paard heen en trekt de springplank erom heen.
“Niemand heeft gezegd dat dit niet mocht.” Hij grijnst, neemt een aanloopje en springt erover heen. Evyana grinnikt en volgt dan ook. Daarna ik ook.
Uiteindelijk weten wij samen opnieuw als tweede met einde te bereiken.
“Alle teams waren buiten de tijd.” Sutton komt er weer bij staan. “Het is duidelijk dat er nog getraind moet worden. Het opruimen en schoonmaken wordt gedaan door het derde team, ze waren als tweede binnen maar hebben de route aangepast. Hetzelfde geld voor team 2, zij waren het laatste. Team 1 mag gaan.”
Ik kijk even naar Alexander die grijnzend zijn schouders ophaalt. “Hey, we hebben ons best gedaan.”
JE LEEST
De Exonen, deel 1
Ciencia FicciónWat als je naar een planeet word gestuurd waar al leven blijkt te zijn? De derde wereldoorlog is gaande en door de opwarming van de aarde zijn er steeds minder plekken bewoonbaar waardoor de duizenden mensen die nog leven, ontzettend dicht op elkaar...