• Week 1 - Inlevering ST IX

43 11 5
                                    

SylvieThoughts en Evita__M

Drie luide kloppen op de deur. Drie seconden lang stond mijn hartslag stil. Ik wist maar al te goed wat dat betekende.
'Wakker worden', riep een hese stem. Automatisch gleed er een huiverende rilling over mijn ruggengraat. Met gekraak ging ik overeind zitten in mijn bed. Nou ja, niet míj́n bed. Een bed.
Mijn bed stond namelijk in mijn huis, ver ver weg van deze plek. Een bed die ik al twee maanden niet had gezien, evenals mijn familie.
'Schiet op, meisje. Vandaag is een... speciale dag.' Zijn zin leek weg te sterven tegen de nauwe muren en zijn voetstappen verwijderden zich.
Langzaam moesten mijn ogen wennen aan het binnenkomende licht en zette ik een stap uit de koele, verstikkende ruimte. Er kwam niet veel licht binnen in dit gebouw en alle deuren zaten goed op slot. Hij zorgde ervoor dat ik niet kon ontsnappen.
Dat wij niet konden ontsnappen.

Samen met zes andere kinderen zaten wij hier vast, sommige al jaren, anderen nog maar net. Al die tijd snakte ik naar buitenlucht, naar goed voedsel en de affectie van mijn familie, maar die hoop... had ik opgegeven. Deze man was knettergek, maar had alles tot in de puntjes uitgewerkt. Tot op deze dag. Al die tijd had hij uitgekeken op deze dag. Hij had enkele subtiele hints laten vallen, maar niemand wist wat er gaande was.
Ik had nauwelijks contact met de andere kinderen, maar aan het geluid van de opengegooide deuren, was vandaag de dag dat we elkaar weer terug zouden zien.
Een onrustig, nerveus gevoel had zich in mijn lichaam gewerkt en een lichte scheut van misselijkheid deed mijn maag doen omdraaien. Ik was de tel kwijtgeraakt van alle keren dat ik kotsend boven het toilet stond. Mister Twister, hoe hij graag genoemd werd, hing dan vloekend boven mij en vertelde mij dat ik rechtstreeks naar bed moest, zonder eten.

Vele kilo's was ik afgevallen. Ik kon het merken aan mijn uitstekende ribben en de wallen onder mijn ogen, maar ik was er lang niet zo slecht aan toe als Cassy en Dean. Cassy had donkerbruin haar en diepgroene ogen. Zij was het allereerste slachtoffer van Mister Twister en zat hier al langer dan drie jaar. Dean was een jaar later meegenomen.
Een ongeduldig geluid ontwaakte mij uit mijn gedachte.
'Doorlopen', snauwde de man mij toe. Beduusd versnelde ik mijn pas, bang dat hij naar mij uit zou halen.
Ik was de laatste die aan kwam slenteren. Zes paar ogen richtten zich op mij. Cassy en Dean stonden beschermend naast Sem, die nog maar 8 jaar was. Het deed me zo'n verdriet om hem hier te zien, met tranen biggelend over zijn bolle, nog kleurrijke wangetjes. Hij was Twister's nieuwe aanwinst, drie weken terug.

Drie weken lang had ik Sem 's nachts horen wenen. Drie weken lang werd de deur van zijn kamer elke nacht weer opengegooid, waarbij het enige geluid dat zijn snikken doorbrak, kreten waren van boosheid en verdriet.
'Ik hoop dat jullie goed wakker zijn, want vandaag is de dag waar ik lange tijd naar toe heb gekeken', begon Twister, waardoor iedereen plots stil werd.
Zijn duistere blik viel op Sem, wiens kastanjebruine lokken warrig op zijn kleine hoofdje hingen. Zijn lichtblauwe ogen keken weg van de man.
'Dankzij deze prachtige aanwinst', zei Twister, wijzend naar Sem, 'zijn we eindelijk compleet.'
Iedereen was dood en doodstil.
Bang om die stilte te doorbreken, frutselde ik aan mijn versleten kleren en probeerde ik mijn ademhaling te reguleren, wat faalde. Twister's donkerbruine, bijna zwarte, ogen staarden in die van ons, één voor één.

'Vandaag, gaan we de ultieme Twister spelen. Speciaal voor jullie allemaal, een Twister XL.'
Hij zette een stap opzij, waardoor iedereen het grote witte laken kon zien met de kleuren geel, groen, rood en blauw. Verward vroeg ik me af wat het addertje onder het gras was.
'Maar', zei Twister, waardoor mijn vermoedens werden bewezen, 'dit is geen normaal potje Twister, maar daar zullen jullie zelf achter moeten komen.'
Hij hield zich even stil, waarna hij vervolgde. 'Het enige advies dat ik jullie geef: verlies niet.'
Deze laatste woorden hamerde bij me in, met een ruwe ondertoon van angst. Echter kregen wij geen tijd over zijn woorden na te denken, want we werden naar voren geduwd. Het speelveld op.
'Neem plaats, kies verstandig', sprak Twister glunderend. Plezier spoot af van zijn gezicht, waardoor ik de neiging kreeg om over te geven.

Aarzelend stapte ik op het kleed en nam ik plaats naast Laurence, een 16-jarige jongen met lange zwarte lokken, en Dean, die zoals altijd een plek innam in de buurt van Sem. De enige persoon die Sem leek te vertrouwen, was Dean. Ze waren broers voor elkaar.
Tegenover mij stonden Cassy en Maelin, met aan de zijkant Joshua.
'Ik ben bang, Rae', fluisterde Joshua tegen mij. Tranen waren opgeweld in zijn ogen en zachtjes raakte ik zijn hand aan.
'Ik ook', zei ik terug. Ik durfde niet veel te praten, bang voor wat Twister zou doen.

Meer tijd om elkaar te bemoedigen of ons te oriënteren, kregen we niet. Mister Twisters stem klonk akelig dichtbij toen hij zei: 'Nu kan het spel beginnen!'
Ik durfde me niet om te draaien, maar ik kon aan zijn stemgeluid horen dat hij achter de anderen langsliep. Toen zag ik vanuit mijn ooghoek zijn gestalte verschijnen.
Hij kuierde op zijn gemakje naar de overkant van het speelveld en ging achter een plastic tafeltje staan. Daar gaf hij een zet tegen de zwarte wijzer op het grote, rechtopstaande bord.
Die begon meteen te draaien. Duizelingwekkend snel.
Ik vreesde voor het moment dat de wijzer stil zou staan. Mijn spieren spanden zich al aan om, zodra de instructie volgde, meteen op het doek af te duiken.
"Linkerhand op rood!"

Ik gaf mezelf geen tijd om na te denken, maar ging volledig af op mijn instincten. Mijn ogen vonden een rood vak en ik boog me naar voren.
Op hetzelfde moment dat mijn hand de tegel raakte, hoorde ik een klik.
Het eerste wat ik dacht, was: komt dit door mij? En het tweede: wat is dit?
"Aaaah!"
Links van me. Vliegensvlug draaide ik mijn hoofd. Laurence. Als in een waas zag ik hem languit liggen, spartelend vechtend tegen een onzichtbare vijand. Nog eenmaal keek hij omhoog. Toen was hij stil. Voorgoed stil.
Daar stonden we. Verstard van de schrik keken we naar zijn dode lichaam. Niemand bewoog, geen van ons sprak een woord.
We waren niet langer met zijn zevenen. Nee, de eerste was al buitenspel. En de volgende zou hem snel opvolgen.
'Kom hem maar halen!'
Meteen keek ik op, terwijl ik mijn verbijstering voelde veranderen in diepe angst en smeulende haat.

Onze gijzelaar lachte luidkeels toen zijn hulpjes het lichaam weg brachten. Even had ik vol zicht op de pinnen in de grond en het dieprode bloed op het doek. Toen verdwenen alle met bloed gedrenkte vlakken door een luik in de grond en maakten plaats voor een schoon vlakkenveld. De pinnen zakten de grond in.
'Ach ach, die lieve jongen. Maar jullie boffen. Want hoe meer afvallers, hoe meer kans jij maakt op de winnaars prijs: eeuwige glorie. En wees eens eerlijk, wie wil dat nou niet?'
Vol afschuw keken we elkaar aan. Hoe kon de 'winnaar' ooit leven met de herinneringen aan wat er vandaag gebeurd was?
Wat nú aan de gang was. Ik hoorde de wijzer al suizen en wachtte op het moment dat ik eindelijk mijn gewicht wat kon verdelen. Mijn linkerarm begon steeds erger te trillen en zou het niet veel langer meer houden.
Eindelijk. De wijzer stond stil.
'Rechtervoet op blauw!'

Mijn voet stapte op de blauwe tegel. Opgelucht ging ik wat rechter staan.
Plotseling voelde ik een hand op mijn rug. Iemand probeerde zichzelf van de grond te houden door zich vast te klampen aan de dichtstbijzijnde persoon. En dat was ik.
'Rae toch!' riep Mister Twister. 'Je speelt het spel niet zo leuk, hoor. Zo komt het spel nooit klaar.'
Ik keek op, recht in zijn bruine ogen.
'Je hebt de keuze. Of je duwt de beste Sem van je af, óf jouw deelname houdt hier op en Sem blijft leven.'
Langzaam drong het tot mij door. Sem had de fout gemaakt zich aan mij vast te klampen en ons daardoor samen in de afgrond te storten.
Sem, een áchtjarig jongetje, was net als ik verstrikt geraakt in de netten van een psychopaat.
Hoe kon ik een onschuldig iemand vermoorden?

Iets zien gebeuren was wat anders dan er zelf verantwoordelijk voor te zijn. Hem vermoorden zou voelen als een misdaad.
Maar mezelf vermoorden trok me ook niet aan. Ik was niet degene die ervoor had gekozen Sem hulp te bieden. Hij had die zelf gepakt. Ook al was hij zich niet bewust van de gevolgen.
'Je tijd is om, Rae. Zwijgen is toestemmen. Jullie gaan er beiden aan.'
Ik wilde hem tegenhouden, wilde schreeuwen. Maar ik merkte dat er iets was dat me tegenhield: een voorwerp dat onder mij tevoorschijn kwam.
Het volgende moment hoorde ik Sem gillen. Het mes had zijn werk gedaan.
En zo eindigde ook míjn leven.

--
Wauwww!! Dit is zo origineel en zo gaaaaf! Super goed geschreven en ieuw wat een psychopaat. Stiekem hou ik er wel van hoe het hoofdpersoon dood gaat en niet als laatste overblijft. Dat is nog origineler en ja, echt awesome!

Boekenclub Dahlia Remix! (Gesloten)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu