Hoodstuk 1

63 14 1
                                    

De zon scheen vel in mijn gezicht, ik moest mijn ogen dichtknijpen als ik de helderblauwe lucht wilde bekijken. Op dit soort warme dagen vond ik het niet erg om langs de zee te leven. De zoute bries die over mijn wangen streek en de golven de speels door mijn haren gleden waren verkoelend genoeg. Het water was rustig vandaag, wat een grote verandering was vergeleken met een paar dagen geleden. En sinds mijn vader vandaag thuis zou komen hoopte ik ook voor het beste, maar ik had zijn zeilen nog niet gezien en vroeg me af of hij überhaupt nog zou komen. 


'Je hebt hem toch niet laten verdrinken hè?' Vroeg ik aan niemand in het bijzonder, misschien de zee of het weer. Ik wilde me net uit mijn drijvende positie halen toen een golf me onder duwde en ik kwam proestend boven. Wat blijkbaar de aandacht van mijn moeder had getrokken.


'Zit niet zo te spelen en help alsjeblieft even mee.' Ik hoestte nog steeds toen ik mezelf het water uit werkte, de golven duwde me langzaam naar voren terwijl ik zwom. 'Denk je dat het nog lang gaat duren?' Ik tuurde naar het rif voor ons en de diepe wateren die zich daar achter bevonden. Alles lag stil en alles was rustig, er was niets dat tot vertraging zou leiden. Mijn moeder volgde mijn blik terwijl ze de felle zon met haar hand afschermde. 


'Nee, Ik weet zeker dat hij er voor zonsondergang zal zijn.' En ze had gelijk gehad, ik kon de zeilen in de verte zien wapperen voordat de zon zich achter de zee begon te verschuilen en ik wist zeker dat hij het was. Er was een voelbare steek in mijn borst bij het aanzien van het schip. Muirgen heeft er altijd verpletterend uitgezien en misschien was ik stiekem een beetje verliefd op de schip. En een beetje jaloers op mijn vader. Hij vaarde de zeeën over terwijl ik aan de rand van de zee vast zat. Dichtbij genoeg om het te zien, maar te ver weg om het te voelen. 


Vergeleken met hem, was mijn leven maar een klein en saai bestaan. Ik wachtte hem op aan de rand van het water, waar de golven zachtjes langs mijn enkels streken. Het is maanden geleden sinds ik mijn vader voor het laatst had gezien, misschien zelfs meer dan een jaar. Als ik zou zeggen dat ik enthousiast was, was dat zacht uitgedrukt. Tuurlijk kon ik het goed met mijn moeder vinden, maar sinds het dichtste dorp een dag lopen was, was zij de enige met wie ik kon praten. Behalve als mijn vader thuiskwam en hij samen met zijn bemanning aan wal kwam. 


Zijn bemanning bestond voornamelijk uit mensen die geen familie meer hadden, het maakte niet uit of die waren overleden of dat ze door omstandigheden op straat waren gezet. De meeste hadden niets om naar terug te keren. En dus had mijn vader ze die plek gegeven. Als ze kwamen kon ik nachten lang naar verhalen en avonturen luisteren. Waardoor ik nog meer verlangde naar de open wateren. 


Stemmen galmde al door de baai en figuren op de schip werden langzaam zichtbaar. Sommige zwaaide overdreven, hoogstwaarschijnlijk met de hoop dat ik ze zag, ik zwaaide terug. Nu ze terugkwamen realiseerde ik hoe erg ik mijn familie had gemist. 


Ik had mijn moeder de hele dag geholpen, nou ja soort van. Op mijn eigen tempo. Tonnen met rum werden van het schip af gehaald en bekers en buiken werden gevuld. De lange, geïmproviseerde tafel stond vol met eten en verschillende mannen van verschillende leeftijden schoven aan. Sommige waren zelfs jonger dan ik was en hadden verhalen waar ik zeer geïnteresseerd in was. Zo was één op de vlucht voor de mensen die zijn stad in gedrongen waren en zijn familie als slaven heeft verkocht. Mijn vader vond hem toen hij zich verstopt en nam hem onder zijn vleugel. Het had nooit raar gevoeld om te bedenken dat mijn vader met zoveel andere jongeren moest delen. In plaats daarvan werd hij daardoor één van mijn grootste helden. En misschien wilde ik heel stiekem zijn zoals hij. Maar ik had ook andere verhalen gehoord. Sommigen beweerden dat hij opzoek was naar een plek die niet bestond, dat zijn lange jaren in de zee en onder de felle zon hem tot wanzin hadden gedreven. Maar ik zag hem niet vaak genoeg om daar een mening over te kunnen vormen. 

Verdrink meWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu