chapter 6. 🧚🏻‍♀️

3 1 0
                                    

Was dit een teken of gewoon geluk?

Ik ren weg dieper de bossen in. Ik adem zwaar, en ben bang. Blaadjes boven me bewegen door de wind en het is al donker. De wind word harder en het begint te regenen. Steeds harder en harder.
Een flits volgt en ik besef me dat ik in een bos ren. Als het nu in slaat dan ga ik er echt aan. Een donder volgt de flits en vlak daarna komt er weer een flits. Van achter voel ik iets scherps in mijn rug. Alles word zwart. De volgende ochtend word ik wakker in een zand vlakte. Ik kijk om me heen. Wat gebeurt er toch allemaal. Ik sta op en er zit iets scherps in mijn rug. Het zit aan de bovenkant van mijn rug en ik rijk met mijn arm uit naar het scherpe ding in mijn rug. Langzaam trek ik het eruit. Een traan van pijn glijd over mijn wang. Ik voel het warme bloed over mijn rug druppelen. Ik adem zwaar en ik loop langzaam over de zandvlakte. Na een aantal minuten lopen kom ik aan bij de bosrand. Ik adem diep en dwaal de bossen in. Ik kom aan bij een super schattig stuk water met een boom. Ik ga in de boom zitten en pak mijn boek. (Afbeelding boven aan.)

De nacht valt en het word langzaam kouder, ik loop door de bossen. Een vaag gevoel gaat door me heen, om mijn ruggengraat door mijn hele lijf. Ik zak op de grond. Alles word zwart. Ik word wakker bij het water. Als ik naar mezelf kijk in de weerspiegeling van het water, schrik ik. Mijn oog is wit. Ik schrik en deins achteruit.


Ik weet even niet wat ik moet doen dus ik staar voor me uit naar de konijntjes aan de overkant. Ik heb bloed nodig. Er is iets in me veranderd ik voel me anders. Een duister gevoel gaat door mijn lijf heen en ik krijg een koude rilling. Ik voel dat mijn tanden niet meer normaal zijn. Het zijn scherpe punt tanden geworden. Wat gebeurt er toch allemaal? Een raar gevoel blijft door me heen razen. Ik pak mijn zwaard. De mist om me heen word steeds dichter en het word steeds donkerder. Ik zie in de verte iets lopen. Vlees? Zodra ik dichterbij kom zie ik een bekend gezicht. 'Philip?' Zeg ik met een trillende stem. Het bekende gezicht draait zich naar me om. Het is vazig en ik zie niet wie het is. De bossen om me heen verdwijnen en ik loop door een zwart kubus, het mens nog steeds voor me. Ik zet wat stappen dichter naar de schaduw. Het vervaagd en as blijft over. Ik kijk naar het dunne laagje water onder me. Naar het as en ik staar voor me uit. Ik sluit mijn ogen en adem diep in en uit. Zodra ik mijn ogen open sta ik weer in het bos waar ik net was. Ik dwaal verder. Wat dwaallichten verlichten het bos, maar ik blijf het pad volgen.

Bijgewerkt op 20-10-2021
Gepubliceerd op 22-10-2021

lostWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu