Hoofdstuk 9

27 2 0
                                    

Tijdens de les zat ik naast Delph, "Ik heb steeds rare dromen" fluisterde ik naar hem. "Wat voor dromen dan?" vroeg Delph. "Nou, het gebeurt zeg maar alleen als ik in mijn bloemenencyclopedie lees.." fluister ik waarna ik wordt onderbroken door meneer Kaatsen. "Wat is er zo belangrijk om mijn les te verstoren?" vroeg hij boos. "Dat is privé" antwoord Delph. Ik zag Jasper een beetje jaloers kijken. "Privé gesprekken voer je maar in je eigen tijd" zei meneer Kaatsen boos. "Sorry" zei ik. 

Ik pakte een notitieboekje uit mijn tas en schreef 'Jij komt ook voor in die dromen'. Het boekje gaf ik door aan Delph, 'Spannend' schreef hij. Ik keek hem aan. "Sorry" fluisterde hij zo zacht dat ik het niet kon horen, maar alleen kon zien aan de beweging van zijn mond. 'Heb je tijd na school?' schreef ik op. Delph schreef 'Ja, ik kan wel'

We waren bij mij thuis en ik pakte de bloemenencyclopedie erbij. Ik ging naar de bladzijde van Delphinium en we begonnen te lezen, samen.

Ik en Delph keken in het water, aan de waterkant bloeiden prachtige bloemen die je daar normaal nooit ziet. "Delph?" Ik gilde, in het water lag het meisje van de fiets, dood. Ik keek naar het touw dat Delph in zijn handen had en barste in huilen uit.

"Waarom slaap je overdag steeds?" vroeg mijn moeder. "Waar is Delph?" vroeg ik. "Hij is een uur geleden vertrokken" antwoord ze.

OrchideeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu