9

153 20 0
                                    

Matthyas was zuchtend op zijn bed gaan zitten. 'Matt, ga maar even slapen' zei zijn moeder die hem thuis had gebracht uit het ziekenhuis. 'Ik ben niet moe mam' zei hij een beetje bot. 'Lieverd, we waren je gister bijna kwijt, een beetje extra rust op z'n minst kan geen kwaad' zei ze zacht terwijl ze met haar vinger over zijn wang aaide. Matthyas slikte zijn tranen weg. Hoe kon het nou weer dat op het moment dat hij zo gelukkig was, waarop hij zich het aller beste voelde, zijn lichaam hem in de steek liet? Waarom geloofde niemand hem als hij zei dat hij Milo had gezien, met hem had gesproken? En waarom had hij niks van zijn hartstilstand gemerkt? Het ene moment voelde hij zich geweldig, het andere moment werd hij wakker in het ziekenhuis.

Matthyas liet zich op bed vallen. Hij wilde het niet toegeven, maar hij voelde zich moe. Zijn moeder legde de dekens over hem heen en ging naast hem zitten. Ondanks dat Matthyas 30 was, voelde hij zich op dit moment weer klein. Zijn kleine zelf die ziek was, ziek en moe. En zijn moeder die naast hem zat en hem instopte. Zacht liet hij zijn tranen gaan. 'Mama, ik zag hem echt' zei hij zwakjes. Zijn moeder keek hem met medelijden aan terwijl ze met haar handen zacht door zijn haar over zijn voorhoofd. 'Je mist hem, en dat begrijp ik schat' zei ze terwijl ze zijn voorhoofd kuste. Matthyas knikte, maar hij wist dat dat niet waar was. Zijn moeder begreep hem niet. Zij had nog nooit iemand verloren van wie ze zoveel hield. Nog niet.

Dat waren de laatste gedachten voor Matthyas in slaap viel, hopend dat hij Milo misschien in zijn dromen zou tegen komen. Zijn moeder stond op van bed, en zag Matthyas zijn telefoon oplichten. 'Robbie van de Graaf' was degene die belde. Ze pakte de telefoon en liep de kamer uit, waarna ze opnam. 'Hoi Robbie, met de moeder van Matthyas' zei ze terwijl ze de trap afliep. Robbie zuchte bij de kalme stem. 'Is alles goed met hem?' Vroeg hij toch nog voor de zekerheid. 'Hij is nu weer thuis, en hij slaapt net' zei ze. 'Blijft u bij hem?' Vraagt hij dan. Ze zucht. 'Het zal wel moeten, ik wil hem niet alleen laten de komende tijd' zegt ze. 'Ik wil het af en toe wel overnemen, dan kunt u soms even naar huis' zegt hij. Hij hoopte zo erg dat ze in zou stemmen. Robbie had zoveel behoefte aan tijd doorbrengen met Matthyas, de jongen van wie hij met zijn hele hart hield. Het maakte hem niks uit als hij daarvoor zijn dag nacht ritme moest omgooien, of zijn werk moest afzeggen. Hij had alles over voor Matthyas. Tot zijn opluchting hoorde hij een goedkeurend geluid aan de andere kant van de lijn. 'Dat zou heel fijn zijn Robbie, lief dat je het aanbiedt'.

Nog diezelfde avond reed Robbie richting Ameide. Hij draaide de oprit op en zag het huis voor zich liggen. Het was rustig, kalm, heel anders dan de vorige keer dat hij hier kwam. Een kleine rilling liep over zijn rug toen hij daaraan terug dacht. De wind die toen waaide, de schaduwen over het huis, geen licht dat brandde, alsof het huis je al vertelde dat er iets vreselijks was gebeurd.

Robbie belde aan, en niet veel later werd de deur zachtjes open gemaakt. Hij keek recht in de ogen van Matthyas zijn moeder. Een zachte glimlach kwam op haar gezicht zodra ze opkeek naar hem. 'Fijn dat je kon komen' zegt ze als ze de deur verder opent. Robbie stapt naar binnen. 'Geen probleem' zegt hij terwijl hij zijn jas uit trekt. 'Matthyas moet veel rusten, dus hij zal niet veel kunnen praten, en hij mag eigenlijk ook niet van bed' legt de vrouw uit als ze voor Robbie uit loopt naar de woonkamer. Robbie knikt. 'Hij heeft een hartslag band om voor de zekerheid en er ligt een AED op zijn kamer, mocht het nog eens fout gaan, ze verwachten van niet, maar zekere voor het onzekere. Zodra er iets ongewoons met zijn hart gebeurd gaat er een melding naar het ziekenhuis, en komt er iemand hier om hem te controleren'.

Robbie probeert alle informatie zo goed mogelijk op te slaan, maar het komt er op neer dat hij Matthyas gewoon goed in de gaten moet houden. Hij voelt zich er toch wel wat onzeker over, ondanks dat zijn moeder net heeft uitgelegd dat het alleen voorzorgsmaatregelen zijn, en dat het onwaarschijnlijk is dat het nog eens zal gebeuren. Robbie is bang. Bang dat ze het bij hem fout zullen hebben. Bang dat het allemaal toch iets dieper ligt dan de pure wetenschap van de dokters. Robbie is bang voor iets dat boven hem ligt. Of eigenlijk onder, als je denkt aan de plek waar Milo's lichaam nu is.

Heaven and Back Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu