It's all in my head, it's all in my mind

402 19 2
                                    

Ik ga geen Tw's meer doen na deze, omdat het delen van t boek minder spannend kan maken, mocht je dus niet tegen automutilatie, overgeven, zelfmoordgedachtes etc kunnen, stop dan nu met het lezen van dit boek, voor je eigen bestwil<3

POV Matthy:

Ik heb absoluut geen idee hoelaat het is, maar ik voel me zo onwijs alleen. Voor mijn gevoel is Milo al weken weg, terwijl het in werkelijkheid maar drie dagen geweest is. In die drie dagen en nachten ben ik mijn bed niet uit geweest, behalve wanneer ik echt bizar nodig naar de wc moest, wat maar één keer is gebeurd. Ik heb niet gedronken, geen druppel water of vocht heeft mijn lichaam betreden en ook voedsel heb ik niet tot me genomen de afgelopen paar dagen.

Ik zou het redden, dat is wat ik mezelf vertelde. Ik zou het redden zonder Milo, dat is wat ik hem beloofde. Maar ik denk niet dat ik die belofte waar kan maken. Ik voel me verschrikkelijk, ik heb al dagen niet gegeten,  niet gedronken en niet echt geleefd. Ik voel dat ik aan mijn einde kom op deze manier, maar gek genoeg verzet ik me er niet tegen.

Ik heb me niet gesneden, ik heb me niet gebrand, ik heb zelfs geen drugs gebruikt. Niet omdat ik die dingen allemaal niet wou, maar puur omdat ik de energie niet had. Puur omdat ik de mogelijkheid niet zag om de spullen ervoor te pakken. Alleen opstaan lijkt al een onmogelijke opgave.

Het feit dat ik dan de deken op moet tillen, mezelf overeind moet zetten, mijn benen over de rand moet laten bungelen, mezelf moet laten opstaan om vervolgens nog te moeten lopen naar waar de spullen liggen die ik nodig heb, dat is veel te veel. Het klinkt als zo iets kleins, maar ik kan het niet, niet meer. Misschien ooit nog, misschien nooit meer. Ik wil niet afhankelijk zijn van Milo, maar toch ben ik het, en ik kan er niks aan doen.

Of ik blijf leven hangt af van Milo. Hij heeft me nog een aantal keer berichtjes gestuurd en gevraagd of het goed ging. Hij heeft me gebeld, waarna ik opnam en deed alsof ik actief bezig was met dingen, terwijl de telefoon oppakken in feiten het enige was wat ik deed, hetgeen wat me al teveel energie kostte. Ik wilde doen alsof het oke ging, zodat hij kon doen waar hij zo van geniet. Zodat hij content kan maken, zodat hij kan genieten van het leven.

Ik wil dat geluk niet van hem afpakken, niet nu hij het zelf zo hard nodig heeft om gelukkig te zijn. Soms geeft zijn geluk mij net genoeg dopamine om de dag te overleven. Best gek om te zeggen dat hij mijn dopamine is, dat ik zonder hem niet meer ik ben. Dat ik zonder hem niet meer leef.

Continu voel ik mezelf wegslippen. Ik voel dat ik geen grip meer heb op wat ik wel of niet wil. Ik heb er geen keuze meer in. Dus ik laat me meennemen met wat het zwarte gat me te bieden heeft. Niet wetende of ik ooit nog het licht zal zien.

Oh Milo, als je eens zou weten hoeveel het me spijt.

POV Milo:  

Matt reageert raar op mijn berichten, en ook als ik hem bel praat hij op een andere manier. Ik vertrouw het niet. Het ging niet geweldig met hem de laatste paar dagen, dat weet ik, maar hij at en dronk nog wel, hij probeerde de dagelijkse dingen te doen. En ik heb een sterk onderbuik gevoel dat het nu niet meer zo is. Iets in mij roept sinds gisteravond al dat ik de eerste vlucht terug moest boeken, omdat het mis was.

Dus ik zit nu in de auto terug naar Matt z'n huis. Ik hb de jongens uitgelegd wat voor gevoel ik had en ze begrepen me volledig, ze waren het ermee eens dat ik eerder terug moest. Zij moesten echter wel blijven om de video af te maken.

Matthy reageert al sinds een aantal uur niet meer op mijn meldingen, en ik ben onwijs bang dat ik te laat ben. Met 200 kilometer per uur rijd ik over de snelwegen, in de hoop eerder thuis te komen. Mijn hart gaat tekeer, en ik weet dat dit een kwestie is van leven of dood. Je zou kunnen zeggen dat hij gewoon slaapt, maar ik ken hem, ik weet hoe hij doet, hoe hij is, hoe hij praat en zoals hij de afgelopen dagen was, dat is niet Matthyas meer.

Ik race de straat in en spring mijn auto uit, niet eens denkend aan het feit dat hij niet op slot zit. Al rennend graai ik mijn sleutels uit mijn zak, ik duw de sleutels in het slot wat een paar seconden duurt en vervolgens draai ik hem open. Vliegensvlug ren ik de trap op en storm ik zijn kamer binnen. "Matt" Zeg ik eerst zachtjes. "Ey Matt" Zeg ik vervolgens wat harder. Ik zie geen beweging dus loop naar de kant waar hij ligt. Hij ligt onder de dekens die ik optil om hem te kunnen zien.

Pure shock is wat ik voel wanneer ik zie hoe hij erbij ligt. Grauwe lippen, donkere wallen, een grijzige gloed over hem heen. Meteen voel ik of hij nog een hartslag heeft. Opgelucht haal ik adem wanneer ik een klopje voel, meer dan een klopje is het dan ook niet. Zijn hartslag gaat hooguit 30 slagen per minuut, en ik weet dat ik meteen moet handelen voor het klaar is. Meteen bel ik de alarmcentrale en heb ik een paniekerig gesprek met een van de assistenten.

Na drie minuten hoor ik de sirenes en hang ik op. Tranen lopen over mijn wangen terwijl de ambulanciers Matthy soepel op de brancard leggen en hem aansluiten op apparaten terwijl ze hem meenemen. Gehaast ren ik erachteraan en gris ik mijn sleutels mee. Ik ren achter de ambulanciers aan en trek daarbij nog snel de voordeur dicht waarna ik de ambulance inspring. Vrijwel meteen rijden we weg.

In de rit naar het ziekenhuis kan ik alleen maar denken aan hoe dom dit van me was. Hoe heb ik het niet eerder doorgehad? Hoe zag ik niet dat hij niet meer zo gelukkig was als twee maanden terug? Hoe had ik niet door dat Matthyas niet meer Matthyas was?

De pure pijn die door me heen ging toen ik hem daar zag. Mijn allerliefste, beste vriend. Mijn steun en toeverlaat, mijn rots in de branding. Mijn zon, mijn maan, mijn sterren. Mijn alles, stervende.

Oh Matt, alsjeblieft, overleef het.

HoopvolWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu