C. 24

2K 101 0
                                    

Ik lag met mijn hoofd op Nathan's borst en tekende figuurtjes op zijn buik met mijn vinger.

Shit. Dacht ik.
Nu is het officieel. Dacht ik.
Ik maak het mezelf ook niet erg makkelijk. Dacht ik.

Ik tilde mijn hoofd op en keek naar Nathan. Hij keek al naar me voordat ik naar hem keek.

"Wat nu?" Vroeg ik.

"Wat.., nu..," herhaalde hij me en hij likte zijn lippen.

"Dit was niet slim, weet je." Mompelde ik.

Nathan rees zijn wenkbrauwen. "Waarom niet?"

Ik zuchtte en liet mijn hoofd weer op zijn borst vallen. "Nou, zondag moet ik weg en dan word alles ingewikkeld."

"Ik vind het niet erg om ingewikkeld te doen met jou."

"Stop daarmee." Mompelde ik.

"Serieus, ik wíl met je zijn."

Ik zuchtte, rolde me van hem af en ging op mijn rug naar het plafond zitten te kijken denkend aan hoe erg ik dit verkloot had.

Ik vond Nathan leuk, heel erg leuk, leuk-leuk, maar ik wilde niet weer zo gehecht aan hem raken om hem daarna weer kwijt te raken. Ik wilde niet weer mijn hart breken. Ik wilde niet weer weken, maanden lang elke dag aan hem denken. Ik wilde dat dingen goed gingen, normaal, en dat ging niet als ik een vriendje had die 5 uur rijden van me vandaan woonde.

Ik haalde beide handen door mijn haar en zuchtte, vervolgens stond ik op en kleedde ik me aan.

"Wat ga je doen?" Vroeg Nathan.

Ik trok mijn shirt over mijn hoofd.

"Je gaat niet naar huis, toch?"

Ik draaide me naar hem toe en keek naar hem.

Hoe kon ik ooit boos op hem zijn.
Hoe kon ik ooit aan hem twijfelen.
Hoe kon ik hem ooit afwijzen.
Niet. Inderdaad.

"Ik-ehm, nee," mompelde ik en snel liep ik de trap af naar beneden.

Ik liet me langzaam op de bank zakken en steunde mijn hoofd in mijn handen. Ik hoorde Nathan van de trap lopen.

"Addison,"

Ik keek op. Hij droeg geen shirt en zijn broek hing laag over zijn heupen.
Help.
Ik wil hem zoenen. Weer.

Net toen hij iets wilde zeggen ging de telefoon. De telefoon, die in Nathan's 'werkhoekje' lag, ging verbazend vaak af, maar hij had het sinds ik er was nog geen een keer opgenomen.

"Je moet opnemen." Zei ik. Dan hoefde ik tenminste niet te praten.

Nathan zuchtte, knikte, en liep weg. Ik luisterde niet naar het gesprek en staarde naar mijn knieën.

"Sorry, werk." Mompelde Nathan toen hij terugliep. Ik zweeg.

"Ben je boos?" Vroeg hij.

"Nee."

"Verdrietig?"

"Nee."

"Gefrustreerd?"

Half.

"Nee."

Nathan zuchtte en kwam naast me zitten.

"Een van de moeilijkere dingen in het leven is de emoties van Addison May Willow begrijpen."

Ik glimlachte.

"Ik weet niet wanneer ik het zal begrijpen, maar een dag zal ik het doen."

Ik keek naar hem, zweeg, zuchtte, keek weg.

"Wil je praten?"

Ik schudde mijn hoofd.

"Het is grappig dat je werk doet waarbij mensen open moeten zijn voor je, maar jij totaal niet open bent."

Ik keek weer naar hem. "Wauw, wat een compliment."

"Oh, zo bedoelde ik het niet."

"Weet ik."

"Maar-,"

"Shh," onderbrak ik hem.

Nathan zweeg.
Ik zweeg.

"Wil je mee naar de supermarkt?" Vroeg Nathan toen.

Thank god dat hij van onderwerp veranderde.

"Supermarkt?"

"Mijn koelkast is leeg. Ik vergeet altijd alles met de boodschappen, dus misschien kun je me helpen." Hij grijnsde.

Zeg nee zodat hij weggaat en je kan nadenken.
Ga naar huis.
Stop de hele vriend/vriendje-relatie.

"Oké," zei ik.

Toen gingen we boodschappen doen, en besefte ik hoe blij hij me eigenlijk wel niet kon maken. Ik besefte hoe goed hij was en hoe hard hij het probeerde. Ik moest het ook proberen. Dat ging ik ook doen.

Vote, Comment & Follow.

Alive (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu