hoofdstuk 16

121 6 3
                                    

POV JUVIA

Ik was mijn spullen aan het pakken voor de reis. We weten niet waar we naar toe gaan, maar anders komen we er nooit achter.

Ik liep mijn kamer uit naar het café. Daar had ik met de andere afgesproken. Iedereen was er al. We liepen de trap op en verlieten de rebellen. We stonden nu buiten de stad.

"Welke kant gaan we op?" Vroeg Gray. Hij keek ons een voor een vragend aan. "Jullie weten niet welke kant we op moeten, hè?" We knikten en Gray zuchte.

"Ik kijk wel wat het boek zegt." Zei ik. Ik pakte het boek en iedereen keek me verwachtingsvol aan. Ik deed het boek open. Over de hele pagina stond er een pijl die na voren toe wees. "We moeten rechtdoor."

We begonnen rechtdoor te lopen. Na een uur besloten we te stoppen bij een boom.

"Weet je zeker dat we de juiste kant op gaan?" Vroeg Ace.

"Ik begin er ook steeds meer aan te twijfelen." Zei ik en Wendy begon te hyperventileren.

"Wat moeten we nu doen?! Waar zijn we? Wat als onze watervoorraad opraakt en we nergens water vinden? Dan drogen we uit en niemand weet waar we zijn om ons te rennen! Ah! Ik word gek!" Wendy liet zich op haar rug vallen om zichzelf te kalmeren.

"Hoe heb jij je hele leven in het bos overleefd met een draak als je nu al gek word!?" Schreeuwde Gray. Siri sloeg hem tegen de achterkant van zijn hoofd, terwijl Ace Wendy probeerde te kalmeren. Ik keek naar het toneelstuk te bedenken wat voor rare vrienden ik heb.

"Hey!" Iedereen stopte waar ze me bezig waren om te kijken waar de stem vandaan kwam. Ik draaide me om. Er kwam een jongen van Siri ' s leefdtijd aanrennen. Hij had bruin haar, groene ogen en een beetje getinte huid. (Zie afbeelding).

"Jullie zijn rebellen, toch?" Zei de jongen terwijl hij naar adem hapte.

"Ligt eraan wie je bent." Zei Siri terwijl ze haar armen over elkaar sloeg.

"Ik ben Cecil Flores, prins van Fiore."

Ik verstijfde. Prins.Van.Fiore. De man met wie ik moest trouwen. Ik hoop maar dat hij me niet herkent.

"Wat doet de Prins van de Fiore hier?" Vroeg Siri.

"Eerst wil ik antwoord op mijn vraag."

"Ja, wij zijn rebellen. Nu jij."

"Ik ben hier om te ontsnappen aan mijn huwelijk."

"Waarom zou je het dat doen?" Vroeg Wendy.

"Ik was uitgehuwelijkt aan de prinses van Aqua."

Gray keek mijn kant op en ik schudde mijn hoofd. Hij knikte en keek weer naar Cecil.

"Mijn vader zei dat ik een held voor Aqua zou zijn als ik haar 'red'. Ze zeggen allemaal wel dat ze vermist is, maar ik geloof dat niet. Ze zit gewoon in het paleis alles te krijgen wat ze maar wil. Dat jullie denken dat ze anders is dan haar vader. Ze is gewoon precies hetzelfde!"

Ik liep naar voren en gaf hem een klap in zijn gezicht.

"Waar was dat voor!" Zei Cecil.

"Laat me me eerst maar eens voorstellen." Zei ik met een boze stem terwijl de tranen over mijn wangen rolden.

"Ik ben Juvia Aigua. De 'verwende' prinses. Mijn moeder is voor mijn ogen vermoord, waardoor mijn vader me heeft opgesloten in het paleis. Ik zou zijn vermoord door hem als zijn rechterhand er geen stokje ervoor had gestoken. Mijn beste vriendin is voor mijn ogen neergestoken en ik weet of ze nu nog leeft. Ik moest vluchten voor een aanval op het paleis en mij. Noem je dat verwend!?"

Voor hij nog kon antwoorden, draaide ik me om en rende weg. Na een halfuur liet ik me op de grond vallen en begon te huilen.

"Kijk eens wie we daar hebben." Zei een mannelijke stem achter me. Ik wilde mijn wapens pakken, maar ik heb ze bij die #@$!#@ prins laten liggen.

"Ik denk dat dit onze geluksdag is." Zei een andere man. Ik voelde hoe ik van achter werd gegrepen en toen werd alles zwart.

-----------------------------------------------------------???: ik kom er eindelijk in voor!

Siri: jij bent dus Cecil.

Cecil: inderdaad

Gray: waar is Juvia

Wendy: ???

Ace: ???

Cecil: ???

Siri: idk

Iris: but I do


The Lost PrincessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu