Change

3. school

Tijdsprong twee dagen.

POV. Vanessa

Als ik wakker wordt gemaakt, word ik meestal erg boos maar vandaag is het anders. Ik heb erg veel zin in school dus ik heb vandaag geen ochtendbui. Snel pak ik de kleren die ik alvast had neergelegd zodat ik niet te laat zou komen. Het was best moeilijk om iets uit te zoeken om niet als een bitch of een arrogant, hebberig kind over te komen. Doordat op mijn oude school iedereen een bitch was wist ik gewoon wat ik moet aandoen. Als ik de kleding aanheb kijk ik in de spiegel. Zelf ben ik er nog niet zo trots op maar ik ga nu niks meer veranderen. Dan ga ik aan mijn make-up tafeltje zitten, eigenlijk is het niet echt een make-up tafeltje maar mijn bureau, vroeger had ik er wel een maar die kan ik moeilijk in een koffer stoppen. Als ik mijn make-up af heb is het alweer 8 minuten later. Aangezien ik er meestal een kwartier over doe ging het snel en ik vind het zelfs goed ook. Snel krul ik mijn haar nog en zet het in model. Dan zoek ik mijn handtas die ik gisteren ergens onder mijn bed heb gestopt. Als ik hem heb check ik nog even of ik alles heb en loop dan naar de woonkamer. Op het tafeltje voor de tv staat nu een bord met een broodje. Ik neem aan dat die voor mij is bedoeld en neem het bord mee naar mijn kamer. Als ik het op heb gaat de bel. Ik ren naar de keuken en doe een appel in mijn tas en een flesje water. Dan doe ik de deur open en zie dat Tim op de fiets zit. "Nee" zeg ik. Tim kijkt me vragend aan. "Mijn fiets zit nog bij mijn vader" zeg ik. "Nou je kan achterop of uhm ik dacht dat je moeder nog wel een fiets gekocht had" zegt hij. Even denk ik na maar denk toch dat het beter is om achterop te gaan. "Kan ik achterop?" beslis ik dan. Hij knikt. "Spring maar" zegt hij. Ik spring achterop en we gaan naar school.

Als we op school zijn aangekomen kijk ik naar de leerlingen, zo had ik ze niet verwacht. Ik zie dat sommige meiden ook wel kleren aandoen die ik op mijn oude school ook zou aandoen. Ik negeer het en dan fietst Tim door naar een kelder. "Wat doe je?" vraag ik aan hem. "Nou we gaan naar de fietsenkelder" krijg ik terug. Ik vind het erg raar dat er een fietsenkelder is maar ik hou mij mond dicht.

Ik sta aan de balie in de grote hal. Ik weet niet wat ik moet doen maar ben wel blij met Tim aan mijn zijde. Als de balievrouw verteld waar ik heen moet, moet Tim naar zijn eigen klas. Nu ben ik alleen, ik weet niet eens waar welk lokaal is. Aan allerlei leerlingen vraag ik de weg maar ze houden me allemaal voor de gek. Totdat ik bij een meisje aankom. "He, weet je misschien waar lokaal 618 ligt?" vraag ik. Het meisje knikt. "Toevallig moet ik daar ook geen" zegt ze en ze begint wat sneller te lopen. Ik volg haar, als we bij het lokaal aangekomen zijn, is de leraar er nog niet. De leerlingen staan voor het lokaal te wachten. "Hi" zeg ik tegen ze. Niemand reageert. "Wat een asociale klas" mompel ik. "Ze zijn wel oké" zegt het meisje die me geholpen had, die dat dus had gehoord. "Aha" is het enige wat ik zeg. "Oh ja, ik heet Vanessa je kan me ook Vaness noemen maar is maar één letter verschil" zeg ik met een zwak glimlachje. "Oh ja en ik heet Isabel" zegt ze terug. Dan komt de leraar en als hij mij ziet geeft hij mij meteen een hand. "Hallo mevrouw Drew" zegt hij en doet de deur open.

Als ik naast Isabel zit zie ik dat er een ander meisje naar me staart en meteen naar de leraar loopt. Ik hoor alles doordat we ergens vooraan zitten. "Meneer, dat meisje hoort hier niet en zeker niet op mijn plek" zegt ze. Ik voel me rood trekken en sta op. "Sorry" zeg ik en pak mijn spullen. Dan zie ik dat er achteraan niemand zit en neem daar plaats. "Oké leerlingen, jullie hebben vast een nieuw gezicht in de klas gezien nou die gaat zich nu voorstellen" zegt de leraar dan. Ik kijk de klas rond en sta dan maar op. Ik loop naar voren en begin.

"Mijn naam is Vanessa Drew en ik ben naar deze school gegaan omdat ik bij mijn moeder ga wonen en uh.. ik heb geen broertje of zusje en woonde vroeger in Gester" zeg ik en ben stil als iedereen me met open mond aankijkt. "Meneer Verhuisen, Gester dat is toch die wijk met allemaal miljonairs?" hoor ik iemand in de klas vragen en begrijp alles meteen. De leraar knikt. "Iemand nog vragen aan Vanessa?" vraagt meneer Verhuisen dan. Een paar kinderen steken hun vingers op. De leraar wijst ze één voor één aan. Ze vragen allemaal iets over de wijk Gester. Zuchtend beantwoord ik mijn vragen.