Hoofdstuk 2

74 6 6
                                    

Zoals gewoonlijkst zat ik op kantoor. Geklop op de deur deed me opkijken. "Binnen." Chaib kwam binnengelopen. "Hoe vaak moet ik nog zeggen dat je niet moet kloppen en gewoon binnen moet komen. "Dat is wel zo netjes Yumn." Ik rolde met mijn ogen. Ik stond op en gaf hem gauw een knuffel. "Je hebt het druk."zei hij kijkend naar mijn bureau waar een boel werk op zat. "Moet ik je helpen?" "Graag daar zeg ik geen nee tegen." Chaib nam plaats aan een andere bureau wat in haar kantoor zat. Er staan 2 bureaus. Eentje voor haarzelf en één voor haar broers als ze haar af en toe komen helpen. Zelf hebben zij het ook druk. Ze hebben samen een eigen restaurant uit de grond gestampt wat ook veel van hun vraagt.

"Kom we hebben genoeg gewerkt voor nu laten we pauze houden."zei Chaib en hij trok me mee. Ik pakte gauw me jas en tas en liep samen met hem naar een eethuis om de hoek. We bestelde wat en zochten een plekje om te zitten.

Tijdens het eten keek ik om mij heen. Iets zat mij niet lekker. "Chaib zullen we gaan?" "Je hebt haast niks op, eet eerst." "Ik heb geen trek meer." Ik stond op van mij stoel. Een harde knal deed iedereen opschrikken. Geschrokken keek ik om mij heen tot ik iemand achter mij voelde. De koude ijzer van de pistool tegen mijn slaap aanvoelend. "Laat haar los!"schreeuwde Chaib die ook vastgehouden werd. Ik liet geen enkele emotie zien. Ze waren met z'n drieën. Dat had ik al opgemerkt. Denk Yumn, denk! Hoe moet ik hier uit zonder dat er wat met mijn broer gebeurd. Ik liet mezelf zachtjes vallen. Ik deed alsof ik flauwgevallen was. "Wat doet ze?!"hoorde ik iemand schreeuwen. Ik voelde de man die mij eerder vast had dichter bij komen. "Ze ademt nog. We moeten nu weg." Net voordat hij weer met zijn gezicht naar boven ging gaf ik hem een harde vuist in het gezicht. Hij kreunde het uit van de pijn. Snel stond ik op en pakte het pistool wat op de grond viel. In 1 schot schoot ik op de andere man in het zwart in zijn schouder. Hij viel met zijn hoofd tegen grond. Bewusteloos. Nice. En gelijk richtte ik mijn aandacht op wie mij broer vast had. "Laat hem los."zei ik kil. Hij lachte. "Yumn toch, denk je nou echt dat je er zo mee weg komt." Uit het niet zag ik Mathali achter de man verschijnen, met een glazen fles in zijn hand. Gauw richtte ik mijn ogen weer op de man. In 1 beweging sloeg hij de fles kapot op zijn hoofd en ook hij viel neer. Ik gooide de pistool die ik vast had weg en omhelsde mijn broer. Op dat moment kwam de politie binnen.

De mannen werden meegenomen. Chaib, Mathali en ik moesten mee naar het politie bureau voor verhoor.

Laat in de avond waren we op weg naar huis. We zaten in de auto van Mathali. "Wie waren dat en wat moesten ze van ons?! En sinds wanneer Yumn kan jij schieten?! "Ik weet niet wie dat waren"loog ik. Mathali keek me aan via zijn spiegel. Onze blikken raakte mekaar. Zonder emotie keek in hem aan. "Je hebt geen antwoord gegeven op mij andere vraag Yumn."hoorde ik boos. "Ik deed gewoon wat."loog ik weer. Een zucht verliet Chaib's mond. Er ging maar één ding door mijn hoofd. De strijd is begonnen.

Remember meWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu