hoofdstuk 9

21 5 5
                                    

Ik loop al een tijdje. De rivier is kalm en ik kijk om me heen. Na een tijdje zie ik iets in het water drijven. Is dat een tent? Ik loop dichterbij en zie het. Het is onze tent. Waar is de open plek? Loop ik wel de goede kant op? Ik weet het niet meer. Ik loop naar de boom en ga er tegenaan zitten. Wat heeft het nog voor zin. Mijn hele leven is geruïneerd. Allemaal omdat ik het wilde. Alles is mijn schuld. Het idee om te gaan survivallen was het slechte idee ooit. Waarom kan ik de tijd niet terugspoelen? Dat het nooit gebeurd is? Ik geef niet op.
Ik moet mijn vader vinden.
Het moet!
Ik hou van hem en ik wil hem niet kwijt zijn.
Ik wil het niet. Ik ben zo moe. Ik. Waarom draait alles opeens om mij? Ik ben een egoïst. Ik moet dit niet, ik moet dat niet. Waarom? Ik was eerst zelfverzekerd, maar nu? Een bang, wanhopig, zwak, meisje. Ik kan niks. Niet eens op mijn vader letten. Ik sta op en schuur met mijn arm langs de boom. Mijn arm bloed als een gek. Ik loop naar de rivier en probeer het schoon te wassen. Maar het blijft bloeden. Ik raak veel bloed kwijt en het word langzaam waziger. Ik val om in de rivier en dan is alles zwart. -
Ik word wakker aan een soort van strandje. Geen idee waar. Mijn arm is gestopt met bloeden, maar ik nog steeds flink open. Ik voel mijn arm niet meer. Ik scheur een stukje van mijn mouw af en bind het om de wond. Ik lijk wel een wild bos meisje. Ik loop in natte, vieze kleren, mijn haar is pluizig en zitten heel veel klitten in, mijn huid voelt ruw en is vies nog steeds. Ik ben een bos meisje. Een meisje dat in de wildernis leeft en overleeft. Net als in films. Helaas overleeft dit meisje het niet. Deze echte film heeft geen goed einde. Deze film heet "het echte leven". Mijn leven. Dat zal het blijven.

Autumn Blood ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu