Hoofdstuk 6

243 14 0
                                    

Imad:

Met tegenzin stak ik de sleutel in het slot en opende de deur. Ik liep naar binnen en hing mijn jas op, voor ik me realiseerde dat ik nog niets gegeten had. In de keuken zocht ik naar de altijd aanwezige pannen of in de magnetron naar het bordje dat ze altijd voor mij apart hield, maar er was niks. Geïrriteerd opende ik hardhandig de koelkast en ontdekte een briefje op het aanrecht.

Ik ben naar mijn ouders toe. Zaterdag krijgen we jouw ouders en familie op bezoek, misschien kan je dan vrij houden. Nour.

Lekker dan. Ik bestuurde haar sierlijke handschrift. Er sprak zelfs afstand uit haar manier van schrijven. Zou ze er dan eindelijk toch klaar mee zijn? Ik schudde de gedachte uit mijn hoofd en smeet een pizza in de magnetron.
Snel nam ik een douche en liep in mijn boxer naar de woonkamer waar ik mijn pizza nuttigde met een fles cola. Er was niets op televisie te zien en ik zapte doelloos heen en weer tussen zenders. Het was onderhand al tegen tienen en normaal was Nour dan allang thuis of liet ze in ieder geval wat van zich horen.
Ik pakte mijn mobiel en ging naar haar gesprek. Ze was niet online. Wel had ze een nieuwe foto geplaatst. Zwarte letters op een witte achtergrond: 'Don't give up this fight.'
Ik voelde een klein steekje in mijn hart. Had ze het over ons? Was ze nog steeds bereid daarvoor te vechten?
Ik kreeg een nieuw gesprek binnen van Soraya: 'Ik heb zin in je knapperd..'
Voor het eerst sinds een jaar negeerde ik haar en legde mijn telefoon weg. Ik voelde me niet goed. Waar was Nour?

Tegen elf uur hoorde ik de sleutel in het slot en hoorde haar kinderlijke stem die gedag zei. Ze klonk blij. Zo had ik haar lang niet horen klinken. Ik hoorde een auto wegrijden en luisterde naar haar zachte voetstappen.
Ze leek niet door te hebben dat ik thuis was en ik bestudeerde haar kort, hoe ze haar krullen los deed en even met haar hand door haar lange haar ging. Ze was echt dun geworden en leek kleiner dan ooit. Ze had een lang bloesje aan waar ze in leek te verdwijnen.
Na enkele minuten merkte ze mij pas op en ze keek me slechts aan. Ik wilde wat zeggen, sinds lange tijd met haar praten, echt praten. Ik wilde haar vragen, hoe het ging. Hoe haar dag was verlopen. Maar ik kon er de woorden niet voor vinden. Ze leken vast te blijven zitten in mijn strot.
Zij zei ook niets en liep meteen door naar boven. Ik hoorde daar de douche aangaan en na een tijdje het gekraak van haar lichaam dat ons bed inging. Ons bed.
Ik voelde me met de minuut slechter. Ik wist niet waar het gevoel vandaan kwam.

Na een half uur besloot ik mijn vrouw naar boven te volgen en ook te gaan slapen. Ik opende zachtjes de deur, bang om haar te wekken. Ze lag in het uiterste hoekje van het bed, met opgetrokken benen en het dekbed half over haar heen. Haar krullen als een waaier op het kussen. De krullen waar ik eens zo gek op geweest was. Ooit noemde ik haar mijn zina, mijn schoonheid. Haar en niet Soraya.
Ik deed met een ellendig gevoel mijn sloffen uit en zette de wekker. Vervolgens ging ik in bed liggen. Nour sliep. Dat dacht ik ten minste. Ik reikte naar haar toe, mijn lichaam vlak bij het hare. Ze leek zo klein. Als ik mijn hand maar enigszins zou optillen zou ik haar kunnen aanraken.
Ik pakte echter het dekbed en sloeg dat over haar heen. Even legde ik mijn hand op haar arm en kwam dichterbij. Ik snoof de geur van haar mooie haar op, de geur van fruitige shampoo. Ik kwam nog dichterbij en sloeg twijfelend mijn arm om haar kleine middel en trok haar dicht tegen me aan. Ik merkte aan haar ademhaling dat ze daar van schrok. Ze sliep nog niet. Haar hele lichaam werd stijf. Ik ging helemaal tegen haar aanliggen en drukte mijn lippen tegen haar hals. Mijn gezicht in haar haren. 'Het spijt me zo Nour..' fluisterde ik haast onhoorbaar. Zo vielen we in slaap.

Nour el (3)ayn.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu