Deel 6

217 12 1
                                    

Nog maar een upload dan, ik word zo enthousiast van al die lezers en berichtjes! Het is wel een kort verhaal, dus op deze manier ben ik er zo doorheen, maarja.

***

-Goedemorgen Roodlokje. De ijsbaan is open vanmiddag, ga je mee schaatsen? XXXXX

Schaatsen? Ik schaatsen? Ik had hem toch al verteld dat ik niet sportief was? Ik heb één keer in mijn hele leven geschaatst en dat was zo’n drama dat ik het nooit meer heb geprobeerd. En bovendien moest ik leren, want het was zondag en we hadden proefwerkweek.

-Sorry, maar ik kan niet schaatsen… En ik moet nog leren… XXXXXXXX

-Maakt niks uit, ik draag je wel. Ik kom je om half twee halen… XX

Om kwart voor twee stond hij voor de deur. Ik snelde de trap af om vóór mijn moeder de deur open te doen.

‘Mam, ik ga naar Roosmarijn, we gaan samen leren. Doei’, zonder antwoord af te wachten gooide ik de deur achter me dicht. Bonno stond me met opgetrokken wenkbrauwen aan te kijken.

‘Ik moet eigenlijk leren voor de proefwerkweek’, legde ik uit. Hij haalde zijn schouders op en stapte op zijn fiets. Ik sprong achterop en kroop tegen zijn rug aan, deels op me te beschermen tegen de kou en deels omdat het gewoon fijn was. Ik rook aan zijn jas, de geur van sigarettenrook vermengd met een heerlijk mannenluchtje vond ik aan het begin van het jaar nog verschrikkelijk, maar nu maakte mijn hart een sprongetje als het mijn neus binnendrong.

Ik mocht schaatsen gebruiken van Bonno’s moeder en met trillende handen knoopte ik ze dicht. Ik vond het doodeng om dat gladde ijs op te gaan.

‘Kom je nog?’ Bonno stond al op het ijs. Hij draaide een paar rondjes en schaatste naar de kant.

‘Ik durf niet’, mompelde ik tegen de grond. Dankbaar pakte ik zijn uitgestoken, sterke hand vast en ging voetje voor voetje het ijs op. Ik schrok me dood toen ik voelde hoe glad het was en ging bijna onderuit. Meteen greep Bonno mijn middel en hield me stevig vast.

‘Je gaat me niet vertellen dat je nog nooit geschaatst hebt’, zei hij ongelovig. Ik schudde mijn hoofd en voelde hoe ik rood werd. Bonno keek mee aan, grijnsde en  ineens kwamen we in beweging.

‘Wat doe je?’ gilde ik.

‘Je duwen, of wil je het zelf proberen?’

‘Nee!’ Ik klampte me aan hem vast en probeerde mijn schaatsen recht te houden. Hij grinnikte en sloeg zijn armen om me heen. Zo bewogen we voort over het ijs, helemaal naar de andere kant van de schaatsbaan.

‘Zie je wel, het is niet moeilijk.’

Ik keek hem zo kwaad mogelijk aan en barstte toen in lachen uit.

‘Oh jawel, ik vind het doodeng. Als je me nu los laat, val ik.’

‘Dan houd ik je wel vast, net zo lang tot je het kunt.’

En dat deed hij, hij schaatste wel tien rondjes met mij in zijn armen. Af en toe liet hij me even los en als ik dan bijna viel, greep hij me weer vast. Ik begon er bijna lol in te krijgen.

Totdat een andere schaatser ineens de controle verloor en uitgerekend tegen mij op moest botsen. Ik wankelde en verloor mijn evenwicht. Ik probeerde me nog aan Bonno vast te grijpen, wat wel lukte, maar waardoor ik hem meetrok terwijl in onderuit ging. Ik knalde keihard met mijn billen op het harde ijs. Ik had Bonno nog steeds vast en voor ik het wist, had ik hem bij me op schoot zitten. We keken elkaar even verbijsterd aan en schoten daarna allebei in de lach.

‘Wat een eikel, heb je je bezeerd?’ grinnikte Bonno terwijl zich overeind hees. Hij stak zijn handen uit om mij ook overeind te trekken, dankbaar liet ik me optillen. Toen ik stond, voelde ik aan mijn billen.

Het verhaal van een meisje dat verliefd werd op de verkeerde. (COMPLETED)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu