The bad boy and his tutor

{( 6 )}

Ik leun tegen mijn scooter aan. Het is dinsdag zes uur. Jess komt het huis uitlopen. 'Hey sweetheart' zeg ik grijnzend.

'Hoi' zegt ze zacht.

'Klaar om te gaan' vraag ik.

Ze knikt. 'Ik pak mijn fiets even' zegt ze.

'Achterop' zeg ik, 'ik breng je en breng je ook thuis.'

Ze twijfelt. 'Vertrouw me' zeg ik glimlachend, 'ik rij er nu twee jaar op bijna. Zelfs Aaron en zijn vriendin hebben samen achterop gezeten.'

Ze zucht. 'Goed dan.'

Ik stap op en ze gaat achter me zitten. Ik pak haar hand en sla die ik mijn middel. 'Anders gaat het mis' zeg ik.

Ze slaat haar andere arm om me heen. 'Oké' zeg ik, 'waar moeten we heen?'

'Het plein, daarachter zijn velden en daar is mijn club.'

Ik knik en rijd erheen. Ze houd zich stevig vast aan me. Dat vind ik niet erg. Dat wil ik juist. Ze moet me leren vertrouwen. Want volgens mij liegt ze als ze zegt dat ze me vertrouwd. Ik rij de club op en parkeer mijn scooter. Ze springt eraf. 'Was dat nou zo eng' vraag ik terwijl ik mijn handen weer op haar zij leg, 'sweetheart?'

'Het viel mee, maar we moeten zo ook weer terug.'

Ik grijns en laat haar los. 'Waar train je op?'

'Kunstgras.'

Ik loop achter haar aan naar het veld. Er zijn al twee meisjes die ik op school wel eens heb gezien. Ze kijken naar mij en beginnen meteen te fluisteren. Ik leun op het hek. Er zitten vier jongens in haar team en vijf meiden. Ze hebben een mannelijke trainer of coach. Ik kijk de hele training alleen maar naar Jess. Ergens halverwege de training drinken ze even wat water. De twee meisjes van school komen meteen naar mij toe. 'Wat doe jij hier' vragen ze.

Ik kijk ze rustig aan. 'Kijken naar wat Jess interesseert.'

'Is ze je nieuwe prooi dan' vraagt Milou.

Ik schud mijn hoofd, 'nee. Ze geeft bijles aan me. Zij weet veel over mij en ik wist niks over haar. Nu wel ten minste.'

Jess loopt naar ons toe. 'Weet je het heel zeker' vraagt Daphne, 'ze is wel jouw type.'

'Klopt, maar niet ieder meisje wat mijn type is word meteen mijn prooi. Ik bedoel maar Daphne, jij bent blond, kleiner en hebt lichte ogen. Maar ik heb jou nog nooit als prooi gezien.'

Daphne en Milou draaien zich verontwaardigd om en lopen weg. Ik grinnik. 'Wat zei je tegen ze' vraagt Jess.

'Ik zei dat Daphne nooit mijn prooi zou worden.'

'Oh.'

Ik grijns, 'jij ook niet hoor Jess. Jij helpt me bij wiskut.'

Ze knikt en drinkt wat water. Daarna gaan ze weer door met trainen. Ik app wat met Aaron en Ray. Ze komen hierheen zeggen ze. Ze komen echt aanrijden. Ze lopen naar me toe en begroeten me met een handdruk. Jess komt aanlopen. 'Oh' zegt ze, 'hoi.'

'Hey Jess' zegt Aaron grijnzend.

'Waarom noemen jullie me eigenlijk Jess' vraagt ze terwijl ze een vest aantrekt, 'ik heet Jessica.'

 'Ik zei toch dat ik niks over je weet' zeg ik grijnzend.

Ze zucht, 'dan weet je het nu.' 

Ze trekt een joggingsbroek aan en zegt: 'Breng je me thuis?'

'Tuurlijk sweetheart' zeg ik glimlachend.

Ze loopt achter me aan naar mijn scooter. Aaron en Ray lopen mee en ze fietsen mee naar haar huis. Jess houd zich nog steeds stevig vast maar minder dan de eerste keer. Ik zet haar thuis af en zeg: 'Zie je dan morgen sweetheart.'

'Tot morgen' zegt ze.

Ze loopt naar binnen. Zodra de deur dicht is vraagt Aaron: 'Heeft ze iets door?'

'Nope' zeg ik, 'nog steeds niets.'

'Dus wanneer ga je haar van jou maken?'

'Snel, heel snel.'