James! What did you get us into!

2K 152 13
                                    

James hielp Lily omhoog en schudde de modder van haar pyjamabroek af.
"Ben je nú blij?" Ze gaf hem een duw. "We hadden wel ergens in een andere tijd kunnen zitten!"

Remus stond ook op en liep naar de Tijdverdrijver die verderop in het gras lag. "Fijn, helemaal kapot." Mompelde hij.

"Daar zal Minnie niet blij mee zijn, Gaffel." Zei Sirius toen hij zag wat Remus in zijn hand had.

"Het is niet mijn schuld!" Riep James iets te hard. "Lily sloeg me.."

"Oh, zeg maar niet dat dit mijn schuld is, meneertje! Jij stal dat ding, ik niet! En ten tweede.."

"Wie is daar?" Hoorden ze achter ze. Sirius keek langzaam over zijn schouder en zag een bekend iemand.

"Oh, jij bent het maar. Wat doe je hier, Secretus?" De rest draaide om en de gedaante deinsde achteruit.

"Li-lily?" Stotterde hij.

"Sev? Wat is er? Waarom lijkt het alsof je geest gezien hebt? Ik ben het maar."

"Zouden jullie me willen volgen, naar professor Perkamentus?" Hij opende zijn arm waardoor zijn zwarte cape meeschommelde.

Lily ging als eerst, snel gevolgd door James en Remus en Sirius liepen achter.

"Dus.. wat voor een toverdrankje heb je gedronken, want zo lang was je gister nog niet," Zei Lily lacherig. "Je kwam zeg maar, tot hier." Ze hield haar hand tegen haar oor om te laten zien wat ze bedoelde.

"Um.. geen idee." Zei Sneep droog.

Ze liepen een stukje verder totdat ze bij een stenen adelaar kwamen. Sneep tikte met zijn toverstaf op de snavel en mompelde iets.
De adelaar begon te draaien en Sneep stapte terug zodat de anderen erin konden klimmen.

Lily stapte weer als eerste in. James en Sirius waren er niet zeker van, maar volgden toch, toen Remus er ook al in stond.

De adelaar draaide omhoog en ze liepen verder de trap op tot ze bij een gang kwamen met een grote houten deur.

"Wie klopt?" Vroeg Lily opeens heel nerveus. Zij kwam nooit in de problemen.

Remus liep al naar voren om aan te kloppen en te melden dat ze er waren, toen de deur vanzelf al open ging.

"Dat werkt ook." Mompelde Sirius.

"..maar Albus.." De stemmen stopten toen de vier binnenkwamen. Ze werden begroet door een hoog gekrijs.

Ze liepen het korte gangetje uit en kwamen in een grote ronde kamer vol met boeken en schilderijen die rustig lagen te slapen.

"Uhm.. professor Perkamentus? We werden hierheen gestuurd door Severus?" Zei Remus zo beleefd mogelijk.

Professor Anderling draaide om en gaf een geschokt geluidje toen ze zag wie er voor hen stonden.

"Ah natuurlijk," zei professor Perkamentus vriendelijk. "Neem plaats."

"Ik.. ik ga maar eens." Stotterde professor Anderling. Professor Perkamentus knikte beleefd en keek de tieners aan.

"Dus, aan wie heb ik het genoegen?" Vroeg professor Perkamentus.

James keek Sirius raar aan. Perkamentus kende toch iedereen? Zeker wel een groepje van zijn bekendste leerlingen?

"Uhm.. James Potter." Begon James voorzichtig.

"Sirius Zwarts."

"Remus Lupos, professor."

"Lily Evers - zesde jaar? Weet u niet wie we zijn?"

Perkamentus haalde zijn brilletje van zijn neus en vouwde zijn armen zakelijk over elkaar heen.

"Oh, natuurlijk wel, mevrouw Evers, maar ik ben meer benieuwd naar wat jullie hier doen."

Lily draaide naar James toe en gaf hem een neppe glimlach."Ja, James, vertel. Wat doen we hier precies?"

Perkamentus keek van Lily naar James en kreeg een klein lachje op zijn gezicht. "Nou ja, we uh-het zit zo.."

"We hebben professor Anderlings Tijdverdrijver gebroken, het spijt ons heel erg," Zei Sirius snel. "We zullen onze spullen pakken en de trein naar huis nemen."

Lily keek om naar Sirius' gebrabbel. "Echt niet! Ik heb niks misdaan! Ik word niet in mijn 6de jaar van school gestuurd!"

Perkamentus schraapte zijn keel en Lily ging weer rustig zitten.
"Ik wil jullie even iets vragen en ik wil dat jullie eerlijk antwoord geven," Hij keek naar elk van de zenuwachtige gezichten van de leerlingen voor hem. "Weten jullie wat de datum is?"

Remus keek raar op want hij had iets heel anders verwacht. Hij keel op zijn Dreuzel horloge. "Het is.. 3 over 2 's nachts, 17 oktober 1975."

Perkamentus keek zelf nu ook op zijn horloge, een speciale met planeten, die tot nu toe niemand ontrafeld had, en gaf een geamuseerd lachje.
"Dat is het nu juist, meneer Lupos. Het is 11 over 7 's ochtends, 4 september 1994."

Pardon, Weet U Misschien Welk Jaar Het Is? (Langzame Updates)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu