"Maar Peña, wat is je naam eigenlijk?" Zegt Luz tijdens het spelen.
"Peña." Zeg ik kort af.
"Ik bedoel je voornaam." Zegt hij op zo'n duhh manier.
"Wat is jouwe Luz?"
"George, George Luz. So now tell me!" Zegt hij.
"Lunaviča Alicia Maria Peña." Zeg ik.
"Lunaviča." Herhaalt Luz.
"Wat is dat?" Vraagt Hoobs die het niet had meegekregen.
"Haar naam Boobs." Zegt hij.
"Lunaviča? Waar komt dat vandaan?" Vraagt Hoob.
"Ijsland, Polen, Rusland?" Zeg ik, ik weet het niet precies.
"Well I just gonna say Lunna OK?" Vraagt Luz lachend.
"Sure George, iedereen noemt me zo."Het is weer ochtend. Ik ben vroeg wakker geworden, waarom precies weet ik niet, misschien omdat dit mijn eerste echte dag zal zijn?
Gisteravond is het nog laat geworden. Het was heel gezellig en we hebben een paar keer neergelegen van het lachen, doordat Luz weer iemand immiteerde, doordat iemand een grap vertelde of doordat ik weer een sarcastische opmerkingen maakte op een van de twee voorgaande dingen. Op het einde, wanneer we merkten dat het al 3 uur was, schoven we alle bedden terug op hun plaats en gingen we slapen. Sommige praatten nog even door maar ik viel in slaap luisterend naar het gefluister. Zo hoorde ik Perconte en Luz fluisteren.
Perco begin het gesprek, "Hey George, denk je dat Peña het gaat halen?"
Ik hoorde Luz vragen, "Wat bedoel je Frank?"
"Nou ik bedoel je weet wel Luz ze is een vrouw, niet verkeerd be..."
Luz liet hem niet uitspreken en zei, "Shut up Frank ze gaat het halen, dat weet ik zeker." Met die woorden en een glimlach op mijn gezicht ben ik volgensmij in slaap gevallen.
Ik ga recht op in mijn bed zitten en kijk om me heen, iedereen slaapt nog. Zo zacht mogelijk stap ik uit bed. Ik pak mijn schoenen en sluip naar de deur, ik probeer niemand wakker te maken. Het is wel grappig om somige te zien, de een ligt verstopt onder zijn deken, da ander heeft hem afgegooid omdat hij het te warm had afgelopen nacht, maar wordt waarschijnlijk wakker met duizenden muggebulten. Ik zie Perco ligen, een been uit bed en zijn kussen tussen zijn armen... of wacht het kan niet zijn kussen zijn want daar ligt hij met zijn hoofd op. Ik kijk rond wie zijn kussen mist, het is Luz, tuurlijk Luz! Ik glimlach. Ik doe de deur zacht open, doe mijn schoenen aan en loop zonder ze te strikken naar buiten en doe de deur weer dicht. Ik heb nog steeds een tanktop met sportbroekje aan, dus het is toch wel fris. Ik loop naar de zijkant van het barrak en leun tegen de houten muur. Ik pak een sigaret en steek hem aan. Ik blaas de rook uit en sluit mijn ogen. Ik open ze en kijk rond, naar alle hindernisbanen en trainingsvelden en noem maar op. Ik zal hard moeten trainen. In mijn ooghoek zie ik dat iemand me nadert, dus ik draai me om."En hoe ging het met de jongens?"
"Goed Luitenant, het zijn aardige mannen." Zeg ik tegen Winters.
"Geen problemen gehad?" Vraagt hij.
"Absoluut niet Sir. Het zijn goede fatsoenlijke mannen die ik wel kan vertrouwen."
"Goedzo." Zegt hij met een glimlach en loopt weg. Luitenant Winters is een hele goede en aardige man heb ik al gemerkt die zestien uur dat ik hier ben.
"Waar ging dat over?" Hoor ik naast me, het is Luz.
"Ik dacht dat je nog sliep!"
"Nee, ik was nog eerder wakker dan jij!" Zegt hij.
"Maar je h..."
"Ik zag je wakker worden en toen je je omdraaide sloot ik snel mijn ogen, het zou een beetje ongemakkelijk zijn als je meteen recht in mijn ogen zou kijken ofzo dacht ik."
"Ja inderdaad, wie wil dat nou als eerste willen zien op de vroege morgen!" Zeg ik en we lachen.
"Nou en bedankt, lekker begin!" Zegt hij beledigd. "Maar wat vroeg Winters?"
"Hij vroeg of jullie je wel hadden gedragen!"
"En wat zij jij?"
"Ik zei dat jullie me hebben verkracht nu goed? Nee ik heb gewoon gezegt dat jullie goede mannen waren." Zeg ik.
"Nou in een andere company was dat eerst misschien wel gebeurt...." zegt Luz.
"Gelukkig zit ik dan bij easy hè!"